Lezersrecensie
Een verhaal over waarom we worden die we zijn
Kom hier dat ik u kus is een roman over Mona, als kind, als
vierentwintigjarige en als vijfendertigjarige. Een verhaal over
waarom we worden wie we zijn.
Het eerste deel is bijzonder, de schrijfster kruipt als het ware in de huid van de negenjarige en vertelt in kinderlijke bewoording haar ingrijpende en soms schrijnend verhaal. De plotselinge dood van haar moeder, de stiefmoeder die al snel de plaats inneemt, de altijd werkende vader, de bezorgdheid voor haar broertje en vader, de komst van een zusje! Ze brengt de kinderlijke waarnemingen, in diep doordachte bewoordingen, dit alles in de Vlaamse taal dit geeft het lezen een extra sfeertje.
Het tweede deel is minder. Mona stort zich als twintiger op haar werk en gaat een liefdesrelatie aan. Ze leeft een meegaand leven; durft geen partij te kiezen. Een saai voortkabbelend verhaal met weinig ontwikkelingen in de personages.
Het derde maakt het weer goed. De verhouding met haar vader wordt extra belicht. Tijdens zijn ziekbed komen ze nader tot elkaar. Ze durven zich meer uit te spreken naar elkaar.
De liefdesrelatie wordt niet beter. Ze blijft zich vastklampen aan hem. Terwijl ze de dingen duidelijk ziet en waarneemt voert ze alleen innerlijk verzet.
Uiteindelijk ziet ze in dat ze nooit partij heeft gekozen en vooral zichzelf weggecijferd heeft. Altijd rekening gehouden met de ander. Zelf zegt ze: ‘We saboteren onszelf zonder het te beseffen, omdat we nadoen wat ons ooit is voorgedaan, en dan denken we dat het zo móet gaan.’
Uiteindelijk redt ze zichzelf en probeert haar traditionele gedrag te veranderen. Wordt eindelijk wie ze is: ‘Ik wil eindelijk worden wie ik ben, niet wie ik altijd dacht dat anderen wilden dat ik was’.
Het is een roman met intieme en gevoelig geschreven stukken. De personages worden tot in details weergegeven. Ondanks dat het tweede deel minder boeide, hoort het erbij en maakt het geheel compleet.
De roman krijgt een plekje in mijn boekenkast het belandt op de stapel, niet op de ‘favorieten’ plank.
Het eerste deel is bijzonder, de schrijfster kruipt als het ware in de huid van de negenjarige en vertelt in kinderlijke bewoording haar ingrijpende en soms schrijnend verhaal. De plotselinge dood van haar moeder, de stiefmoeder die al snel de plaats inneemt, de altijd werkende vader, de bezorgdheid voor haar broertje en vader, de komst van een zusje! Ze brengt de kinderlijke waarnemingen, in diep doordachte bewoordingen, dit alles in de Vlaamse taal dit geeft het lezen een extra sfeertje.
Het tweede deel is minder. Mona stort zich als twintiger op haar werk en gaat een liefdesrelatie aan. Ze leeft een meegaand leven; durft geen partij te kiezen. Een saai voortkabbelend verhaal met weinig ontwikkelingen in de personages.
Het derde maakt het weer goed. De verhouding met haar vader wordt extra belicht. Tijdens zijn ziekbed komen ze nader tot elkaar. Ze durven zich meer uit te spreken naar elkaar.
De liefdesrelatie wordt niet beter. Ze blijft zich vastklampen aan hem. Terwijl ze de dingen duidelijk ziet en waarneemt voert ze alleen innerlijk verzet.
Uiteindelijk ziet ze in dat ze nooit partij heeft gekozen en vooral zichzelf weggecijferd heeft. Altijd rekening gehouden met de ander. Zelf zegt ze: ‘We saboteren onszelf zonder het te beseffen, omdat we nadoen wat ons ooit is voorgedaan, en dan denken we dat het zo móet gaan.’
Uiteindelijk redt ze zichzelf en probeert haar traditionele gedrag te veranderen. Wordt eindelijk wie ze is: ‘Ik wil eindelijk worden wie ik ben, niet wie ik altijd dacht dat anderen wilden dat ik was’.
Het is een roman met intieme en gevoelig geschreven stukken. De personages worden tot in details weergegeven. Ondanks dat het tweede deel minder boeide, hoort het erbij en maakt het geheel compleet.
De roman krijgt een plekje in mijn boekenkast het belandt op de stapel, niet op de ‘favorieten’ plank.
1
Reageer op deze recensie