Lezersrecensie
Verdwalen was nog nooit zo magisch...
Een jongen. Een geitje. Een ongeplande tocht vol magie, moed en onverwachte vriendschappen.
Soms komt er een kinderboek voorbij dat alles in zich heeft: avontuur, humor, fantasie en hart.
De toch niet zo eenzame tocht van Torre is zo'n boek. Het neemt je mee op een onvergetelijke reis door bergen, bossen en onderaardse gangen – maar ook door Torre’s gevoelens van gemis, verwondering en groei.
Het verhaal begint een beetje verdrietig: Torre moet zijn huis verlaten omdat zijn moeder ziek is na de geboorte van zijn broertje. Hij wordt naar oom Fons gestuurd, een zonderlinge man in een berghut zonder stroom of wifi. Wat een straf lijkt, blijkt een groot geschenk: de jongen ontdekt een wereld vol verhalen, verrassingen én het eigenwijze babygeitje Natneus.
Als Torre en Natneus worden meegesleurd door een woeste bergbeek, begint het echte avontuur. Ze ontmoeten pratende dieren, mysterieuze wezens en overwinnen spannende obstakels. De tocht is gevaarlijk, maar nooit zonder hoop, en altijd doordrenkt met humor.
Het boek heeft een boeiende opbouw: het heeft twaalf delen. Elk van de twaalf delen begint met een intrigerende titel en citaat, wat het boek niet alleen aantrekkelijk maakt om zelf te lezen, maar ook ideaal maakt om voor te lezen in korte stukjes.
Ook de vormgeving van het gebonden boek is een plaatje. Wanneer je de omslag, met in het midden Torre en het babygeitje beweegt, zie je dat de takken er licht bovenop liggen, met daarachter allemaal glimmende oogjes. Van wie zijn die? En wat doen ze daar?
De illustraties van Sophie Pluim (ik ben groot fan) zijn geweldig. Het zijn stuk voor stuk schilderijtjes die je op wil hangen. Grappig genoeg loopt de verf door op de geschreven bladzijden, alsof de waterverf alles over wil nemen en niet kan wachten op de volgende lege ruimte om het verhaal verder te vertellen.
Het loopt allemaal perfect in elkaar over. De illustraties en de tekst. Annekarijn Overduin trekt je in z’n geheel de tekst in. Het is of je samen met Torre oploopt langs het kraaiennest en de kronkelende paadjes en bergpieken, die met wat fantasie op trollen lijken, of bergreuzen.
Een ideaal boek voor de grote vakantie
De toch niet zo eenzame tocht van Torre is een boek waarin alles klopt: de taal, de spanning, de magie en de illustraties. Er staan zelfs nog handige survivaltips in. Je weet immers maar nooit in de natuur. Ook niet als je ouders erbij zijn! ;)
Conclusie: Dit boek is een feest voor avonturiers vanaf 8 jaar en hun (voor)lezers. Perfect voor fans van De Gorgels, Lampje of Mees Kees die wel houden van een tikje magie.
En goed nieuws: deel twee is al uit, dus het avontuur gaat gewoon door!
⭐️⭐️⭐️⭐️⭐️ (5/5)
Auteur: Annekarijn Overduin | Illustraties: Sophie Pluim| Leeftijd: 8+ | Uitgeverij: Gottmer
Soms komt er een kinderboek voorbij dat alles in zich heeft: avontuur, humor, fantasie en hart.
De toch niet zo eenzame tocht van Torre is zo'n boek. Het neemt je mee op een onvergetelijke reis door bergen, bossen en onderaardse gangen – maar ook door Torre’s gevoelens van gemis, verwondering en groei.
Het verhaal begint een beetje verdrietig: Torre moet zijn huis verlaten omdat zijn moeder ziek is na de geboorte van zijn broertje. Hij wordt naar oom Fons gestuurd, een zonderlinge man in een berghut zonder stroom of wifi. Wat een straf lijkt, blijkt een groot geschenk: de jongen ontdekt een wereld vol verhalen, verrassingen én het eigenwijze babygeitje Natneus.
Als Torre en Natneus worden meegesleurd door een woeste bergbeek, begint het echte avontuur. Ze ontmoeten pratende dieren, mysterieuze wezens en overwinnen spannende obstakels. De tocht is gevaarlijk, maar nooit zonder hoop, en altijd doordrenkt met humor.
Het boek heeft een boeiende opbouw: het heeft twaalf delen. Elk van de twaalf delen begint met een intrigerende titel en citaat, wat het boek niet alleen aantrekkelijk maakt om zelf te lezen, maar ook ideaal maakt om voor te lezen in korte stukjes.
Ook de vormgeving van het gebonden boek is een plaatje. Wanneer je de omslag, met in het midden Torre en het babygeitje beweegt, zie je dat de takken er licht bovenop liggen, met daarachter allemaal glimmende oogjes. Van wie zijn die? En wat doen ze daar?
De illustraties van Sophie Pluim (ik ben groot fan) zijn geweldig. Het zijn stuk voor stuk schilderijtjes die je op wil hangen. Grappig genoeg loopt de verf door op de geschreven bladzijden, alsof de waterverf alles over wil nemen en niet kan wachten op de volgende lege ruimte om het verhaal verder te vertellen.
Het loopt allemaal perfect in elkaar over. De illustraties en de tekst. Annekarijn Overduin trekt je in z’n geheel de tekst in. Het is of je samen met Torre oploopt langs het kraaiennest en de kronkelende paadjes en bergpieken, die met wat fantasie op trollen lijken, of bergreuzen.
Een ideaal boek voor de grote vakantie
De toch niet zo eenzame tocht van Torre is een boek waarin alles klopt: de taal, de spanning, de magie en de illustraties. Er staan zelfs nog handige survivaltips in. Je weet immers maar nooit in de natuur. Ook niet als je ouders erbij zijn! ;)
Conclusie: Dit boek is een feest voor avonturiers vanaf 8 jaar en hun (voor)lezers. Perfect voor fans van De Gorgels, Lampje of Mees Kees die wel houden van een tikje magie.
En goed nieuws: deel twee is al uit, dus het avontuur gaat gewoon door!
⭐️⭐️⭐️⭐️⭐️ (5/5)
Auteur: Annekarijn Overduin | Illustraties: Sophie Pluim| Leeftijd: 8+ | Uitgeverij: Gottmer
1
Reageer op deze recensie