Martin Finch in El Salvador en Nicaragua
Maart 1982. De wereld wordt opgeschrikt door de moord op vier Nederlandse journalisten in El Salvador. Getuigen zeggen dat de moord in opdracht van het regime werd gepleegd.
Maart 1985. De Amerikaanse journalist Tom Fischer vertrekt naar het buurland van El Salvador, Nicaragua waar sedert enkele jaren het Scandinavisme aan de macht is. Fischer is één van de Amerikaanse verslaggevers die komt kijken of de Amerikaanse president Reagan inderdaad gelijk heeft met z'n veronderstelling dat Nicaragua zich tot de tanden toe bewapent om de buurlanden aan te vallen.
Maart 1985. Martin Finch, agent van de Binnenlandse Veiligheids Dienst wordt met een delegatie van het Nederlands parlement meegestuurd naar El Salvador. De reden voor Finch: de getuigenis van een Salvadoriaans vluchteling die bij de moord op de journalisten was, is vals gebleken. In het tropische El Salvador ontmoet Finch zijn Amerikaanse collega van de CIA, Max Haydon, maar al snel blijkt dat die collegialiteit de inleiding vormt voor een dodelijke valstrikt. Wanneer Finch wordt gearresteerd door de beruchte Nationale Garde en op het vliegveld staat om het land uitgezet te worden, weet het met behulp van guerillastrijders te ontsnappen en vlucht naar het buurland Nicarague. Daar ontmoet hij de journalist Tom Fischer bij de grensplaats Gethsemane. In de mangrovemoerassen van dit onherbergzame gebied, opgejaagd door Doodseskaders, komt Finch tot zijn verbijstering achter het smerige complot dat onvermijdelijk zal moeten leiden tot een Amerikaanse invasie en dat drie jaar tevoren de oorzaak was van een lafhartige moord op de journalisten.
