Dit is het verhaal van de Nederlandse Klaas en Anneke die zich vestigen in het slaperige dorpje Pontalina, waar nooit iets gebeurt maar wel de bank beroofd wordt door bankrovers die te veel dynamiet gebruiken. Waar zij op straat mannen te paard tegenkomen en mannen te stier. Het vertelt hoe zij op hun eerste dag in het land te gast zijn op het huwelijksfeest van de dochter van de burgemeester en hoe Anneke nog diezelfde week de gemeenteraad toespreekt. Over de plaatselijke kermis en rodeo, maar ook over hun ontmoeting met de eenzame Zwitser op de berg, hun ontmoetingen met de vele Brazilianen onderweg, met geëmigreerde Nederlanders in het kleine Holambra en de onverwachte ontmoeting met een groep capibara's.
(En wat is er toch met tante Clotilde?)
Ze reisden enkele maanden door het land en bezochten de natuurgebieden, de grote steden en de bijzondere kleinere plaatsen. Daarnaast zijn er de beschrijvingen van het gewone leven in Pontalina, het boerendorp op het platteland van centraal Brazilië dat als uitvalsbasis dienst deed.
De auteur schetst in een vlotte, luchtige stijl de vaak geestige situaties die de reiziger onderweg tegenkomt maar verdiept zich ook in de achtergrond en oorsprongen van verschijnselen die typisch zijn voor het land en verwondering oproepen bij de reiziger. De houding van de schrijver is argeloos nieuwsgierig.
Tussen neus en lippen door komen vele aspecten van het leven in Brazilië aan bod. Kort uitgediept en geduid worden de geschiedenis, cultuur, godsdienst, slavernij, economie, politiek, corruptie, sport, geweld, landschappen, natuur, architectuur, klimaat, vervoer, bevolking. Extra aandacht is er voor de periode dat Brazilië een Nederlandse kolonie was (1624-1654).
Met een kaart, 75 foto's, opgave van relevante boeken, films en internetlinks, plus verklarende woordenlijst.
Klaas M. Bisschop (Uithuizen, 1956), bracht zijn jeugd en studiejaren door in Amsterdam. Hij heeft tientallen jaren voor een grote boekenuitgeverij gewerkt. Daarnaast maakte hij veel reizen, onder meer naar Zuid Afrika, Egypte, Thailand, Suriname, Marokko, de Galapagos eilanden, Dubai, India, Oeganda, Maleisië en Singapore, Indonesië, Gambia en
Brazilië.
(En wat is er toch met tante Clotilde?)
Ze reisden enkele maanden door het land en bezochten de natuurgebieden, de grote steden en de bijzondere kleinere plaatsen. Daarnaast zijn er de beschrijvingen van het gewone leven in Pontalina, het boerendorp op het platteland van centraal Brazilië dat als uitvalsbasis dienst deed.
De auteur schetst in een vlotte, luchtige stijl de vaak geestige situaties die de reiziger onderweg tegenkomt maar verdiept zich ook in de achtergrond en oorsprongen van verschijnselen die typisch zijn voor het land en verwondering oproepen bij de reiziger. De houding van de schrijver is argeloos nieuwsgierig.
Tussen neus en lippen door komen vele aspecten van het leven in Brazilië aan bod. Kort uitgediept en geduid worden de geschiedenis, cultuur, godsdienst, slavernij, economie, politiek, corruptie, sport, geweld, landschappen, natuur, architectuur, klimaat, vervoer, bevolking. Extra aandacht is er voor de periode dat Brazilië een Nederlandse kolonie was (1624-1654).
Met een kaart, 75 foto's, opgave van relevante boeken, films en internetlinks, plus verklarende woordenlijst.
Klaas M. Bisschop (Uithuizen, 1956), bracht zijn jeugd en studiejaren door in Amsterdam. Hij heeft tientallen jaren voor een grote boekenuitgeverij gewerkt. Daarnaast maakte hij veel reizen, onder meer naar Zuid Afrika, Egypte, Thailand, Suriname, Marokko, de Galapagos eilanden, Dubai, India, Oeganda, Maleisië en Singapore, Indonesië, Gambia en
Brazilië.
