Lezersrecensie
Het raadsel Luc De Vos
De biografie van Vlaanderens grootste volksheld, the one and only Vossieboy from Belgium, is geschreven door een Nederlander. Dit moet zowat de meest aangehaalde wetenswaardigheid zijn als het gaat over VOS, de biografie van Gorki-frontman Luc De Vos. Zonde, want er valt veel meer over te vertellen.
Schrijver Leon Verdonschot was naar eigen zeggen verbaasd dat er nog niemand in Vlaanderen aan een biografie van ‘Voske’ werkte. Misschien gelukkig maar, want VOS is een uitstekend boek geworden.
Het verhaal begint waar het eindigt: die novemberdag in 2014 waarop nieuwslezeres Martine Tanghe aan Vlaanderen meedeelde dat Luc De Vos op 52-jarige leeftijd was overleden in zijn werkappartement in Gent.
Het land werd terstond in rouw gedompeld. Op de dag van de begrafenis verzamelden duizenden mensen zich op het Gentse Sint-Pietersplein, voor de gelegenheid omgedoopt tot ‘Lieve Kleine Piranha-plein’.
Luc De Vos was in de eerste plaats een schrijver en een muzikant, maar zijn status van volksheld ging veel dieper dan dat. “Luc De Vos was eigendom van Gent en bij uitbreiding van Vlaanderen”, schrijft Verdonschot.
De zoektocht naar de mens achter een volksheld is altijd interessant. In het geval van Luc De Vos was de kloof tussen de man en het icoon soms hemelsbreed, zeker voor wie hem voornamelijk van z’n tv-optredens kende.
Achter de joviale grappenmakker school echter een complexe persoonlijkheid. Aan de hand van anekdotes, getuigenissen en tekstfragmenten schetst Verdonschot de vele tegenstellingen die samen het raadsel Luc De Vos maakten: wereldvreemde intellectueel, rusteloze luiwammes, gulle gierigaard en bedeesde allemansvriend. Zijn hele leven worstelde hij met de wereld, zijn bekendheid en zijn verleden.
Dat verleden begint in Wippelgem, het Oost-Vlaamse dorp waar De Vos opgroeide. Zijn jeugdjaren in een landelijk CVP-gezin bleven altijd een bron van inspiratie en frustratie.
De jonge Luc verslond boeken en begon gitaar te spelen. Via bands met namen als Les Zazous en BH 2000 Turbo richtte hij uiteindelijk Gorky op. De ontstaansgeschiedenis van de band en de totstandkoming van de eerste plaat worden heel nauwkeurig en kleurrijk uit de doeken gedaan. Na de pijnlijke breuk met de originele drummer en bassist wilde Luc de band omdopen tot “Luc De Vos en vrienden”. Na wat aandringen werd het toch maar Gorki, met een i.
Alle platen van Gorki worden uitvoerig behandeld (ik heb nog nooit zo vaak een boek neergelegd om muziek op te leggen) maar ook de vele kortverhalen en boeken die De Vos schreef komen uitvoerig aan bod. Meerdere lange citaten uit het boek geven een inkijk in het hoofd van de schrijver. Zo schept VOS gaandeweg het beeld van een getroebleerde idealist.
De Vos wilde zeer graag geloven in een zinvol leven, maar ging gebukt onder de zinloosheid ervan. Als een volleerde poète maudit gaf hij zich over aan mateloosheid en zocht hij de roes. In zijn liefde voor mensen, in poëzie en muziek. En in alcohol. Verdonschot gaat het problematische drankgebruik van De Vos niet uit de weg en toont hoe zijn omgeving eronder leed. Dat is het mooie aan VOS: de auteur hangt geen geïdealiseerd beeld van Luc De Vos op. Ook zijn nukkige karakter en kleine kantjes maken deel uit van de puzzel.
“Het is alleen de groten gegeven: iets heel triestigs zeggen met humor”, laat producer Wouter Van Belle optekenen in het derde hoofdstuk. Die rake omschrijving van de Vossiaanse schrijfkunst is ook op deze biografie van toepassing. VOS is meeslepend geschreven en bij momenten hilarisch, maar van het verhaal wordt je hart week.
