Lezersrecensie
Een ode aan de 8.600 ondergebrachte kinderen in Veenhuizen
" ... van wie duizenden eenzaam gestorven en anoniem begraven liggen op het 'Vierde Gesticht', niet meer dan een grasveldje met een treurbeuk."
Het is 1811, de VOC is opgeheven en veel mensen zijn hun banen kwijtgeraakt. Armoede waard door Nederland en heel Europa. De regentenfamilies in hun grachtenpanden in Amsterdam hebben er geen last van, zij verdienen kapitalen met slaafse goederen vanuit Suriname. De gewone man raakt echter aan de bedelstaf en kinderen worden om die reden naar weeshuizen gebracht met de bedoeling ze op een later moment terug te halen zodra er weer geld beschikbaar is.
Johannes van den Bosch heeft echter andere plannen met deze kinderen. Hij bouwt grote weeshuizen in Veenhuizen waar de kinderen 'heropgevoed' zullen worden en een 'vak' zullen leren zodat ze als ze 20 jaar zijn ontslagen zullen worden en zelfredzaam zullen zijn. In de praktijk betekent dit echter dat ze hard op o.a. het land moeten werken, met harde hand aangepakt worden, weinig eten krijgen en door slechte hygiƫne allerlei ziektes oplopen.
Johannes haalt de prins Frederik over om weeshuizen te verplichten hun kinderen naar Veenhuizen te sturen en zo gebeurt het dat vele kinderen, ook die met familie in de grote stad, onder protest en zelfs stiekem ingeladen worden om in Veenhuizen 'opgesloten' te worden, enige vrijheid om van het terrein af te gaan is er namelijk ook niet en wordt zelfs afgestraft met dagen in een strafhok zitten.
Je leest dit boek vanuit:
- Neeltje, als baby afgestaan aan een tehuis en al gehard wanneer ze aankomt in Veenhuizen.
- Karel, samen met zus Lize onderweg naar Veenhuizen na nare gebeurtenissen met hun ouders. Gewend omringt te zijn met liefde moeten ze nu het harde leven in Veenhuizen ondergaan.
- Wouter Visser, zwager van Johannes van den Bosch, verantwoordelijk voor het reilen en zeilen in Veenhuizen.
Het boek De vondeling van Veenhuizen van Patricia Snel sprong er voor mij direct uit na het lezen van het boek Pauperparadijs van Suzanna Jansen en daarna het bezoek aan het gevangenismuseum Veenhuizen. Nog een boek over Veenhuizen leek me erg interessant. De vondeling van Veenhuizen speelt zich af nog voor de periode waarover geschreven wordt in Pauperparadijs. Waar het boek Pauperparadijs afwisselend informatief en in romanvorm geschreven is, is het boek De vondeling van Veenhuizen juist helemaal in romanvorm geschreven, wat ik persoonlijk prettiger lezen vind.
Er worden zware onderwerpen in het boek besproken zoals de kansenongelijkheid, mishandeling, armoede, ernstige ziektes, maar toch is het boek goed leesbaar omdat het in romanvorm geschreven is en er ook veel mooie momenten beschreven worden zoals de innige vriendschappen die gesmeed worden onder de kinderen en de streken die ze ondanks alles uithalen. De schrijfstijl van de schrijfster is ook erg prettig en het boek nodigt uit tot doorlezen, ik vond het jammer toen ik het boek uit had. Zelfs het nawoord, verantwoording en het dankwoord waren interessant om door te lezen, dat kan ik toch niet van alle boeken zeggen ;)
Het is 1811, de VOC is opgeheven en veel mensen zijn hun banen kwijtgeraakt. Armoede waard door Nederland en heel Europa. De regentenfamilies in hun grachtenpanden in Amsterdam hebben er geen last van, zij verdienen kapitalen met slaafse goederen vanuit Suriname. De gewone man raakt echter aan de bedelstaf en kinderen worden om die reden naar weeshuizen gebracht met de bedoeling ze op een later moment terug te halen zodra er weer geld beschikbaar is.
Johannes van den Bosch heeft echter andere plannen met deze kinderen. Hij bouwt grote weeshuizen in Veenhuizen waar de kinderen 'heropgevoed' zullen worden en een 'vak' zullen leren zodat ze als ze 20 jaar zijn ontslagen zullen worden en zelfredzaam zullen zijn. In de praktijk betekent dit echter dat ze hard op o.a. het land moeten werken, met harde hand aangepakt worden, weinig eten krijgen en door slechte hygiƫne allerlei ziektes oplopen.
Johannes haalt de prins Frederik over om weeshuizen te verplichten hun kinderen naar Veenhuizen te sturen en zo gebeurt het dat vele kinderen, ook die met familie in de grote stad, onder protest en zelfs stiekem ingeladen worden om in Veenhuizen 'opgesloten' te worden, enige vrijheid om van het terrein af te gaan is er namelijk ook niet en wordt zelfs afgestraft met dagen in een strafhok zitten.
Je leest dit boek vanuit:
- Neeltje, als baby afgestaan aan een tehuis en al gehard wanneer ze aankomt in Veenhuizen.
- Karel, samen met zus Lize onderweg naar Veenhuizen na nare gebeurtenissen met hun ouders. Gewend omringt te zijn met liefde moeten ze nu het harde leven in Veenhuizen ondergaan.
- Wouter Visser, zwager van Johannes van den Bosch, verantwoordelijk voor het reilen en zeilen in Veenhuizen.
Het boek De vondeling van Veenhuizen van Patricia Snel sprong er voor mij direct uit na het lezen van het boek Pauperparadijs van Suzanna Jansen en daarna het bezoek aan het gevangenismuseum Veenhuizen. Nog een boek over Veenhuizen leek me erg interessant. De vondeling van Veenhuizen speelt zich af nog voor de periode waarover geschreven wordt in Pauperparadijs. Waar het boek Pauperparadijs afwisselend informatief en in romanvorm geschreven is, is het boek De vondeling van Veenhuizen juist helemaal in romanvorm geschreven, wat ik persoonlijk prettiger lezen vind.
Er worden zware onderwerpen in het boek besproken zoals de kansenongelijkheid, mishandeling, armoede, ernstige ziektes, maar toch is het boek goed leesbaar omdat het in romanvorm geschreven is en er ook veel mooie momenten beschreven worden zoals de innige vriendschappen die gesmeed worden onder de kinderen en de streken die ze ondanks alles uithalen. De schrijfstijl van de schrijfster is ook erg prettig en het boek nodigt uit tot doorlezen, ik vond het jammer toen ik het boek uit had. Zelfs het nawoord, verantwoording en het dankwoord waren interessant om door te lezen, dat kan ik toch niet van alle boeken zeggen ;)
4
Reageer op deze recensie