Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Hebban recensie

Een degelijke politieroman

Eric Diepvens 24 juli 2013

De Vlaamse reisjournalist Toni Coppers zette zijn eerste stappen als fictieauteur met Dixit en Heilige nachten, twee bijzonder geslaagde verhalen die drijven op humor. In 2008 schreef hij met Niets is ooit zijn eerste echte misdaadverhaal. Dit is het begin van een serie rond het, zich steevast op een Vespa verplaatsende, aimabele personage Liese Meerhout, inspecteur bij de politie van Brussel. Aanvankelijk hield ze zich bezig met kunstcriminaliteit. Later maakte ze promotie en stapte ze over naar de moordbrigade van de Belgische hoofdstad. Na – in Stil Bloed – een intermezzo in de badstad Oostende, maakt ze komaf met haar verleden en reist ze in Zwerfvuil haar geestelijke vader achterna om zich ook in Antwerpen vestigen.

In dit zesde deel krijgt ze twee bizarre moorden op haar professionele bord: de zaken van een levenloze zwerver en een dode drugsverslaafde worden enkel verbonden door getuigenissen dat een schim, die welk erg veel wegheeft van het Harry Potterpersonage Malfidus, op beide plaatsen delict opgemerkt werd. Een schim die zich tot doel lijkt te stellen Antwerpen te verlossen van haar menselijk zwerfvuil…

Het grootste probleem van dit boek is, voor de trouwe lezers van deze serie, de sfeer. Er rest nog bitter weinig van de quasi zorgeloze spring-in-’t-veld Liese Meerhout uit de eerdere verhalen. De flamboyante scooter is ingeruild voor een nukkige, vijfentwintig jaar oude Mini, die niet luistert naar de naam Mildred. Kortom, Liese is Liese niet meer. Zwerfvuil voelt meer aan als het begin van een nieuwe serie dan van een nieuwe adem in de bestaande reeks. Misschien was het inderdaad een betere keuze geweest om een totaal nieuwe reeks te beginnen in plaats van het hoofdpersonage te laten breken met zowat alle banden uit haar verleden en totaal verweesd neer te poten in Antwerpen. Occasionele lezers van Coppers’ werk zullen dit natuurlijk niet zo ervaren en kunnen ten volle genieten van dit werk.

Maar Toni Coppers kan schrijven. Dat hoeft echt geen betoog: De twee nominaties voor De Diamanten Kogel en eentje voor de Hercule Poirotprijs spreken voor zich. En ook Zwerfvuil ontpopt zich weer tot een degelijke politieroman.

Het onderzoek is deze keer wat uitgebreider dan we van deze auteur gewend zijn en loopt langs zeven moderne plagen van de maatschappij. Drugs, kindermishandeling, dierenmishandeling, prostitutie, onverdraagzaamheid, prostitutie en racisme, passeren allemaal de revue. Daarnaast is er nog een nevenverhaal dat uitmunt in menselijkheid, maar tegelijk knabbelt aan de geloofwaardigheid van het verhaal. Door dit grootsere opzet is het aantal personages dat moet opdraven aan de hogere kant en is de sfeer wat minder intimistisch dan in het verleden.

Maar Toni Coppers slaagt er zonder moeite in de lezer bij de les te houden door hem meer al dan niet verrassende wendingen voor te schotelen dan er kopjes koffie geslurpt worden op een politiecommissariaat, wat wellicht de appreciatie van Jeffery Deaver, de koning van de plotwendingen, zou kunnen wegdragen. Tijdens het onderzoek wordt de lijst van verdachten steeds langer, terwijl de auteur tegelijkertijd de aandachtige lezer op zeer subtiele wijze, in staat stelt om het raadsel zelf op te lossen.

Zoals eerder al opgemerkt heeft Toni Coppers met Zwerfvuil een degelijke policier afgeleverd, met eenzelfde opzet als de boeken van Koen Vermeiren, waarin eveneens politiewerk, menselijkheid en autisme verenigd worden. Maar de magie die rond de eerdere boeken uit Coppers'’ werk hing is totaal verdwenen. En dat is jammer.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Eric Diepvens

Gesponsord

Deze thriller trekt je razendsnel mee in een complot met onbetrouwbare staatslieden met hun eigen agenda's, internationale conflicten en hoogoplopende bedreigingen voor de samenleving.