Het is niet makkelijk om een recensie over dit boek te schrijven. De schrijver zet je onmiddellijk op het verkeerde been door met een verhaallijn te beginnen die na enkele bladzijden abrupt stopt. Pas op het einde wordt deze verhaallijn weer opgepikt...

Eban, een Afrikaanse jongen, is zijn hele familie kwijtgeraakt aan aids. Zelf is hij ook besmet en ten dode opgeschreven. Zijn enige redding is de wetenschapper André Lemoine, die hem geadopteerd heeft. De afgelopen vijf jaar heeft Lemoine zich gewijd aan een grensverleggend onderzoek naar gentherapie. Hij zou hiermee wel eens de sleutel in handen kunnen hebben voor behandeling van de verwoestende ziekte aids. Maar dan vat Eban kou en gaat zijn toestand zorgwekkend hard achteruit. Lemoine werkt als een bezetene aan zijn onderzoek. Hij zal niet rusten voor hij een geneesmiddel heeft gevonden. Maar tijdens zijn onderzoek raakt Lemoine betrokken bij duistere verwikkelingen in de keiharde wereld van de medische research. Terwijl zijn wereld rondom hem instort, tikt de klok onverbiddelijk door...

Zoals ik al schreef heeft dit boek niet één of twee, maar verschillende verhaallijnen die soms op een ingewikkelde manier in elkaar lopen. Ik heb dikwijls enkele pagina's moeten teruglezen omdat ik dacht dat ik iets gemist had. Later krijg je dan wel antwoord op al de vragen waar je nog mee zit. Dit is op zich wel knap gedaan maar het had voor mij allemaal wat minder langdradig en ingewikkeld gemogen. Vooral het einde is een tikkeltje 'overdone'. Daarom geen 4 sterren maar toch een verdiende 3*.