Karel de kater woont in het huis van ‘meneer’, een mopperige, gierige man.
Maar een thuis kan Karel het nauwelijks noemen, want een thuis is knus en warm én daar wordt je geaaid.
je weet wel, zo’n aai die begint bij je neus, over je kop naar je oren en dan in een lange haal over je rug tot aan het puntje van je staart.
Maar zulke aaien en zelfs eten, krijgt hij niet.
Karel gaat steeds meer op z’n baasje lijken, gemeen en hebberig.
Zonder twijfel, de meest duivelse kat die ooit in de binnenstad heeft rondgelopen.
Maar dan, als de kerstbomen zijn versierd, er lampjes in de straten hangen en kerst voor de deur staat, gebeuren er mysterieuze dingen.
Dingen die je alleen in een magische kerstnacht zou kunnen meemaken.
En dat, terwijl een kat niet eens weet wat Kerstmis is, toch?
Soortgenoten uit het verleden, heden en de toekomst, laten Karel op een onverklaarbare manier zien, dat al die dingen waarover hij ontevreden is en waar hij mee spot, nét even anders zijn dan hij denkt.
Een Kerstmis Karel is een prachtig geschreven fabel, waarin de kerstgedachte op zijn mooiste manier aanwezig is.
Vol grappige, spannende en ontroerende momenten, en niet te vergeten, met een bijzondere knipoog naar A Christmas Carol van Charles Dickens.
