Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×

Tijdvak 2: Grieken en Romeinen

op 16 augustus 2018 door

Geschiedenis, dat is geweest, dat is saai. Toch moeten middelbare scholieren de kenmerken van tien verschillende tijdvakken, lopend van de prehistorie tot aan de moderne tijd, kennen voor hun examen. Als studiebegeleider zie ik dat daar vaak flink mee geworsteld wordt. Dat geschiedenis juist boeiende verhalen oplevert, dat bewijzen de talloze historische romans wel. De kunst is om ervoor te zorgen dat de geschiedenis weer gaat leven! Daarom zocht ik bij elk tijdvak een boek uit. Handig om al die kenmerken van dat tijdvak eens op een andere manier te bestuderen. Examens al lang achter de rug? Wel, voor wie van geschiedenis houdt zijn deze boeken ook aanraders! Vandaag: De tijd van Grieken en Romeinen.

De tijd van Grieken en Romeinen

De tijd van de Grieken en Romeinen liep van 3000 voor Christus tot 500 na Christus. We noemen deze tijd ook wel de oudheid.

In Griekenland ontstond er een stedelijke cultuur. In een polis, de Griekse benaming voor stad, vervulden edelen de belangrijkste functies. Athene werd de belangrijkste polis en was hét centrum voor filosofie en wetenschap. Filosofen gingen steeds meer nadenken of de goden wel de oorzaak van alles waren en of er geen natuurlijke oorzaken meespeelden. Ook dachten zij na over wat de beste vorm was om een polis te besturen. De democratie ontstond: Burgers mochten meebeslissen over het bestuur. Die democratie zag er echter nog niet zo uit zoals wij die nu kennen. Het burgerschap was alleen weggelegd voor vrije Atheense mannen. Vrouwen, slaven en mannen van buiten Athene hadden dus niets te zeggen.

Rome begon als een kleine stadstaat. Nadat de laatste koning door de bevolking verjaagd was, werd het een republiek. Zuid-Italië was op dat moment nog van de Grieken, maar niet voor lang. Na een aantal succesvolle veldslagen was heel Italië van de Romeinen. Door deze veroveringen maakten de Romeinen kennis met de Griekse cultuur en veel hiervan namen ze over. Waar nodig, pasten ze dingen aan. Beelden waren bijvoorbeeld niet langer naakt, want dat paste niet binnen de Romeinse opvattingen, en tempels werden ook aangepast. Door de Romeinse boogconstructie en het gebruik van beton konden zij nog indrukwekkender gebouwen maken!

Onder leiding van Julius Caesar werd het Romeinse rijk verder uitgebreid naar West-Europa. We spreken nu dan ook over het Imperium Romanum: Een Romeins rijk.

De Grieken en Romeinen geloofden in meerdere goden. In de Oudheid (en dat kun je al zien aan de jaartelling, de Oudheid valt namelijk zowel deels in de jaren voor Christus als in de jaren na Christus) kwam ook het christendom op. Dit zorgde voor problemen, omdat de christenen weigerden om de Romeinse goden en de keizer te eren. Keizer Nero gaf vervolgens de christenen de schuld van de grote brand in Rome (in het jaar 64). Als gevolg hiervan werden christenen vervolgd. Zelfs nadat keizer Trajanus het actief opsporen van christenen stopzette, bleef het nog lang strafbaar om christelijk te zijn.

De brand van Rome - Paul Maier

790855546f16c0fdbc7749f1217e9e5c.jpg

In de brand van Rome kijken we mee in het leven van de Romein Flavius Sabinus en zijn familie. Als stadsprefect van Rome staat hij in direct contact met Caesar Nero. Hierdoor krijgen we niet alleen een inkijkje in het leven van een Romeins gezin, maar ook in de politieke situatie. Nadat Rome in het jaar 64 voor een groot deel afbrandt, komt de positie van Nero in gevaar. Vrezende voor zijn ondergang besluit hij, op suggestie van een van zijn raadgevers, om een zondebok te zoeken. Die zondebok is snel gevonden in de groepering christenen. Nero geeft bevel om de christenen op te pakken, maar Sabinus probeert dit tegen te werken. Want niet alleen is hij een deugdzaam man, hij heeft ook vrienden en familie die zich bekeert hebben tot deze nieuwe godsdienst.

