Meer dan 6,5 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Een boek vol avontuur, een ode aan geloof in het goede, liefde en trouw

George Knottnerus 08 juli 2025 Auteur
In de veertiende eeuw groeit niet ver van de Noord Oost kust van Amerika een meisje op. Ze behoort tot de stam van de Ganeogaono indianen. Ze wonen niet in wigwams zoals andere stammen van Noord-Amerikaanse stammen doen maar in lange huizen. De interne gewoonten wijken ook af: zo zijn mannen en vrouwen volstrekt gelijkwaardig en leven ze meer in familie- en clanverband dan in gezinsverband. Het verhaal dat is opgebouwd in vier delen wordt verteld in de ik-vorm door het jonge meisje dat we ongeveer drie jaren volgen in een bloedstollende overlevings zwerftocht. Het meisje wordt door haar stam Tekenvrouw genoemd. Ze blijkt namelijk te beschikken over het talent om te schetsen wat haar geest ziet. Op een dag gaat zij samen met haar broertje, neven en nichten op pad om noten te rapen. Ze klimt in de notenboom om takken te schudden, hoger en hoger. Dan ziet ze gevaar naderen over de rivier die langs hun stad stroomt. De vijandelijke Algonquian stam peddelt in talrijke kano’s recht op de argeloze stad af. Dankzij haar waarschuwing wordt de aanval afgeweerd maar haar vader sneuvelt in de strijd en zijzelf wordt ontvoerd door de Algonquians. Daar begint haar lijdensweg. Want losgescheurd van iedereen en alles wat haar lief is, wordt ze bij de Algonquian als slavin uitgebuit en mishandeld. Een ontsnappingspoging naar het zuiden waar haar familie woont mislukt. Het wordt nog erger als ze op een avond wordt overvallen en verkracht door een verwant stamlid. Aan die man wordt ze tot overmaat van ramp geschonken. Dat leidt tot nog ergere vernederingen, afranselingen en verkrachtingen. Het meisje weet te overleven door veel na te denken over de vertrouwde geestelijke wereld die bij haar blijft. In visioenen ziet ze de geest van haar trotse vader over de wolken varen. Ook lukt het haar om stiekem de taal te leren van de vijandelijke stam en kan ze af en toe contact maken met de kinderen die haar heimelijk bewonderen. Geholpen door de geheimzinnige oude verhalenvertelster die haar bijzondere strijd ziet en die sympathie voor haar opvat, weet ze te ontsnappen. Dit kan niet anders dan door haar wrede meester te doden. Op een nacht voert ze haar plan koelbloedig en zonder spijt uit en volgt het advies op van de verhalenvertelster: ‘vlucht naar het noorden, want daar zullen ze je niet zoeken.’Met wapens, water, voedsel en dekens die de verhalenvertelster heeft verstopt op een geheime plek trekt zij naar het noorden wetend dat zij haar familie in het zuiden nooit meer zal zien. In de barre winter met manshoge sneeuw en ijzige temperaturen weet zij ternauwernood een bewoond kamp te bereiken. De Naskapi indianen nemen haar liefdevol op. Opnieuw moet zij andere gewoonten aannemen en een nieuwe taal leren. Dit herhaalt zich als zij besluit nog verder naar het noorden te vluchten omdat zij weet dat bij de Naskapi die verwant zijn aan de Algonquian vroeg of laat het verhaal zal doordringen over de ontsnapte slavin die haar meester vermoordde. Als de Naskapi handel gaan drijven met de Inuit uit het ijzige noorden gaat ze mee. Inmiddels realiseert de 14-jarige Tekenvrouw dat ze zwanger is van haar vreselijke meester. Ondanks alles besluit ze het kind in haar buik te aanvaarden en een goede opvoeding te geven bij de Inuit. De Inuit accepteren haar, maar door een misverstand beseft ze niet dat die aanvaarding niet geldt voor haar kind. Na de bevalling verwisselen de Inuit haar kind met een Inuitkind dat zij moet zogen. Dankzij het jongetje Sammik en de geesten van haar jeugd weet zij een crisis van suïcidaliteit te overwinnen. Sammik leert haar ook de Inuit-taal.
Als de stam zich opsplitst gaat Tekenvrouw naar Groenland. Hier ontmoet zij Halvard, een Groenlander van Noorse afkomst. Het klikt meteen tussen de twee. Ze aanvaardt haar nieuwe naam: Astrid. En een nieuw gezin want Halvard is weduwnaar en heeft twee zonen. Een weer totaal ander leven wacht haar met opnieuw vreemde gewoonten en een nieuwe taal die moeten worden aangeleerd. Tekenvrouw is inmiddels zestien en voelt zich eenzaam ondanks de liefde van haar man. Dan krijgt zij een bijzonder en levensecht bezoek van de geesten uit haar jeugd dat een nieuw licht werpt op het pad dat zij en haar gezin moeten gaan.
Een prachtig boek dat een ode is aan geloof in het goede, liefde en trouw tegen alle verdrukking in.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van George Knottnerus