Lezersrecensie
Sublieme sfeertekening in interessant levensverhaal
Met Rozeke is de Vlaamse Guillaume Van der Stighelen in het leven gedoken van de overgrootvader naar wie hij vernoemd is. Geboren eind negentiende eeuw als Gwillemke worstelt hij zich in de twintigste eeuw uit een armoedig gezin omhoog en slaagt erin naam te maken in sanitaire artikelen. Na zijn stijging op de sociale ladder gaat hij voortaan als Guillaume door het leven. Met het in romanvorm gegoten levensverhaal van Gwillemke neemt de auteur je tegelijkertijd mee in de geschiedenis van Antwerpen vanaf 1852 (het geboortejaar van Gwillemke) tot zijn (bijna) dood: de industriële revolutie, de oorlogsjaren en de tijdgeest.
Zijn tot de verbeelding sprekende en humorvolle schrijfstijl is doorspekt met het Vlaamse dialect van het ‘gewone’ volk en het Frans dat door de gegoede klasse werd gesproken. Het zorgt voor een mooie sfeertekening van die tijd waardoor het verhaal nog meer gaat leven. Zelfs als je (zoals ik) onbekend met Antwerps dialect is het totaal geen belemmering om volop te genieten van het verhaal. Veel valt uit de context waarin de woorden gesproken worden te halen en de Franstalige zinnen worden vaak in de daarna volgende dialogen vertaald weergegeven.
Het boek is opgedeeld in hoofdstukken die telkens een deel van het leven van Gwillemke bespreken met soms jaren tussen de verschillende hoofdstukken. Storend is dat niet, want ondanks deze lacunes krijg je in grote lijnen in het volgende hoofdstuk de belangrijke dingen uit de achterliggende jaren mee.
Wat al snel duidelijk wordt, is dat Gwillemke geen gemakkelijke man is, niet voor zijn vrouw en kinderen maar zeker ook niet voor zichzelf. Met de verdrinkingsdood van zijn oogappeltje Rozeke, lijkt de deur naar zijn hart permanent gesloten. Ondanks dat hij het moeilijk vindt om liefde te geven heeft hij wel een sociale kant die niet met zoveel woorden wordt beschreven, maar eerder duidelijk wordt in zijn daden. Hij zorgt financieel goed voor zijn gezin, de mensen die hem na staan en voor zijn personeel. Dat zorgt er mede voor dat je, ondanks dat hij vaak een regelrechte hork is, compassie voor hem voelt. Hij komt vooral naar voren als een harde werker die al vroeg doorheeft dat persoonlijke hygiëne belangrijk is in een tijd dat dat niet vanzelfsprekend was. Als een van de eersten in Antwerpen maakt en verkoopt hij grootschalig waterleidingen, lavabo’s en toiletten en bouwt daar een imperium mee op, dat helaas na de overname van zijn levenswerk door zijn zonen regelrecht op een faillissement afstevent. Het is bijna niet voor te stellen dat dit iets meer dan honderd jaar geleden, zeker voor de armere bevolking, geen gemeengoed was.
Met Rozeke heeft Van der Stighelen een interessant, humorvol en tot de verbeelding sprekend verhaal over zijn naamgenoot afgeleverd, waarin hij Gwillemke met oog voor al zijn plus- en vooral ook minpunten heeft neergezet als een levensecht persoon van vlees en bloed, inclusief al zijn tekortkomingen met de historische reis door Antwerpen en het Vlaamse dialect als de kers op de taart. Om in Franse termen te blijven: Chapeau!
Zijn tot de verbeelding sprekende en humorvolle schrijfstijl is doorspekt met het Vlaamse dialect van het ‘gewone’ volk en het Frans dat door de gegoede klasse werd gesproken. Het zorgt voor een mooie sfeertekening van die tijd waardoor het verhaal nog meer gaat leven. Zelfs als je (zoals ik) onbekend met Antwerps dialect is het totaal geen belemmering om volop te genieten van het verhaal. Veel valt uit de context waarin de woorden gesproken worden te halen en de Franstalige zinnen worden vaak in de daarna volgende dialogen vertaald weergegeven.
Het boek is opgedeeld in hoofdstukken die telkens een deel van het leven van Gwillemke bespreken met soms jaren tussen de verschillende hoofdstukken. Storend is dat niet, want ondanks deze lacunes krijg je in grote lijnen in het volgende hoofdstuk de belangrijke dingen uit de achterliggende jaren mee.
Wat al snel duidelijk wordt, is dat Gwillemke geen gemakkelijke man is, niet voor zijn vrouw en kinderen maar zeker ook niet voor zichzelf. Met de verdrinkingsdood van zijn oogappeltje Rozeke, lijkt de deur naar zijn hart permanent gesloten. Ondanks dat hij het moeilijk vindt om liefde te geven heeft hij wel een sociale kant die niet met zoveel woorden wordt beschreven, maar eerder duidelijk wordt in zijn daden. Hij zorgt financieel goed voor zijn gezin, de mensen die hem na staan en voor zijn personeel. Dat zorgt er mede voor dat je, ondanks dat hij vaak een regelrechte hork is, compassie voor hem voelt. Hij komt vooral naar voren als een harde werker die al vroeg doorheeft dat persoonlijke hygiëne belangrijk is in een tijd dat dat niet vanzelfsprekend was. Als een van de eersten in Antwerpen maakt en verkoopt hij grootschalig waterleidingen, lavabo’s en toiletten en bouwt daar een imperium mee op, dat helaas na de overname van zijn levenswerk door zijn zonen regelrecht op een faillissement afstevent. Het is bijna niet voor te stellen dat dit iets meer dan honderd jaar geleden, zeker voor de armere bevolking, geen gemeengoed was.
Met Rozeke heeft Van der Stighelen een interessant, humorvol en tot de verbeelding sprekend verhaal over zijn naamgenoot afgeleverd, waarin hij Gwillemke met oog voor al zijn plus- en vooral ook minpunten heeft neergezet als een levensecht persoon van vlees en bloed, inclusief al zijn tekortkomingen met de historische reis door Antwerpen en het Vlaamse dialect als de kers op de taart. Om in Franse termen te blijven: Chapeau!
1
Reageer op deze recensie