Vijfentwintig jaar geleden werd Cecile geboren. Jet, haar moeder, was alleen. Ze had tijdens de bevalling geen man om zich aan vast te klampen, geen vriendin om in te knijpen, geen ouders om haar bij te staan. Ze had alleen haar instrument, haar altviool. Ceciles jeugd stond in het teken van de muziek. Haar moeder speelde altviool zoveel ze kon en Cecile kreeg op haar vijfde haar eerste viool. Vragen over haar onbekende vader werden zo deskundig afgewimpeld dat het onderwerp voorgoed naar de achtergrond verdween. Cecile groeit op tot een vrijgevochten jonge vrouw die met weinig scrupules door het leven gaat. Moeder en dochter lijken in niets op elkaar, het enige wat zij delen is hun passie voor muziek. Sinds een jaar spelen ze samen in een strijkkwartet Jet en Cecile Morgenster en Daniel en Guus Donkers. Ze spelen Schubert. En hoewel Guus de zoon, de betere musicus is, is het de vader die de toon van hun spel bepaalt. En tot hem voelt Cecile zich onmiskenbaar aangetrokken. HET STRIJKKWARTET BESCHRIJFT subtiel en overtuigend hoe de verschuivende verhoudingen van deze vier mensen onafwendbaar op een dramatische finale afstevenen.
HET STRIJKKWARTET won dit jaar de Libelle Romanprijs.
