Lezersrecensie
Terugblik op een zomer in het zuiden
Maleisië, eind 1997. De economie in Zuidoost Azië staat op instorten, de zon verschroeit het land en de Chinees-Maleisische familie Lim laat de airco’s en het comfort van Kuala Lumpur achter zich om een paar weken door te brengen op de familiegrond in ‘het zuiden’. Het is niet alleen de economie die in crisis verkeert, hetzelfde kan gezegd worden over het boerenbedrijf op de familiegrond én over het gezin Lim zelf. De drie kinderen, jongvolwassenen inmiddels, gaan hun eigen weg, het huwelijk van de ouders verkeert in crisis en gepraat wordt er nauwelijks. Hoe moet dit verder?
Schrijver Tash Aw, zelf ook uit een Chinees-Maleische familie afkomstig, laat in zijn nieuwste roman ‘Het Zuiden’ de jongste van het gezin, Jay, jaren later terugblikken op die weken in het zuiden. Dat gaat zoekend. Jay herinnert zich sommige gebeurtenissen nog heel helder, zoals zijn eerste seksuele ervaring met een andere jongen en zijn eerste dronkenschap. Andere herinneringen zijn vager, alsof hij ze uit het diepst van zijn geheugen moet opvissen en waarbij hij zich vooral sfeer en gevoel herinnert. Bijvoorbeeld de onzekerheid over zijn homoseksualiteit, de spanning van de eerste verliefdheid, de weerzin voor zijn vader, het avontuur van voor het eerst de hele nacht op stap met leeftijdsgenoten, de landarbeiders met hun gespierde lijven, de verdorde natuur.
Opmerkelijk aan het boek is het steeds verspringende perspectief. Soms is duidelijk de terugblikkende, oudere Jay aan het woord, maar andere delen worden verteld in tegenwoordige tijd en in personaal perspectief en beschrijven de gebeurtenissen vanuit (de jonge versie van) Jay, maar ook vanuit zijn moeder Sui, en de opzichter van het land, Fong. Andere personages blijven meer op afstand. Toch bouw je als lezer langzaam een steeds scherper beeld op van deze familie, hun onderlinge relaties en hun geschiedenis.
Wat je bij dit boek zeker niet moet verwachten is een keurig afgeronde familiegeschiedenis, waarin je chronologisch de generaties volgt. In een interview zegt Tash Aw dat dit ook niet zijn bedoeling was. Hij wil de geschiedenis beschrijven zoals die gebeurde, niet zoals je die achteraf vertelt. Want het coherente verhaal, dat maak je pas achteraf. Op het moment dat gebeurtenissen plaatsvinden, beleef je de werkelijkheid meer zintuiglijk, fragmentarisch: je weet nog niet wat belangrijk gaat zijn.
Wie een afgerond plot verwacht, komt misschien dus wat bedrogen uit. Dat komt overigens niet alleen door de fragmentarische opzet, maar ook doordat ‘Het Zuiden’ het eerste deel is van wat uiteindelijk een vierluik over de familie Lim moet worden. Het bevat dus behoorlijk wat open eindjes, en dat heeft iets onbevredigends, zeker omdat de vervolgdelen nog niet eens geschreven zijn. Maar voor wie kan genieten van sfeertekening, poëtische beschrijvingen van verstilde momenten en bespiegelingen over het voorbijgaan van de tijd valt er een hoop moois te beleven in ‘Het Zuiden’.
Schrijver Tash Aw, zelf ook uit een Chinees-Maleische familie afkomstig, laat in zijn nieuwste roman ‘Het Zuiden’ de jongste van het gezin, Jay, jaren later terugblikken op die weken in het zuiden. Dat gaat zoekend. Jay herinnert zich sommige gebeurtenissen nog heel helder, zoals zijn eerste seksuele ervaring met een andere jongen en zijn eerste dronkenschap. Andere herinneringen zijn vager, alsof hij ze uit het diepst van zijn geheugen moet opvissen en waarbij hij zich vooral sfeer en gevoel herinnert. Bijvoorbeeld de onzekerheid over zijn homoseksualiteit, de spanning van de eerste verliefdheid, de weerzin voor zijn vader, het avontuur van voor het eerst de hele nacht op stap met leeftijdsgenoten, de landarbeiders met hun gespierde lijven, de verdorde natuur.
Opmerkelijk aan het boek is het steeds verspringende perspectief. Soms is duidelijk de terugblikkende, oudere Jay aan het woord, maar andere delen worden verteld in tegenwoordige tijd en in personaal perspectief en beschrijven de gebeurtenissen vanuit (de jonge versie van) Jay, maar ook vanuit zijn moeder Sui, en de opzichter van het land, Fong. Andere personages blijven meer op afstand. Toch bouw je als lezer langzaam een steeds scherper beeld op van deze familie, hun onderlinge relaties en hun geschiedenis.
Wat je bij dit boek zeker niet moet verwachten is een keurig afgeronde familiegeschiedenis, waarin je chronologisch de generaties volgt. In een interview zegt Tash Aw dat dit ook niet zijn bedoeling was. Hij wil de geschiedenis beschrijven zoals die gebeurde, niet zoals je die achteraf vertelt. Want het coherente verhaal, dat maak je pas achteraf. Op het moment dat gebeurtenissen plaatsvinden, beleef je de werkelijkheid meer zintuiglijk, fragmentarisch: je weet nog niet wat belangrijk gaat zijn.
Wie een afgerond plot verwacht, komt misschien dus wat bedrogen uit. Dat komt overigens niet alleen door de fragmentarische opzet, maar ook doordat ‘Het Zuiden’ het eerste deel is van wat uiteindelijk een vierluik over de familie Lim moet worden. Het bevat dus behoorlijk wat open eindjes, en dat heeft iets onbevredigends, zeker omdat de vervolgdelen nog niet eens geschreven zijn. Maar voor wie kan genieten van sfeertekening, poëtische beschrijvingen van verstilde momenten en bespiegelingen over het voorbijgaan van de tijd valt er een hoop moois te beleven in ‘Het Zuiden’.
1
2
Reageer op deze recensie