Jim Randall, zoon van een communistisch agitator en stiefzoon van een Amerikaanse wapenfabrikant, zit tot aan zijn nek in de moeilijkheden. Hij is naar zee gevlucht om een politie-onderzoek naar een brandstichting te ontlopen, waarbij hij een meisje heeft gered. Bij die brand was ook een groep buitenlandse agenten betrokken, dezelfde groep die nu achter hem aanzit. Een groep die een duivels spel wil spelen in een explosieve situatie. Want op het moment dat de Arabische wereld de oliekraan dichtdraaide, werd koortsachtig uitgekeken naar nieuwe energiebronnen. Voor Engeland is dat het continentale plat, in het bijzonder de gebieden rond de Shetland Eilanden. Dit is het gebied waar Randall heentrekt. Hij weet een gestrande treiler op te lappen, waarmee hij wachtdienst gaat verrichten bij het booreiland Poolster, dat in opdracht van superfinancier Vic Villiers naar olie zoekt. Een wanhopige poging van Villiers die hiermee alles op één kaart heeft gezet om zijn wankele imperium voor de ondergang te behoeden.
