Meer dan 5,4 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Literaire reportage over vriendschap en verlies

Journalist Arjen van Veelen ontleedt in zijn autobiografische debuutroman ‘Aantekeningen over het verplaatsen van obelisken’ zijn verhouding tot zijn overleden vriend, de schrijver Thomas Blondeau. Van Veelen lijkt dicht bij de realiteit te blijven – zo heet de vriend in het boek Tomas – maar zijn boek is onmiskenbaar een roman en gaat niet zozeer over feiten, als wel over emoties en associaties rond vriendschap, verlies en rouw. En over afhankelijkheid en macht binnen relaties.
Tomas is de flamboyante student die vreest voor de middelmaat. Met zijn studie en leven in Leiden ontvlucht hij het eenvoudige Vlaamse milieu waarin hij is op gegroeid en richt hij alles op het bereiken van de status van groot schrijver en dichter. De ik-figuur is een eveneens begaafde student in wie Tomas een goede gesprekspartner en drinkmaat ziet en die ook literaire aspiraties heeft. De ik-figuur zet Tomas op een voetstuk, trekt zich aan hem op en accepteert dat hij hem kritiseert en stuurt.
In de beschrijving van deze vriendschap verwerkt Van Veelen subtiel de gedragstypen van de extraverte, bijna narcistische drang tot profileren en de introverte stijl van beschouwen en streven naar stabiliteit. De typen zijn niet confronterend, maar lijken elkaar op te stuwen. De idolate houding van de ik-figuur ontneemt enigszins het zicht op hetgeen hij zelf voor Tomas betekent, maar dat is tekenend voor zo een relatie. Als Tomas onverwacht sterft begint ik-figuur een zoektocht naar zijn eigen drijfveren en de vraag hoe hij zijn waardering voor Tomas kan vereeuwigen.
De titel verwijst naar monumenten vanuit verschillende perspectieven. Het plaatsen van een monument lijkt bedoeld voor degene aan wie het gewijd is, maar geeft juist ook betekenis aan degene die het opricht. Deze spanning wordt door Van Veelen in parallelle metaforen uitgewerkt en vormt de gelaagde opbouw van het boek. Hij switcht van de actuele gekte op de sociale media, waar de ‘likers’ bij de dood van een idool een deel van de roem op zichzelf laten afstralen, tot de klassieke obelisken die een universele band tussen het aardse en het goddelijke lijken uit te stralen, maar uiteindelijk de ultieme vorm van zelfverheerlijking van de machtigen der aarde zijn.
Als belangrijke laag door het hele boek loopt de queeste van de ik-figuur naar Alexandrië, de stad van Alexander de Grote. In de beginjaren van hun vriendschap heeft Tomas geroepen dat zij elkaar op een bepaalde tijd als gevierde schrijvers zullen treffen bij de beroemde bibliotheek, waar in de oudheid alle schrifturen van belang werden verzameld en bewaard voor de eeuwigheid. Daar zullen zij hun werk achterlaten als een monument voor zichzelf. De ik-figuur lost die afspraak in, maar de werkelijkheid is anders dan de droom. De queeste is een sleutelstuk in een proces van rouwverwerking.
Met dit debuut laat Van Veelen zien dat hij als journalist, die doorgaans beperkt wordt in het aantal te gebruiken woorden, ook de ongelimiteerde omvang van een roman tot een mooi geheel kan boetseren. Hij beperkt als ik-figuur de informatie over zichzelf - buiten zijn relatie tot Tomas - tot een minimum, en creëert daarmee alle ruimte voor het onderwerp van zijn adoratie en voor de inhoudelijke verdieping van verhaallijnen over zoektochten naar het graf van Alexander, moordfilmpjes op YouTube, omzwervingen in sinistere buitenwijken van St. Louis, studentikoze roadtrips of een bezoek aan de slagvelden van Vlaanderen. Het zijn illustraties van intellectuele stoeipartijen en pogingen om grip te krijgen op de essenties van het leven en de dood.
Onduidelijk is waarom Van Veelen in het boek gruizige foto’s heeft opgenomen die niets aan het verhaal toevoegen en per saldo het literaire karakter aantasten. Want zijn taalgebruik is registrerend en helder, ook als het zijn eigen gevoel betreft. Het boek leest als een diepgravende en boeiende reportage over de arena waarbinnen twee mannen bewegen en betekenis geven aan de dood van de een en het leven van de ander.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Kees-Willem van Gorkum