Lezersrecensie
Het raadsel Eichmann
Dit is geen roman, maar een reeks reportages uit de vroege jaren '60 over het Eichmann-proces. De toen nog vrij jonge schrijver Mulisch observeert de Jodenvervolger Eichmann en diens geschriften, observeert zijn rechters, bekijkt Israel, denkt na over de Tweede Wereldoorlog, en verbaast zich. En als rapporteur annex journalist schrijft hij niet wezenlijk anders dan als romanschrijver: hij zoekt totdat hij het raadsel voor zich heeft in zijn meest naakte vorm, vergroot dit raadsel uit, en laat ons paf staan.
Zijn perspectief op het raadsel Eichmann is even discutabel als imponerend en ijzingwekkend: hij ziet Eichmann als een lege mens die mechanisch bevelen gehoorzaamt, ongeacht de aard van het bevel. Zonder bevelen bestaat Eichmann niet en is hij in paniek. En die bevelen bepalen HOE hij bestaat: als het bevel is zich als brave burger te gedragen, dan is hij een brave burger; als het bevel is honderdduizenden joden om te brengen, dan brengt hij honderdduizenden joden om. Juist dit mechanische is volgens Mulisch het peilloze raadsel van Eichmann: tegelijk vreest Mulisch dat er in ons allemaal zo'n gehoorzamende automaat schuilgaat.
WAT Mulisch zegt is heel intrigerend, maar veel intrigerender nog is HOE hij het zegt. Fascinerend zijn bijvoorbeeld zijn speculaties over Eichmanns psyche n.a.v. drie heel verschillende portretfoto's: speculaties die niet 'bewijsbaar' zijn, misschien zelfs moeilijk verdedigbaar, maar die wel heel fraai de MOGELIJKE spelonken peilen in Eichmanns hoofd. Schitterend is ook de opening van dit boek: 'Zolang de historische mensheid bestaat, heeft zij het tafereel gekend van een eenzame man, oog in oog met zijn vernietiging, belichaamd tegenover hem in een college mannen, dat de samenleving vertegenwoordigt. Wij mensen, die allen twijfelen aan onze eigen dood, dat wil zeggen aan de werkelijkheid, in het proces ontmoeten wij het onbarmhartigste beeld van het bestaan der werkelijkheid'. Zo kijkt de romanschrijver Mulisch, ook als journalist: een voorval (zoals dit proces) wordt een bijna mythisch beeld dat ons als raadsel aanstaart. Zo gaat dit het hele boek door. Ook als hij een willekeurige Israelier ziet. Zijn observatie dan luidt: 'Ik stel mij voor, dat zij die ik liefheb vermoord is in Europa, en ook zij die mijn vrienden zijn, en dat ik niet meer zal terugkeren. Dat is die situatie van de man daar in het donker. Op hetzelfde ogenblik verandert de schoonheid om mij heen in het alleen weer op een andere manier vertrokken mombakkes van een onmenselijke werkelijkheid, waartoe men niet in kan gaan, tenzij door de dood'.
Wat een beelden. Wat een zinnen. Wat een schrijver.
Zijn perspectief op het raadsel Eichmann is even discutabel als imponerend en ijzingwekkend: hij ziet Eichmann als een lege mens die mechanisch bevelen gehoorzaamt, ongeacht de aard van het bevel. Zonder bevelen bestaat Eichmann niet en is hij in paniek. En die bevelen bepalen HOE hij bestaat: als het bevel is zich als brave burger te gedragen, dan is hij een brave burger; als het bevel is honderdduizenden joden om te brengen, dan brengt hij honderdduizenden joden om. Juist dit mechanische is volgens Mulisch het peilloze raadsel van Eichmann: tegelijk vreest Mulisch dat er in ons allemaal zo'n gehoorzamende automaat schuilgaat.
WAT Mulisch zegt is heel intrigerend, maar veel intrigerender nog is HOE hij het zegt. Fascinerend zijn bijvoorbeeld zijn speculaties over Eichmanns psyche n.a.v. drie heel verschillende portretfoto's: speculaties die niet 'bewijsbaar' zijn, misschien zelfs moeilijk verdedigbaar, maar die wel heel fraai de MOGELIJKE spelonken peilen in Eichmanns hoofd. Schitterend is ook de opening van dit boek: 'Zolang de historische mensheid bestaat, heeft zij het tafereel gekend van een eenzame man, oog in oog met zijn vernietiging, belichaamd tegenover hem in een college mannen, dat de samenleving vertegenwoordigt. Wij mensen, die allen twijfelen aan onze eigen dood, dat wil zeggen aan de werkelijkheid, in het proces ontmoeten wij het onbarmhartigste beeld van het bestaan der werkelijkheid'. Zo kijkt de romanschrijver Mulisch, ook als journalist: een voorval (zoals dit proces) wordt een bijna mythisch beeld dat ons als raadsel aanstaart. Zo gaat dit het hele boek door. Ook als hij een willekeurige Israelier ziet. Zijn observatie dan luidt: 'Ik stel mij voor, dat zij die ik liefheb vermoord is in Europa, en ook zij die mijn vrienden zijn, en dat ik niet meer zal terugkeren. Dat is die situatie van de man daar in het donker. Op hetzelfde ogenblik verandert de schoonheid om mij heen in het alleen weer op een andere manier vertrokken mombakkes van een onmenselijke werkelijkheid, waartoe men niet in kan gaan, tenzij door de dood'.
Wat een beelden. Wat een zinnen. Wat een schrijver.
2
3
Reageer op deze recensie