Meer dan 5,4 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Hebban recensie

Veertien getuigen van hoop en wanhoop achter de tralies

Marvin O. 10 februari 2018

In de gevangenis verloopt het leven traag. Door de routine zijn de dagen er allemaal eender en om daar niet gek van te worden, is het zaak om een bezigheid te vinden. Curtis Dawkins zit al dik twaalf jaar opgesloten voor moord en is zo’n gevangene die zingeving zoekt. Hij begon reeds op zijn twaalfde te drinken, maar kreeg zijn leven weer in de hand. Hij kickte af, ging bij zijn vader werken en ving met succes studies aan. Hij haalde onder andere zijn master in Creative Writing en ging aan het schrijven. Meer dan tien jaar lang ging het goed, tot hij als gevolg van financiële moeilijkheden drugs begon te gebruiken. Met Halloween 2004 rookte hij voor het eerst in zijn leven crack, verkleedde zich daarna als een gangster uit de jaren 1920, ging gewapend de straat op en doodde een man.

Fictie is altijd belangrijk geweest voor hem, zo zegt Dawkins in het nawoord van zijn boek, en in de gevangenis probeert hij geestelijk boven water te blijven door het schrijven van verhalen. Hij schrijft ze op ouderwetse wijze met de hand en stuurt ze per post naar zijn zus, die ze voor hem uittypt. Op die manier slaagde hij erin gepubliceerd te raken in diverse literaire tijdschriften. Veertien van deze korte verhalen werden in 2017 gebundeld in Graybar Hotel. De opbrengst van deze bundel gaat integraal naar een studiefonds voor zijn kinderen. Uitgeverij Hollands Diep vond de verhalen waardevol genoeg om ze in Nederlandse vertaling uit te brengen. Luud Dorresteijn was vertaler van dienst.

Rond de verschijning van het boek is in Amerika nogal wat controverse geweest. Velen vinden dat een moordenaar niet het recht heeft om een boek te publiceren. Onder hen uiteraard een aantal familieleden van zijn slachtoffer. De vraag of ethische grenzen hier niet overschreden worden omwille van de commercie, wordt ook luidop gesteld. Promotie loopt soms moeilijk omdat niet iedereen eraan wil meewerken. Dat neemt echter niet weg dat het boek een unieke kijk biedt op het leven in de gevangenis.

Curtis Dawkins schrijft alle verhalen vanuit het oogpunt van een naamloze gevangene, en alhoewel ze fictie zijn, verwerkt hij eigen ervaringen. De details waarmee de bijzonderheden van het gevangenisleven beschreven worden, kunnen alleen maar komen van iemand die het van binnenuit meemaakt. In een interview met de New York Times vertelde Dawkins dat hij nog steeds niet begrijpt hoe hij in de gevangenis is kunnen belanden en geen vrede heeft met zijn opsluiting. Dat komt ook sterk naar voor in de verhalen, want vele ervan gaan over een gevangene die weet te ontsnappen. Soms verwerkt hij een fictie-element, zoals een gevangene die zichzelf leert om door vaste materie heen te stappen en zo ontsnapt, maar vaak ook zit er een tragische realiteit in de ontsnapping, zoals wanneer een gevangene zich bewust op een bewaker gooit met de bedoeling doodgeschoten te worden, want ook de dood is een vorm van ontsnappen.

Opvallend afwezig in de verhalen zijn spanning en geweld. Dawkins ontleedt vooral de zielenroerselen van de gevangenen en gaat diep in op wat hen op de been houdt, of net niet. Hij beschrijft via fictie de harde realiteit van het gevangenisregime en laat zien hoe gedetineerden van weinig toch iets proberen te maken. De veertien verhalen lijken vooral een vorm van therapie voor Dawkins. Volgens de cover van het boek zijn de verhalen grappig en triest, maar dat grappige is in feite amper aanwezig. Meer dan een occasionele glimlach hier en daar zit er niet in. Dawkins maakt met deze verhalen toch vooral duidelijk hoe uitzichtloos de situatie is waarin vele gevangenen zich bevinden. Toch blijven ze altijd maar hopen op beterschap. De ultieme beterschap is natuurlijk vrijkomen uit de gevangenis, maar het laatste verhaal toont aan dat zelfs dat niet noodzakelijk waar is.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Marvin O.