Jongensverhaal, spelend in de Oostenrijkse bergen over Fortunat, die dolgraag in de voetsporen van zijn vader, die bergbeklimmer is, zou willen treden. Nadat zijn vader op een berg, die als eerste door zijn grootvader werd beklommen, zijn mes verliest, bezorgt Fortunat het mes aan zijn vader terug. Aanvankelijk is zijn vader boos, omdat hij met slecht touw heeft geklommen, maar als teken dat hij een volwaardig klimmer is geworden, krijgt Fortunat van hem een nieuw klimtouw.