Oorspronkelijk verschenen op Vreemder Dan Fictie
Schrijver Leon Verdonschot was naar eigen zeggen verbaasd dat er nog niemand in Vlaanderen aan een biografie van ‘Voske’ werkte. Misschien gelukkig maar, want VOS is een uitstekend boek geworden.
Het verhaal begint waar het eindigt: die novemberdag in 2014 waarop nieuwslezeres Martine Tanghe aan Vlaanderen meedeelde dat Luc De Vos op 52-jarige leeftijd was overleden in zijn werkappartement in Gent.
Het land werd terstond in rouw gedompeld. Op de dag van de begrafenis verzamelden duizenden mensen zich op het Gentse Sint-Pietersplein, voor de gelegenheid omgedoopt tot ‘Lieve Kleine Piranha-plein’.
Luc De Vos was in de eerste plaats een schrijver en een muzikant, maar zijn status van volksheld ging veel dieper dan dat. “Luc De Vos was eigendom van Gent en bij uitbreiding van Vlaanderen”, schrijft Verdonschot.
De zoektocht naar de mens achter een volksheld is altijd interessant. In het geval van Luc De Vos was de kloof tussen de man en het icoon soms hemelsbreed, zeker voor wie hem voornamelijk van z’n tv-optredens kende.
Achter de joviale grappenmakker school echter een complexe persoonlijkheid. Aan de hand van anekdotes, getuigenissen en tekstfragmenten schetst Verdonschot de vele tegenstellingen die samen het raadsel Luc De Vos maakten: wereldvreemde intellectueel, rusteloze luiwammes, gulle gierigaard en bedeesde allemansvriend. Zijn hele leven worstelde hij met de wereld, zijn bekendheid en zijn verleden.
Dat verleden begint in Wippelgem, het Oost-Vlaamse dorp waar De Vos opgroeide. Zijn jeugdjaren in een landelijk CVP-gezin bleven altijd een bron van inspiratie en frustratie.
De jonge Luc verslond boeken en begon gitaar te spelen. Via bands met namen als Les Zazous en BH 2000 Turbo richtte hij uiteindelijk Gorky op. De ontstaansgeschiedenis van de band en de totstandkoming van de eerste plaat worden heel nauwkeurig en kleurrijk uit de doeken gedaan. Na de pijnlijke breuk met de originele drummer en bassist wilde Luc de band omdopen tot “Luc De Vos en vrienden”. Na wat aandringen werd het toch maar Gorki, met een i.
Alle platen van Gorki worden uitvoerig behandeld (ik heb nog nooit zo vaak een boek neergelegd om muziek op te leggen) maar ook de vele kortverhalen en boeken die De Vos schreef komen uitvoerig aan bod. Meerdere lange citaten uit het boek geven een inkijk in het hoofd van de schrijver. Zo schept VOS gaandeweg het beeld van een getroebleerde idealist.
De Vos wilde zeer graag geloven in een zinvol leven, maar ging gebukt onder de zinloosheid ervan. Als een volleerde poète maudit gaf hij zich over aan mateloosheid en zocht hij de roes. In zijn liefde voor mensen, in poëzie en muziek. En in alcohol. Verdonschot gaat het problematische drankgebruik van De Vos niet uit de weg en toont hoe zijn omgeving eronder leed. Dat is het mooie aan VOS: de auteur hangt geen geïdealiseerd beeld van Luc De Vos op. Ook zijn nukkige karakter en kleine kantjes maken deel uit van de puzzel.
“Het is alleen de groten gegeven: iets heel triestigs zeggen met humor”, laat producer Wouter Van Belle optekenen in het derde hoofdstuk. Die rake omschrijving van de Vossiaanse schrijfkunst is ook op deze biografie van toepassing. VOS is meeslepend geschreven en bij momenten hilarisch, maar van het verhaal wordt je hart week.
Oorspronkelijk verschenen op Vreemder Dan Fictie
1
Reageer op deze recensie