In dit boek beschrijft Alice Loeters een eeuw eigen familiegeschiedenis waarin haar vader en zijn twee vrouwen centraal staan. Het indringende verhaal beschrijft hoe het leven van deze niet alledaagse boerenfamilie in een klein dorp in de Achterhoek verloopt. Wat waren de normen en waarden in relaties en opvoeding? Hoe gingen ze om met ziekte en dood? Wat betekende noaberschap als kernwaarde in het dorp? Wat was de rol van de katholieke kerk? Wat was de beleving van de Tweede Wereldoorlog? En daarop volgende wederopbouw? Hoe verliep de industrialisatie in de landbouw in het dorp? Hoe werd de ontkerkelijking en de emancipatie van de vrouw ervaren? Later in het verhaal beschrijft ze haar eigen ontwikkeling en beleving als jongste dochter in het grote gezin. Dit steeds in relatie tot de hoofdpersonen: haar vader en zijn twee vrouwen.
