Schoorl, 1942. De oorlog is in volle gang. De vader van de twaalfjarige Johan wordt opgepakt zonder dat hij weet waarom. Hij blijft achter met zijn moeder en zusje. Johans vriend Elias is van Joodse afkomst en moet met zijn familie noodgedwongen onderduiken. Als het onderduikadres wordt verraden, weet Elias te vluchten. Hij vraagt Johan om hulp. Johan is bereid te helpen, maar tegen welke prijs? Heden. De dertienjarige Sam komt wekelijks bij haar opa. Ze weet dat hij nooit heeft gesproken over zijn oorlogsverleden. Nieuwsgierig als ze is, begint ze vragen te stellen. Stukje bij beetje begint opa te vertellen. Maar Sam heeft het gevoel dat hij iets achterhoudt. Dan komt ze erachter dat hij een geheim met zich meedraagt dat schokkender blijkt te zijn dan ze aanvankelijk dacht.
