Meer dan 5,4 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Hotelmens - Joseph Roth

Rattini 08 juni 2014


Inleiding

Het is 23 mei 1939. Joseph Roth zit in zijn stamcafé ‘Le Tournon’ in Parijs en drinkt.
Door zijn jarenlange overmatige drankgebruik heeft hij allerlei fysieke problemen. Hij loopt moeizaam, zijn lever is aangetast, zijn gezicht is pafferig, zijn ogen zijn waterig en hij slaapt slecht.
Hij is 44, maar ziet eruit als een oude zwerver.
Als hij die middag hoort dat zijn jeugdvriend en collega-schrijver Ernst Toller in New York zelfmoord heeft gepleegd, stort hij in. Een glas cognac en een injectie brengen hem weer op de been. Hij wordt naar het armenhospitaal gebracht. Vier dagen later sterft hij aan de gevolgen van delirium tremens.

Zijn leven

Joseph Roth (1894 – 1939) werd geboren uit Joodse ouders in Galicië, aan de oostelijke kant van het Habsburgse rijk. Zijn vader liet hem al voor de geboorte in de steek.
In WO 1 was hij ruim 1 jaar in het leger, alhoewel niet aan het front. Vanaf die tijd dronk Roth meer dan goed voor hem was.
Na een studie in Wenen vestigde hij zich in Berlijn. Hij maakte daar snel furore als journalist en schrijver van feuilletons. Roth trouwde in 1922 met Friederike Reichler. Tot een samenwonen is het nooit gekomen. Mede door de werkzaamheden van Roth verbleven beiden altijd in hotels.
Het vele reizen en drinken heeft desastreuze gevolgen voor de instabiele Friederike gehad. In 1928 werd zij in een inrichting opgenomen. Het was een grote klap voor de inmiddels succesvolle Roth. Ze was ongeneeslijk ziek - ze leed aan angstaanvallen en aan schizofrenie. In 1940 werd ze naar een euthanasie-Anstalt (KZ) gebracht waar ze kort daarna stierf. 
In 1933 moest Roth noodgedwongen Duitsland verlaten. Als exil-auteur woonde en werkte hij in Amsterdam, Oostende en Parijs. In 1938 (Anschluss Duitsland – Oostenrijk) verloor hij voor de tweede keer zijn vaderland.
Opmerkelijk is dat Joseph Roth nooit een eigen woning heeft gehad. Hij verkoos het hotelleven boven ‘huisje, boompje, beestje’. Was het gemakzucht of een uiting van bindingsangst?

Zijn werk

In zijn korte leven schreef Roth maar liefst 15 romans, meer dan 20 verhalen alsmede honderden reportages en ander journalistiek werk.
Zijn bekendste boeken zijn ‘Radetzkymars’, ‘Job’ en ‘Hotel Savoy’.
Centraal is zijn romans staat de teloorgang van het oude Europa – de Oostenrijks-Hongaarse Dubbelmonarchie. Het gaat dan vooral om de ontworteling van de 20ste-eeuwse mens en hoe die met het verlies van de traditionele wereld ook zijn eigen identiteit verliest.
In ‘Hotel Savoy’ keert de hoofdpersoon Gabriel Dan terug uit WO 1, hij heeft geen trauma opgelopen, maar hij voelt zich niet meer thuis in de nieuwe en veranderde wereld.
Wat zijn journalistieke werk betreft: zijn columns en feuilletons in de Frankfurter Zeitung waren bijzonder geliefd bij een groot lezerspubliek.
Wat opvalt is zijn scherpe observatievermogen, zijn rake beschrijvingen van situaties en mensen en vooral zijn bloemrijke, maar altijd glasheldere taalgebruik.
De laatste decennia is er internationaal een heuse Roth-revival. Ook in Nederland is de afgelopen jaren weer een toenemende belangstelling voor zijn oeuvre.
o.a. Tommy Wieringa, Geert Mak, Arnon Grunberg en Benno Barnard zijn warme pleitbezorgers van de werken van Joseph Roth.




Hotelmens (recensie)

Zoals reeds vermeld was Joseph Roth een hotelmens. In 1930 bundelde Roth zijn feuilletons over het leven als Hotelbürger in ‘Panoptikum'.
Els Snick heeft een aantal stukken daaruit gekozen en prima vertaald in het Nederlands. Bovendien heeft zij enkele brieven van Roth aan Stefan Zweig toegevoegd.
‘Hotelmens’ (116 bladzijden) is volgens mij een prima opstap naar het bekendere werk van Roth (Radetzkymars, Job, Hotel Savoy, Vlucht zonder einde).

Joseph Roth beschrijft in ‘Hotelmens’ op onnavolgbare wijze situaties (bijvoorbeeld in de lobby van een chique hotel waar de schrijver het gevoel heeft om één uur lang miljonair te zijn) en personen (de hotelportier, de oude kelner, de kok in de keuken, de patron, het kamermeisje).
Roth is een rasverteller. Door een scherp observatievermogen weet hij de lezer te overtuigen. Zijn taalgebruik is zeer verfijnd. Humor en melancholie spelen een grote rol.

Een voorbeeld uit 'De oude kelner':

‘Als men hem soms een uur lang ziet staan leunen tegen een van de dikke pilaren in de hal, met de kleine, uitgedoofde stenen pijp in zijn linker mondhoek, een licht hangende onderlip, uitgezakte wangen, doorschijnend rood als bepaalde Tiroolse appelsoorten, kleine, intens glanzende, kobaltblauwe ogen, strak starend naar andere werelden, het donkere zwart van zijn als gegoten zittende kostuum zonder pluisjes of kreukels, de glimmende schoenen die voortdurend het licht van de lampen weerspiegelen – dan zou men kunnen denken dat de kelner een standbeeld is, een huisgod van het hotel, en dat men onmogelijk aan hem voorbij kan gaan zonder even te buigen. Maar plotseling, juist wanneer je het het minst verwacht, komt hij in beweging – en deze aanblik is zo onwaarschijnlijk dat men ook aan de zuil gaat twijfelen, of hij wel zal blijven staan’.


De toegevoegde correspondentie met vriend Stefan Zweig maakt duidelijk hoe wanhopig de alcoholverslaafde Roth was. Hij bedelde om geld om de rekeningen te kunnen betalen.
De laatste jaren bracht de berooide Roth in tweede- en derderangs hotels door. Hij stierf in 1939.

Rattini

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Rattini