Lezersrecensie
Maakt belofte niet helemaal waar
Ik ken een berg die op mij wacht is de tweede roman van Sholeh Rezazadeh. Ik ken haar niet dus ik ben benieuwd.
De verteller in dit boek is de rivier de Aras in Iran. Die wordt in het boek met zijn eigennaam aangesproken. Als Aras. En dus niet als ‘de Aras’.
Het verteld her verhaal van Sarah en Aydin. Zij zijn verliefd op elkaar en trouwen aan het einde van het boek met elkaar. Zij leven in een nomaden gemeenschap en trekken naar verschillende plaatsen langs de rivier afhankelijk van het seizoen. Af en toe komt er een handelaar, een marskramer, langs met een auto. En op een dag brengt hij een gast mee. Alma. Uit Nederland. Ook zij woont aan een rivier. De Amstel. Ook aangesproken als een persoon. Amstel dus.
Het boek loopt voor zowel de pasgetrouwden als de rivier in de laatste hoofdstukken dramatisch af. Een onverwachte wending.
Het boek beschrijft het leven in de nomaden stam. Dicht bij de natuur. Beschreven door Aras. Het taalgebruik is soms poëtisch. Maar soms ook bijna kinderlijk. Er zit niet echt een constante in. Dat stoort. Met name als de ‘volgende briljante zin’ te lang wegblijft en je als lezer met die kabbelende zinnen blijft zitten.
Een rivier als verteller kende ik nog niet. Erg origineel. Maar tijdens het lezen betrapte ik mij er op dat ik mij afvroeg ‘wie zegt dit nu?’ oh ja hier spreekt Aras de rivier.’ Dat betekent dat Aras niet helemaal goed in het verhaal geïntegreerd is. Dat is jammer.
Als gezegd kent de afloop een verrassende wending. En ineens ben je er weer met je volle aandacht bij. Maar die geboeidheid slaat dan wel erg laat toe.
Op de achterkant van het boek staat een zeer aantrekkelijke kernachtige zin: een weergaloos mooie roman over de kracht van de natuur en het verlangen naar rust en ruimte. Die belofte maakt het boek echter niet helemaal waar.
De verteller in dit boek is de rivier de Aras in Iran. Die wordt in het boek met zijn eigennaam aangesproken. Als Aras. En dus niet als ‘de Aras’.
Het verteld her verhaal van Sarah en Aydin. Zij zijn verliefd op elkaar en trouwen aan het einde van het boek met elkaar. Zij leven in een nomaden gemeenschap en trekken naar verschillende plaatsen langs de rivier afhankelijk van het seizoen. Af en toe komt er een handelaar, een marskramer, langs met een auto. En op een dag brengt hij een gast mee. Alma. Uit Nederland. Ook zij woont aan een rivier. De Amstel. Ook aangesproken als een persoon. Amstel dus.
Het boek loopt voor zowel de pasgetrouwden als de rivier in de laatste hoofdstukken dramatisch af. Een onverwachte wending.
Het boek beschrijft het leven in de nomaden stam. Dicht bij de natuur. Beschreven door Aras. Het taalgebruik is soms poëtisch. Maar soms ook bijna kinderlijk. Er zit niet echt een constante in. Dat stoort. Met name als de ‘volgende briljante zin’ te lang wegblijft en je als lezer met die kabbelende zinnen blijft zitten.
Een rivier als verteller kende ik nog niet. Erg origineel. Maar tijdens het lezen betrapte ik mij er op dat ik mij afvroeg ‘wie zegt dit nu?’ oh ja hier spreekt Aras de rivier.’ Dat betekent dat Aras niet helemaal goed in het verhaal geïntegreerd is. Dat is jammer.
Als gezegd kent de afloop een verrassende wending. En ineens ben je er weer met je volle aandacht bij. Maar die geboeidheid slaat dan wel erg laat toe.
Op de achterkant van het boek staat een zeer aantrekkelijke kernachtige zin: een weergaloos mooie roman over de kracht van de natuur en het verlangen naar rust en ruimte. Die belofte maakt het boek echter niet helemaal waar.
2
2
Reageer op deze recensie