Kenmerkende aspecten in De brand van Rome

De Oudheid beslaat een behoorlijke periode. De brand van Rome behandelt daar maar een heel klein deel van, namelijk de jaren voor en na de grote brand in Rome en speelt zich dus omstreeks het jaar 64 af. Alhoewel dit verhaal dus maar een beperkte periode beslaat, geeft het toch een redelijk beeld van diverse kenmerkende aspecten.

Inmiddels is de uitbreiding van het Romeinse rijk naar West-Europa wel zo goed als achter de rug. Dit speelt dus geen rol meer in dit verhaal, alhoewel er her en der nog wel wat overwinningen behaald worden:

'Natúúrlijk heeft Caesar Brittannia overwonnen! Maar bent u vergeten wie de strategie uitdacht? En wie het grootste deel van de gevechten aanvoerde? En wie heel diplomatiek onze troepen langs de Thames gelegerd liet liggen totdat Caesar aariveerde om het bevel te voeren tijdens de uiteindelijke overwinning?'

Dat de Oudheid de tijd van vrije mannen was, is in het boek ook al snel duidelijk. Dat zit hem niet alleen in de gevechten die geleverd worden in die tijd. Vrouwen hebben over het algemeen niet veel te zeggen (al kunnen ze binnenshuis nog een behoorlijke rol hebben), hun rechten zijn beperkt en de enige carriere die er voor hen weggelegd is, is die van huismoeder. Het meisje Plautia merkt hierover op:

'Stelt u zich eens even voor, senator,' zei ze op serieuze toon, 'dat u dezelfde hersenen en talenten had die u nu heeft, ... maar dat u het lichaam van een vrouw had. Realiseert u zich hoe geheel anders uw leven zou zijn? U zou nooit consul of bevelhebber kunnen worden. Of senator. U zou niet eens kunnen stemmen voor een van deze ambten.

Dat het meisje Plautia ook in andere zaken weinig te zeggen heeft, wordt duidelijk als ze verloofd wordt. De betreffende man vraagt zijn aankomende schoonvader om zijn dochter als vrouw weg te geven en die antwoord daarop dat hij haar verloofd.

Alhoewel Plautia absoluut niets gezegd had, waren ze nu voor de wet verloofd, en het atrium brak uit in gejuich en applaus.

Toch opmerkelijk.

Het is het gebrek aan rechten dat het christendom voor vrouwen, en voor slaven, zo aantrekkelijk maakt. Voor het christendom zijn alle mensen immers gelijk. De opkomst van het christendom is een kenmerkend aspect dat uitgebreid in De brand van Rome aan bod komt. De Romeinen waren gelovig, maar zij geloofden in meerdere goden, die zij vereerden in tempels.

De vier legden samen een grofgebakken brood op het altaar, terwijl ze korte gebeden uitspraken voor Jupiter, Juno en nog andere goden van het land.

Het jodendom is wel al een tijdje bekend onder de Romeinen en deze godsdienst wordt ook erkend. Het christendom begint net zijn intrede te doen en men weet hier dan eigenlijk ook niet het fijne van:

Toen zij Aquila iets wat haar voor een raadsel stelde, want het leek verder te gaan dan het jodendom. Hij had het over een recente, bijzondere openbaring van de joodse godheid in de vorm van een onschuldige veroordeelde die in Jeruzalem gekruisigd was. Maar ze begreep er maar weinig van.

Onbekend maakt onbemind en Nero wijst de christenen dan ook snel aan als zondebok na de grote brand in Rome. Vanaf dat moment worden er honderden christenen opgepakt en zij worden op de meest gruwelijke wijzen omgebracht. Dit kenmerkende aspect komt zeer uitgebreid aan bod in De brand van Rome en het is zo afschuwelijk, dat je je bijna niet kan voorstellen dat dit echt gebeurd is.

De vorige keer besprak ik de tijd van jagers en boeren.

Volgende keer: Tijd van steden en staten.



Reacties op: Tijdvak 2: Grieken en Romeinen

Gerelateerd