Lezersrecensie
Een vlotte vertelling met een bonk actie, en de afwikkeling komt in deel 2
Ik ben geen fantasy-lezer, moet ik eerlijk zeggen. Toch ben ik aan dit boek begonnen, gewoon als onderdeel van me af en toe eens breder oriënteren: als je opgesloten blijft in je eigen bubbel, houd je ook jezelf klein. Dus wilde ik eens fantasy lezen en dan bij voorkeur een recent boek van een Nederlandse schrijver.
Kelly van der Laan heeft een groot aantal fantasytitels op haar naam, zowel verhalen als romans. Zoals vaker zijn haar fantasyromans meestal onderdeel van series, ook 'De Prijs van Water' is het eerste deel, de serie wordt twee delen. Het tweede deel is nog niet verschenen, ik heb dit eerste deel dus noodzakelijk als losstaande roman gelezen.
De besprekingen van 'De prijs van Water' op Hebban hadden het over 'spanning' en 'actie´ en loven het boek op dit punt. Een aanleiding om erin te duiken! De flaptekst ging over een watermonopolie waartegen de maatschappij in opstand komt – de maatschappelijke relevantie triggerde me, ik was benieuwd hoe in een fantasy-context zo'n actueel thema kan worden ingepast.
De flaptekst van het boek vertelde me ook dat eerdere series van de schrijver niet alleen veel actie bevatten, maar ook 'diepgewortelde studies naar menselijk gedrag en menselijke behoeften'. Dat boeit me: juist menselijke vraagstukken en ontwikkelingen maken voor mij science fiction en ook mijn uitstapje naar fantasy boeiend.
´De Prijs van Water´ heeft eigenlijk maar één onderwerp: strijd in een toren tussen mensen en monsters. Er is een inleiding om de lezer te informeren over de aanleiding van de strijd: de rebellengroep die in opstand komt tegen de monopolist op water waarvan de toren het hoofdkantoor is. De openingshandeling van de strijd is een magische rite.
Aan het eind van het boek is de strijd nog niet afgelopen, deel 2 is daadwerkelijk nodig. Omdat het boek één lange en bloedige strijd beschrijft, is er aan actie, avontuur en spanning werkelijk geen gebrek. De schrijfster vertelt met een hoog tempo, beeldend en weet met een aantal parallelle verhaallijnen de lezer voortdurend in de greep te houden: er wordt veel geschoten en met granaten gegooid, er vloeit dus ook veel bloed in al deze actie, er lopen veel mensen uitgebreid beschreven verwondingen op en mensen gaan op allerlei manieren dood. Op sommige momenten worden vormen van magi als wapens ingezet – net als andere wapens hebben magische wapens hun eigen ammunitie en regels, in de loop van het verhaal worden die duidelijk.
Het 'monopolie op water' speelt in deze roman eigenlijk nauwelijks een rol. De aanleiding voor het conflict had zonder enig probleem elke andere wrijving tussen een bevolking en een autoritaire regering kunnen zijn: belastingen, ruzie met een buurland, verbod op magische handelingen – het had het verhaal nauwelijks beïnvloed. Ik vermoed dat dit thema in de tweede roman een uitgebreidere plek krijgt – aan het eind van dit eerste deel werden wat stukjes klaargelegd waardoor ik me dat kan voorstellen. Het had voor mij als gevolg dat ik behalve het gewelddadige verhaal er niet in geslaagd ben verbindingen met onze dagelijkse wereld te leggen. Het is een puur escapistisch/ontspannend boek geworden met geweld om het geweld – daar is niets mis mee maar de flaptekst had mij op het verkeerde been gezet – my mistake.
De magie ('magi') speelt in dit boek een duidelijke rol. Soms is magische macht vergelijkbaar met wat wetenschap in 'harde' sf doet. Het krachtveld dat de toren omsluit had zomaar in een technologische variant kunnen opduiken, ik vond dat wel vermakelijk. Het past bij het adagium dat 'elke voldoende geavanceerde technologie trekjes van magie krijgt´.
De 'techniek' van het functioneren van de magie in dit boek werd me niet helemaal duidelijk. Is het gebruiken van magi nu erfelijk of aan te leren? Gaat het om de runen en de spreuken, of om de persoon die rituelen uitvoert? Of is het ook de bewoners van deze wereld niet helemaal duidelijk (meer)? Voor mij werd het magische element niet een soort 'aanvullende technologie', het bleef 'deus-ex-machina'.
* terzijde: het verkrijgen van de benodigde magische 'energie' uit bloed roept bij mij afkeer op, het doet me te veel denken aan de complotmensen in onze wereld die wérkelijk iets geloven van bloedrituelen zoals satanische rites of baby-offers. Maar ik kan me zomaar voorstellen dat het in veel fantasy een rol speelt – het prikkelt tenslotte wél.
Het openen van de schaduw-dimensie en de daaruit voortkomende monsters (mét zwavelgeur) is binnen het boek belangrijk om de strijd bloedig te maken en op gang te houden. Voor de geconstrueerde wereld vond ik het niet een vanzelfsprekend passend onderdeel. De monsters blijven cliché: enorm groot, sterk, woest, zwart bloed (natuurlijk!). Ze worden geleverd in de standaardmodellen: kruipend, klimmend, lopend en vliegend. Zeer geschikt als vijand natuurlijk, het is heerlijk om er vrijblijvend en zonder gewetensbezwaren op te schieten! Mij bekropen wat vragen: zijn ze intelligent, is de schaduw-dimensie een onderwereld met een eigen bestaan, hebben die wezens niets anders te doen dan door een gaatje te kruipen en mensen het hoofd af te bijten, zijn er beneden ook schattige kinder-monstertjes die wachten of pappa op tijd thuis is voor het eten? Ah, ik kreeg er wel inspiratie van! De schaduw-dimensie komt binnen het boek verder niet aan de orde, het is de externe Vijand, de Vertegenwoordiger van het Volkomen Kwaad.
Ondertussen lijden de medewerkers van de toren/ watermaatschappij wel zwaar onder al het geweld. Ze sterven bij bosjes, sommigen plegen heldendaden, anderen kiezen voor de veiligste weg en verstoppen zich om de gebeurtenissen af te wachten. Er ontwikkelen zich vriendschappen, verbroken relaties komen elkaar weer tegen. De dialogen zijn goed, mensen handelen geloofwaardig. Ik zou het geen 'diepgewortelde studie naar menselijk gedrag´ noemen, maar je kunt wel degelijk goed meeleven met de gebeurtenissen die de hoofdpersonen overkomen en hun emoties daarbij. De schrijver is daar echt goed in.
* een piepklein en grappig detail vind ik het gebruik van het woord 'maanwende' in plaats van maand – natuurlijk onnodig, maar het heeft van die heerlijke sprookjesconnotaties.
Al met al: een paar uurtjes de werkelijkheid wil ontvluchten en wil verdwijnen in een fantasywereld is dit een prima optie. Voor wie zich dan amuseert met geweld, bloed en veel schieten is dit boek een prettige omgeving. Het is deskundig geschreven, vlot leesbaar, boeiend, spannend. Het verhaal is aan het eind van het boek niet klaar, dus houdt er rekening mee dat je in het volgende deel verder moet gaan – de schrijver is goed in cliffhangers!
Voor mezelf is het geen boek dat me overtuigt dat ik verder in de fantasy moet gaan grasduinen – maar ja, ik ben een vreemd mens.