Toeval bestaat wèl

Een nieuwe omslagstijl, een nieuw geluid. Ton Theunis heeft met zijn vierde boek over politieman Frits Calis meer willen schrijven dan een spannend verhaal. In Gods naam moet een heuse en serieuze boodschap aan de lezer overbrengen: moslimextremisme kan ook bij u om de hoek ontstaan, met de meest vreselijke gevolgen. De boodschap is luid en duidelijk overgekomen, de spanning net iets minder.
Frits Calis wordt in zijn stad Almere ingezet bij een dodelijke aanrijding. Het slachtoffer blijkt banden te hebben met een groep jongeren die zich “de Tijgers van Allah” noemt. Het laat zich eenvoudig raden: ze zijn weinig goeds van plan. Aan Calis en zijn collega’s de taak om de groep op tijd staande te houden. Een taak die ze niet serieus genoeg kunnen nemen, want er blijkt heel veel op het spel te staan. Al zouden velen wellicht stellen dat aan Almere weinig verloren gaat.
Theunis sleept met de proloog de lezer moeiteloos het boek in. Het relaas van een amateuristische aanval op de Rotterdamse olietankers is spannend en geloofwaardig. Het schept bovendien de verwachting dat men tot het einde toe geboeid zal blijven. Helaas is het Theunis niet gelukt om de boog voldoende gespannen te houden. De schuld ligt bij Calis’ gezin en een overmatige portie toeval.
Erica Bendeler, de vriendin van Calis, moest blijkbaar een prominentere rol krijgen in de serie. Daarom vertelt Theunis hoe ze in haar geboorteplaats de dood van haar moeder probeert te verwerken. En laat hij haar vervolgens bij toeval kennismaken met “soulmate” Anna Brinker. Anna was betrokken bij de eerder genoemde aanrijding en is toevallig ook degene die bij de ontknoping van het verhaal een belangrijke rol gaat spelen. De lezer loopt opnieuw tegen een flinke dosis toeval aan als ze kennismaakt met de vriend van Calis’ dochter. Het weglaten van dit toevalstrio had het boek een beetje korter, maar veel kernachtiger en krachtiger gemaakt.
Wat het boek mist door het teveel aan toeval, maakt het goed door een geloofwaardige en daardoor interessante kijk in het hoofd van een moslimextremist. Theunis maakt duidelijk waarom er achter een terroristische aanslag geen wereldwijd opererende organisatie schuil hoeft te gaan. Een ietwat ongelukkige Marokkaan uit Almere met een internetaansluiting kan voldoende zijn om het leven van tienduizenden mensen in gevaar te brengen.
De ontknoping van In Gods naam is spannend en onverwacht. Mede hierdoor mag Theunis bijna een 'Hollandsche meester van het spannende boek' genoemd worden. Met Frits Calis als vrijgezel had hij deze titel met dit boek definitief in de wacht kunnen slepen. Nu is het wachten op de volgende.