Op de vlucht voor zichzelf en haar verleden komt Sophie Dijkink als vanzelf tussen wandelaars terecht die op weg zijn naar Santiago de Compostella. De zogenaamde 'Camino' - de route naar de bedevaartsplaats - blijkt een uitstekende schuilplaats voor Sophie, die ondertussen een andere naam heeft aangenomen. Hoewel atheïst van huis uit wordt zij geraakt door de religieuze sfeer op en rond de Camino. Juist daardoor wordt zij nog meer belast door het vreselijke geheim dat zij met zich meedraagt. Na een vuurwerk dat wordt geblust door een plotseling opkomend noodweer bekent zij haar misdaad aan een paar medepelgrims waarmee zij de volgende dag verder trekt naar haar eindbestemming. Aangekomen bij de kathedraal in Santiago neemt Sophie een definitieve beslissing.
