Alsof hij uit het paradijs werd verdreven, zo ongeveer moet Robert Shannon het gevoeld hebben toen hij, nauwelijks 8 jaar oud, vanuit het vertrouwde Ierland werd óvergeplaatst' naar het sombere Schotland. Maar hij had geen keus, na de vroege dood van zijn ouders. En zo werd het onbeduidende stadje Levenford de plaats die tien jaar lang voor hem "de wereld" zou zijn. een vreemde wereld vol volwassenen die hij niet begrijpt en die ook hem niet kunnen begrijpen in zijn eenzame wereld. Robert ondervindt alle moeilijkheden en ondergaat alle vernederingen die volwassenen en kinderen hem, een Ierse katholiek in een streng protestantse omgeving, aandoen, gewild of onbewust. Hij wordt heen en weer geslingerd tussen hoop en vrees, succes en ontgoocheling, onverschilligheid en genegenheid. En hoe dicht die uitersten bij elkaar liggen, bewijst het verrassende slot van deze wereldberoemde roman - een slot dat eigenlijk een begin is.