Meer dan 5,4 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Hebban recensie

Hoe herken ik een eierstok?

Jannelies Smit 14 april 2010
Het pas herdrukte boek Kloon (2003) van Robin Cook is een van de twee boeken van zijn hand waarvan nog geen recensie kon worden aangetroffen op Crimezone. Helaas zal dit boek het gemiddelde aantal sterren aardig omlaag halen. In Kloon beschrijft Cook hoe Daniel Lowell en zijn vriendin en zakenpartner Stephanie een nieuwe revolutionaire methode hebben ontwikkeld om door middel van klonen gezond DNA in zieke cellen te kunnen stoppen. Daarna worden die gezonde cellen dan geïnjecteerd en voilà, de patiënt geneest. Omdat deze methode nog niet is goedgekeurd in Amerika, sterker nog, er wordt zelfs een hoorzitting over gehouden, reizen Daniel en Stephanie af naar de Bahamas waar zij de kans krijgen om in een gloednieuwe kliniek senator Ashley Butler te opereren. Deze senator lijdt aan de ziekte van Parkinson en heeft er alles voor over om daarvan te genezen. Op het achterplat is te lezen dat de senator echter helaas na de operatie epileptische aanvallen krijgt.
Al met al zou deze samenvatting garant moeten staan voor een spannend en intelligent boek met een heel actueel thema. Helaas. Niets is minder waar. Het verhaal staat bol van de onwaarschijnlijkheden en clichés en de procedure die leidt tot de epileptische aanvallen zit bijna aan het einde van het boek. Daniel en Stephanie hebben een noodlijdend bedrijf en omdat ze dus hard geld nodig hebben, gaan ze in op het voorstel van de senator om héél veel te betalen voor de procedure. En dat terwijl de senator eerst nog tijdens de hoorzitting voorgeeft Daniel’s grootste tegenstander te zijn. Daarbij stelt de senator wel een eis: het bloed dat ze gaan gebruiken, moet afkomstig zijn van de Lijkwade van Turijn. Kan het gekker? Had Cook zin om een vleugje Dan Brown te lenen of zo? Het lukt ze ook nog om wat van dat bloed te pakken te krijgen, alleen zijn sommige kerkvaders daar helemaal niet blij mee. En verder blijkt Stephanie geld geleend te hebben van haar broer, die het weer heeft geleend van een grote crimineel. Die niet begrijpt, want het is geheim, waarom Stephanie naar de Bahamas vertrekt en die dus maar een enge kerel achter haar aanstuurt om ze eens flink de les te lezen. Dit moet allemaal leiden tot het opvoeren van de spanning maar het wordt op een gegeven moment gewoon lachwekkend.
Verder staan er nog wat hoogst eigenaardige zaken in het boek. Zo wordt de kliniek op de Bahama’s gefinancierd door twee artsen die het met de ethiek bepaald niet nauw hebben genomen in het verleden. Ze moesten zelfs Amerika ontvluchten toen twee jonge vrouwen, die onder een schuilnaam in hun ziekenhuis gingen werken, een ontdekking deden. Er schenen namelijk nogal wat vrouwen te verdwijnen daar in de buurt. En ja hoor: die twee vrouwen ontdekten op een dag een operatiekamer en daar lagen op een schaaltje enkele eierstokken, afkomstig van de verdwenen vrouwen. Knap hoor! Zomaar zien van wie een eierstok is!
En dan de crimineel die naar de Bahamas wordt gestuurd: op pagina 237 heeft hij ‘een gedrongen bouw’ en op pagina 238 is hij plotseling, lang, gespierd en atletisch.
Op een gegeven moment gaat Stephanie aan het werk en verklaart dan, als Daniel zich uitspreekt over haar vaardigheid in het klonen, dan ze zeker weet dat God haar heeft geholpen… En of je nu in God gelooft of niet, dit gaat toch een beetje ver.
Verder is Cook ernstig blijven steken in de jaren zeventig, qua schrijfstijl en inhoud. Secretaresses hebben bij hem nog ‘tekstverwerkers’ en over vrouwen in het algemeen wordt bijna uitsluitend geschreven in bewoordingen als ‘met haar mooie ravenzwarte haar’. De dialogen zijn van stevig eikenhout en als men een douche neemt is die altijd ‘zalig’.
Waarom is er nu niet eens een redacteur die de boeken van de heer Cook onder handen neemt? Zijn ideeën zijn prima en dertig jaar geleden waren zijn boeken heel bijzonder. Helaas moet ik constateren dat Cook gewoon niet met zijn tijd is meegegaan. Hij schrijft nog net zo als dertig jaar geleden. En dat is toch jammer, voor zo’n oude rot in het vak.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Jannelies Smit