Kardinaal en schilder, alleen Peetje van het Geitenpad.

Met een voddenkar naar Roermond, op de ski's naar Braunwald, met het circus naar Avignon, met de trein naar Berlijn, in een rolstoel naar Rome, met vioolmuziek naar Afrika.....maar bovenal; met de liefde naar Israël.....

Onvoorstelbaar, wat een mens in 1 leven mee kan maken! Als de Limburger Peter Wanders, of "Peetje van het Geitenpad", in een goed katholiek gezin geboren wordt, krijgt hij als enige de kans te gaan studeren. Aan het seminarie; Peetje wil paus worden. Hij krijgt een wijze raad mee van zijn moeder: "Hou God voor ogen en je gulp gesloten."

Al snel echter, heeft Peter door dat er op het seminarie dingen gedaan worden met de jongens die het daglicht niet kunnen verdragen. Na zijn aanklacht tegen de kerk en het opgelegde celibaat krijgt Peter een grote klap te verduren: hij wordt van het seminarie geschopt.

In een poging zijn zielenpijn te verlichten, slaat hij op de vlucht. Weg uit Limburg, de provincie waar hij al die tijd zo gelukkig is geweest. Zijn reis voert hem langs alle windstreken van het land, van Europa en van zijn eigen ziel.

Een reis die treffend, ontroerend en toch ook wel adembenemend opgefleurd wordt door vele kleurrijke karakters: een homoseksuele kleermaker in Rome, een trapeze-artieste in het circus in Avignon en zelfs door een vriendelijke nazi-officier in Duitsland.

Als de oorlog uitbreekt in Europa biedt Peter (of Paulo, zoals hij inmiddels heet) zijn inventiviteit hem een uitweg: hij geeft zich uit voor kardinaal Ravelli en gaat in het verzet, maar eindigt uiteindelijk in de klauwen van nazi-Duitsland, waar hij te werk gesteld wordt als vliegenvanger.

Als hij na jaren de antwoorden heeft waar hij naar zocht, rest hem nog 1 vraag: wat is er nog over van zijn gelukkige jeugd op het Limburgse platteland?

Pijnlijk, herkenbaar en onvoorstelbaar tegelijk. Een aanrader voor wie vlot wil lezen. 4 sterren!