De familiegeschiedenis van de Indische familie ‘’David” begint met de eerst aangekomen voorvader David in het toenmalige Oost-Indië. Om deze voorvader te achterhalen is de kwartierstaat opgesteld van Beatrix Maria Johanna David (David-Willemsen). Deze kwartierstaat brengt ons naar Paul David welke omstreeks 1800 aankomt in Oost-Indië. Ook voert deze kwartierstaat ons terug tot vele Europese voorouders van Irene Willemsen, de moeder van Bea David. De voorouders van de kant van haar vader zijn beperkter daar de meeste mannelijke David’s trouwden of in concubinaat leefden met inlandse vrouwen, waarvan bijna geen voorouders bekend zijn. De Europese voorouders van Paul David zijn (nog) niet bekend omdat de herkomstplaats van Paul niet te achterhalen was. De parenteel van Paul David laat vele van zijn mannelijke en vrouwelijke nakomelingen zien. De wederwaardigheden van individuele leden van deze familie worden verteld aan de hand van familieverhalen, krantenartikelen, notities en anekdotes. Ruim aandacht wordt besteed aan de omstandigheden waarin men de tweede wereldoorlog in Azië moest doorbrengen en aan het vertrek uit Indonesië, waarbij wordt uitgewaaierd over de hele wereld.