Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Zijn stalen ruggengraat

M.Terveel 14 september 2016 Auteur
Zo’n beetje als bij mijn recensie van ‘Schuld en Boete’ twijfelde ik, bij wijze van spreken, tussen 6 en vier sterren: ik vind het boek zelf in verschillende opzichten echt fe-no-me-naal, maar qua leesaanbeveling maak ik wat voorbehoud. Dat maar eerst.
Ik las dit boek op mijn e-reader. Omdat het gevaar van inbranden op het scherm van zo’n wat oudere Kindle nul is, geeft dat ding wanneer het in de slaap-toestand gaat, in tegenstelling tot beeldschermen, juist een afbeelding weer: meestal een portret van een heel, heel beroemde auteur. Harriet Beecher Stowe is een van de drie of vier vrouwen wier portret dan kan verschijnen. Die e-boek versie was goedkoop – dat zie je meer bij e-book-versies van grote, echt oude klassiekers – maar de lay-out was navenant beroerd.

En verder is er iets met de taal in het boek.
Ook onder de Hebban-leden die het boek verder niet kennen, zullen er maar weinig zijn die niet weten dat het boek over de positie van zwarte slaven in de VS gaat. Wanneer de slaven aan het woord zijn, gebruikt Beecher Stowe ‘slavendialect’. Dan krijg je dit: "De Lord will pervide," said Sam, rolling up his eyes piously. "As I've been a sayin', dis yer 's a providence and no mistake, as Missis has allers been a instructin' on us. Thar's allers instruments ris up to do de Lord's will.” (allers blijkt te staan voor always)
Overigens zijn ook de woorden van veel blanken weergeven in ‘dialect’: "S'pose not; you Kentucky folks spile your niggers.” Dat dat ‘spile’ staat voor ‘spoil’, daar kom je dus zelfs niet achter met behulp van welk woordenboek dan ook.
Verder moet je er tegen kunnen dat de schrijfster met enige regelmaat uit het verhaal stapt en het gaat hebben over hoe de gebeurtenissen of uitspraken van net daarvoor, kunnen zijn overgekomen op de lezers. Op een gegeven moment richt ze zich zelfs op délen van haar lezers: moeders, bewoners van de zuidelijke staten.
En verder wordt het verhaal mij op enkele plaatsen te sentimenteel: met name als het gaat over het kleine blanke meisje Eva, dat een soort engeltje blijkt te zijn. Ik vraag me af of deze 6-jarige model heeft gestaan voor dat wonderlijke concept ‘nieuwetijdskinderen’? Maar let op: ik heb het over het verhaal, de schrijfster zelf was helemaal niet sentimenteel, eerder genadeloos analytisch. Verderop kom ik daar nog op terug.
Ten slotte zullen atheïstische lezers wellicht moeite hebben met de alomtegenwoordige gelovigheid van Stowe. Eerlijk gezegd werkt het bij mij juist in de andere richting. Als onverbeterlijke atheïst krijg ik door dit boek van de wellicht geniaalste schijfster van de 19e eeuw, meer waardering voor de historische rol van het christendom. Dat is vooral te danken aan het feit dat ze weliswaar diepgelovig is, maar absoluut geen verdedigster van iedereen die zichzelf christen noemt. Op pagina 160 schrijft ze bijvoorbeeld: “George stood with clenched hands and glowing eyes, and looking as any other man might look, whose wife was to be sold at auction, and son sent to a trader, all under the shelter of a Christian nation's laws.”

En dan kom ik bijna vanzelf op haar verbijsterend actuele, zeg maar 21e eeuwse manier van schrijven.
Ik geef drie citaatjes, ik moet me inhouden om er niet meer op te nemen.
“The trader, [in slaven dus] who, considering his advantages, was almost as humane as some of our politicians, seemed to feel called on to administer such consolation as the case admitted of.”
Qua sarcasme overtreft dit volgens mij de meerderheid van de commentaren op de webstek GeenStijl.
En deze dan: “"Don't, eh?" said the other, easily, and stowing away the morsel in his own mouth, in order to keep up the supply of tobacco-juice, for the general benefit of society.” Prachtig. “Tongue in cheek” zou ik het willen noemen, ik weet zo gauw geen goede Nederlandse vertaling voor die uitdrukking.
En dit is de mooiste in mijn ogen, in de zin van puur 21e eeuws: “… and then honest John turned his face up the creek, and sat quietly down on a snug, retired farm, to enjoy his conscience and his reflections.” Tegenwoordig zie je wel eens het scheldwoord ‘goedmensen’ gebruikt worden voor mensen met die instelling, maar dit is toch zó veel mooier.

