Lezersrecensie
Een jongensboek over de brandweer
Het boek Prio 1 van de jonge Tom van der Weerd, die naast zijn baan als dj bij Q-music ook werkt als brandweerman, is bij vlagen bijna aandoenlijk. In korte fragmenten (hij omschrijft per hoofdstuk een incident) vertelt hij als over zijn avonturen bij de brandweer. Het boek leest als een jongensboek, waarbij we een jonge held mogen volgen op zijn tochten naar avontuur, reddingswerkzaamheden en stoere uitrukkingen van de hulpdiensten. Van der Weerd stuitert van enthousiasme en soms bijna ongeloof dat hij zulk mooi werk mag doen.
Voor mij is dat ook waar de inhoud van het boek op stagneert; het boek biedt geen diepgang, en bijvoorbeeld geen kritische blik op de brandweer (genoeg te leren over de onderlinge machtsverhoudingen bijvoorbeeld, of over de vriendschappen die ongetwijfeld ontstaan als je samen moet optrekken in gevaarlijke situaties) of enige reflectie op Van der Weerds eigen handelen. De schrijver omschrijft per hoofdstuk simpelweg een tafereel dat hij ooit meemaakte – van een enorme brand, naar een dodelijke auto-ongeluk tot een training tot bevelhebber. Daarbij valt zijn passie en bevlogenheid voor het vak echt op. Hij slaapt bijna letterlijk bovenop zijn pieper, en maakt er een wedstrijdje van om als eerste op de kazerne te komen na een melding. Dat siert hem vast en zeker als hulpverlener, maar leidt ook wel een beetje af van de essentie: hulp bieden. En dus niet: het wedstrijdje winnen wie op de mooiste wagen mag meerijden. Na een aantal hoofdstukken, die volgens hetzelfde stramien zijn geschreven (1. De pieper gaat 2. Van der Weerd stopt subiet met wat hij doet 3. Hij racet naar de kazerne en hoopt er als eerste te zijn 4. Het incident & de afwikkeling 5. Hij gaat weer verder waar hij mee bezig was), kun je het plaatje wel zo’n beetje uittekenen. Desalniettemin is het boek leerzaam – ik las niet eerder hoe de brandweer precies werkt.
Voor mij is dat ook waar de inhoud van het boek op stagneert; het boek biedt geen diepgang, en bijvoorbeeld geen kritische blik op de brandweer (genoeg te leren over de onderlinge machtsverhoudingen bijvoorbeeld, of over de vriendschappen die ongetwijfeld ontstaan als je samen moet optrekken in gevaarlijke situaties) of enige reflectie op Van der Weerds eigen handelen. De schrijver omschrijft per hoofdstuk simpelweg een tafereel dat hij ooit meemaakte – van een enorme brand, naar een dodelijke auto-ongeluk tot een training tot bevelhebber. Daarbij valt zijn passie en bevlogenheid voor het vak echt op. Hij slaapt bijna letterlijk bovenop zijn pieper, en maakt er een wedstrijdje van om als eerste op de kazerne te komen na een melding. Dat siert hem vast en zeker als hulpverlener, maar leidt ook wel een beetje af van de essentie: hulp bieden. En dus niet: het wedstrijdje winnen wie op de mooiste wagen mag meerijden. Na een aantal hoofdstukken, die volgens hetzelfde stramien zijn geschreven (1. De pieper gaat 2. Van der Weerd stopt subiet met wat hij doet 3. Hij racet naar de kazerne en hoopt er als eerste te zijn 4. Het incident & de afwikkeling 5. Hij gaat weer verder waar hij mee bezig was), kun je het plaatje wel zo’n beetje uittekenen. Desalniettemin is het boek leerzaam – ik las niet eerder hoe de brandweer precies werkt.
3
Reageer op deze recensie