Lezersrecensie
De Tachtigers
De Tachtigers zijn voor mij een verre herinnering aan de literatuurlessen die ik op de HBS kreeg, maar niet meer dan dat. Hetzelfde geldt voor de leden van die vernieuwende beweging (ca. 1880 tot 1894), zoals Willem Kloos, Frederik van Eeden, Albert Verwey en Herman Gorter. Nooit heb ik enig werk van hen gelezen. Ja, van Gorters gedicht Mei ken ik de eerste regel: ‘Een nieuwe lente en een nieuw geluid.’
Het aardige van Arthur Japin’s ‘Wat stilte wil’ is, dat hij die destijds revolutionaire stroming binnen de Nederlandse litteratuur weer tot leven brengt. Hun drankgelagen, hun onderlinge meningsverschillen, de oprichting van hun tijdschrift De Nieuwe Gids, het komt allemaal voorbij.
Toch vormen de lotgevallen van de Tachtigers vooral het decor voor een ander verhaal, namelijk dat van Anna Witsen. Zij is de zus van een van de sleutelfiguren binnen de kunstenaarsgroep, de Amsterdamse kunstschilder Willem Witsen.
Willem en Anna zijn de telgen van een rijke familie die zich heeft teruggetrokken in een landgoed bij Lage Vuursche. Willem heeft zich ontworstelt en leeft als een bohemien in Amsterdam. Anna zit opgesloten in een Gooise gouden kooi en worstelt met het verstikkende milieu van haar familie. Zij heeft slechts één passie en dat is muziek. Zij wil zangeres worden, maar haar familie zet haar de voet dwars en dat gaat heel ver.
Japin beschrijft op een meeslepende manier het tragische leven van de echt bestaand hebbende Anna Witsen waarbij hij feiten en fictie vermengd. Hetzelfde geldt voor de avonturen van de Tachtigers.
Ik heb meerdere boeken van Japin gelezen en het knappe vind ik dat hij zulke uiteenlopende (meestal historische) onderwerpen kiest. Dat doet hij op zo’n manier dat hij de verbeelding van de lezer als het ware aan het werk zet. In sommige situaties is hij niet expliciet, maar wordt het aan je zelf overgelaten om in te vullen wat er echt gebeurt.
PS. ‘You Can't Judge a Book by the Cover’ zong de legendarische blueszanger Bo Diddley ooit, maar de cover van Wat stilte wil is wel heel erg fraai: ‘La Loge de theatre, le monsieur et la dame’, een olieverfschilderij van de Franse schilder Felix Vallatton uit 1909.
Het aardige van Arthur Japin’s ‘Wat stilte wil’ is, dat hij die destijds revolutionaire stroming binnen de Nederlandse litteratuur weer tot leven brengt. Hun drankgelagen, hun onderlinge meningsverschillen, de oprichting van hun tijdschrift De Nieuwe Gids, het komt allemaal voorbij.
Toch vormen de lotgevallen van de Tachtigers vooral het decor voor een ander verhaal, namelijk dat van Anna Witsen. Zij is de zus van een van de sleutelfiguren binnen de kunstenaarsgroep, de Amsterdamse kunstschilder Willem Witsen.
Willem en Anna zijn de telgen van een rijke familie die zich heeft teruggetrokken in een landgoed bij Lage Vuursche. Willem heeft zich ontworstelt en leeft als een bohemien in Amsterdam. Anna zit opgesloten in een Gooise gouden kooi en worstelt met het verstikkende milieu van haar familie. Zij heeft slechts één passie en dat is muziek. Zij wil zangeres worden, maar haar familie zet haar de voet dwars en dat gaat heel ver.
Japin beschrijft op een meeslepende manier het tragische leven van de echt bestaand hebbende Anna Witsen waarbij hij feiten en fictie vermengd. Hetzelfde geldt voor de avonturen van de Tachtigers.
Ik heb meerdere boeken van Japin gelezen en het knappe vind ik dat hij zulke uiteenlopende (meestal historische) onderwerpen kiest. Dat doet hij op zo’n manier dat hij de verbeelding van de lezer als het ware aan het werk zet. In sommige situaties is hij niet expliciet, maar wordt het aan je zelf overgelaten om in te vullen wat er echt gebeurt.
PS. ‘You Can't Judge a Book by the Cover’ zong de legendarische blueszanger Bo Diddley ooit, maar de cover van Wat stilte wil is wel heel erg fraai: ‘La Loge de theatre, le monsieur et la dame’, een olieverfschilderij van de Franse schilder Felix Vallatton uit 1909.
5
Reageer op deze recensie