En daarmee beland ik dan bij de politieke relevantie van het boek: toen en nu.
‘De hut van Oom Tom’ was jarenlang het tweede best verkochte boek in de VS (na de Bijbel natuurlijk).
Onmiddellijk na publicatie verschenen er verklaringen en boeken die tegen haar verhaal ingingen of het steunden.
‘De hut’ werd zodoende ook het meest ìnvloedrijke boek na de Bijbel.
Het is waarschijnlijk een ‘urban legend’ (‘broodje aap’, vind ik hier geen geschikte vertaling), maar het verhaal gaat dat Lincoln haar ontmoette en toen aan de omstanders iets vroeg in de trant van: “Dus dit is het vrouwtje dat de Burgeroorlog op gang heeft gebracht?”. Of dit verhaal op waarheid berust doet er eigenlijk weinig toe: ik kan me geen andere roman voor de geest halen die een grotere en directere invloed heeft gehad op de geschiedenis van de mensheid dan ‘De hut’.
Heel wonderlijk is wat Stowe in het nawoord in de derde persoon over zichzelf schrijft: “For many years of her life, the author avoided all reading upon or allusion to the subject of slavery, considering it as too painful to be inquired into, and one which advancing light and civilization would certainly live down.”
Het is duidelijk dat ze op een gegeven moment heel expliciet het besluit heeft genomen om een roman te schrijven die maatschappelijke invloed zou hebben.
Precies hetzelfde geldt voor het boekje ‘Lajja’ (Bengali voor ‘Schaamte’) van Taslima Nasrin en Max Havelaar van Eduard Douwes Dekker. Kwalitatief torent ‘De Hut’ echter ver uit boven het boekje van Nasrin (ook wel geschreven als Nasreen) en qua integriteit en effect steekt het ver uit boven dat van Dekker (met zijn persoonlijke frustratie en zelfingenomenheid).

Ook nu is – met name, maar niet uitsluitend, in de VS – “Oom Tom” nog uitzonderlijk actueel: die kwalificatie wordt gebruikt als scheldwoord.
De beroemd(st?)e zwarte acteur, Denzel Washington, heeft zich achter Donald Trump geschaard. Voor zover ik weet is het scheldwoord tegen hem niet gebruikt, maar tegen veel anderen gebeurt dat wel. Hetzelfde verschijnsel kennen we ook in Nederland: goed geïntegreerde, niet-zeurende Marokkanen worden uitgescholden voor ‘kaas’ of ‘kaaskop’.
Voor wat betreft het hier gerecenseerde boek is van groot belang om je te realiseren dat Stowe in het boek voorstelt om van ‘De’ – beter gezegd: een – hut van oom Tom een gedenkteken te maken: “let it be a memorial to put you all in mind to follow in his steps, and be honest and faithful and Christian as he was”. (Pagina 371). De titel van mijn recensie verwijst eigenlijk naar hetzelfde. Oom Tom is de gemoedelijkheid zelve. Hij gelooft in het goede, of in ieder geval toch de kans op verbetering voor iedere zondaar, maar wanneer het er echt op aan komt, is hij de onverzettelijkheid zelf. En zijn omgeving beseft dat:
“ "But he will give up,—course, he will; don't I know what niggers is? He'll beg like a dog, this morning." "He won't, Simon; you don't know this kind. You may kill him by inches,—you won't get the first word of confession out of him.” “

Een andere reden waarom ik zo laaiend enthousiast ben over dit boek is die eerdergenoemde, genadeloos analytische benadering van Stowe.
Ze leeft volledig mee met het afschuwelijke lot van de slaven – dat is de strekking van het boek als geheel, die tot uitdrukking komt in honderden indringende zinswendingen – maar ze stelt het niet voor alsof alle slaven bezig zijn een heroïsche strijd te voeren tegen hun onderdrukkers.
Ze schrijft, welbeschouwd, ook over slaven die er het maar beste van maken. Die geen enkele hoop koesteren op het beëindigen van de slavernij. Zodanig succesvol geterroriseerd dat men niet in opstand komt. Zeker niet georganiseerd. In zekere zin schrijft ze ook over vormen van “verraad”. Het soort verraad dat in de geschiedenis heel veel is voorgekomen. Denk aan kampoudsten in nazi-concentratiekampen. Denk aan vrouwen die meisjes genitaal verminken, of daarin toestemmen.
Ik vond passages in het boek die me niet bevielen. Wanneer ze haar lage dunk van de slaven meent te kunnen ‘compenseren’ door – deels misplaatste – lof. Het ‘nobele wilden’-sentiment zeg maar.
Ze maakt dat in mijn ogen ruimschoots goed op bladzijde 63.
“… Sam was in no wise disheartened by this rebuke, though he assumed an air of doleful gravity, and stood with the corners of his mouth lowered in most penitential style. "Mas'r quite right,—quite; it was ugly on me,—there's no disputin' that ar; and of course Mas'r and Missis wouldn't encourage no such works. I'm sensible of dat ar; but a poor nigger like me 's 'mazin' tempted to act ugly sometimes, when fellers will cut up such shines as dat ar Mas'r Haley; he an't no gen'l'man no way; anybody's been raised as I've been can't help a seein' dat ar.” ”
Sam doet hier een brave soldaat Swejk. Het boek over die geniaal-domme man verscheen pas in 1923!
"Missis is a heap too good for us," said Sam, making his bow with alacrity, and departing. It will be perceived, as has been before intimated, that Master Sam had a native talent that might, undoubtedly, have raised him to eminence in political life,—a talent of making capital out of everything that turned up ..."
Die dodelijke, 21e eeuwse subtiliteit van Beecher: hoe ze Sam aanduidt als master en politicus!

PS: Het is wel een beetje genant dat ‘De hut’ volgens de Hebban database hoort tot het Genre: “Kind & Jeugd , Young Adult”.
PPS: Het boek is negen keer verfilmd. De TV-versie (1987) is op YouTube integraal te bekijken.
2

Reageer op deze recensie

Meer recensies van M.Terveel

Gesponsord

Deze thriller trekt je razendsnel mee in een complot met onbetrouwbare staatslieden met hun eigen agenda's, internationale conflicten en hoogoplopende bedreigingen voor de samenleving.