Lezersrecensie
Een akelig mooie hartverscheurende, beklemmende en meeslepende roman
De Kaalvreter is (2019) de debuutroman van Machteld Siegmann , waarmee ze de Bronzen Uil – de prijs voor de beste debuutroman - in 2020 gewonnen heeft.
De cover van het boek is knalrood met een groene sprinkhaan op de voorzijde en dit ontwerp is van Marry van Baar. De roman start met de bijbeltekst uit Joel 1:4 ‘wat de knager overliet, dat vrat de sprinkhaan; wat de sprinkhaan overliet, dat vrat de verslinder; wat de verslinder overliet, dat vrat de kaalvreter.’ En dat is een tekst die behoorlijk binnenkomt en aan je blijft vreten.
Deze roman speelt in drie perioden, 1942-1945, 1958 en 1974 en beschrijft 8 dagen in 1974 uit het leven van Leie Blum en haar gezin – echtgenoot Dirk en 2 zonen Anton (15 jaar) en Meeus (11 jaar). Leie Blum is de dochter van Theodor en Zerel Blum en wordt in 1942 als 3-jarig meisje ondergebracht in Zanegeest in het boerengezin van Tom en Nellie (mem) en hun 2 zonen. Ze wordt op de fiets gebracht door een voor haar vreemde man en het enige wat ze meeneemt is een lege veelvuldig gebruikte koffer. Sinds ze in Zanegeest woont is Leie aan het wachten, maar ze weet niet waarop en datgene waarop ze wacht verandert ook in de loop van haar leven. In haar droom, als een profetie, denkt ze dat het wachten ophoudt als ze Dirk ontmoet en met hem trouwt en 2 zonen krijgt. Het leven van Leie en Dirk op hun boerderij met hun 2 zonen lijkt gelukkig al is Leie af en toe aan het dwalen maar ze komt altijd weer terug. Dit gezinsleven komt abrupt tot stilstand als Leie alleen naar de begrafenis van haar pleegmoeder Nellie gaat. Daarna verdwijnt Leie in een gitzwarte depressie en pleegt ze bijna zelfmoord. Haar man Dirk en hun 2 zonen zien haar afglijden en hun worsteling met haar depressie wordt in deze roman vanuit al deze perspectieven hartverscheurend en meeslepend.
Deze roman is geschreven als een mozaiekroman waarbij de verhalen van de personages door elkaar heen lopen gedurende de 8 beschreven dagen in 1974. De schrijfster verandert het taalgebruik en zinsopbouw afhankelijk van het personage en de gemoedstoestand van het personage, waardoor je elke keer weer in de huid kruipt van de verschillende personages. Dit werkt intrigerend en zuigend en sleept je mee in het verhaal. Tussendoor is de roman verhalend over de periode 1942-1945 en 1958 waarbij juist deze delen de gebeurtenissen in 1974 wat verduidelijken. In de roman is gebruik gemaakt van verschillende lettertypes die de wisseling van perspectief weerspiegelen.
De roman eindigt vrij plots en laat de lezer achter met veel vragen en juist omdat het verhaal zo meeslepend is komt dat aanvankelijk teleurstellend over, maar ook dan doet de tekst van Joel 1: 4 zijn werk en vreet door lang nadat je het boek gelezen hebt.
Daarom is deze roman akelig mooi, hartverscheurend, beklemmend en meeslepend en geef ik het 4 sterren.
De cover van het boek is knalrood met een groene sprinkhaan op de voorzijde en dit ontwerp is van Marry van Baar. De roman start met de bijbeltekst uit Joel 1:4 ‘wat de knager overliet, dat vrat de sprinkhaan; wat de sprinkhaan overliet, dat vrat de verslinder; wat de verslinder overliet, dat vrat de kaalvreter.’ En dat is een tekst die behoorlijk binnenkomt en aan je blijft vreten.
Deze roman speelt in drie perioden, 1942-1945, 1958 en 1974 en beschrijft 8 dagen in 1974 uit het leven van Leie Blum en haar gezin – echtgenoot Dirk en 2 zonen Anton (15 jaar) en Meeus (11 jaar). Leie Blum is de dochter van Theodor en Zerel Blum en wordt in 1942 als 3-jarig meisje ondergebracht in Zanegeest in het boerengezin van Tom en Nellie (mem) en hun 2 zonen. Ze wordt op de fiets gebracht door een voor haar vreemde man en het enige wat ze meeneemt is een lege veelvuldig gebruikte koffer. Sinds ze in Zanegeest woont is Leie aan het wachten, maar ze weet niet waarop en datgene waarop ze wacht verandert ook in de loop van haar leven. In haar droom, als een profetie, denkt ze dat het wachten ophoudt als ze Dirk ontmoet en met hem trouwt en 2 zonen krijgt. Het leven van Leie en Dirk op hun boerderij met hun 2 zonen lijkt gelukkig al is Leie af en toe aan het dwalen maar ze komt altijd weer terug. Dit gezinsleven komt abrupt tot stilstand als Leie alleen naar de begrafenis van haar pleegmoeder Nellie gaat. Daarna verdwijnt Leie in een gitzwarte depressie en pleegt ze bijna zelfmoord. Haar man Dirk en hun 2 zonen zien haar afglijden en hun worsteling met haar depressie wordt in deze roman vanuit al deze perspectieven hartverscheurend en meeslepend.
Deze roman is geschreven als een mozaiekroman waarbij de verhalen van de personages door elkaar heen lopen gedurende de 8 beschreven dagen in 1974. De schrijfster verandert het taalgebruik en zinsopbouw afhankelijk van het personage en de gemoedstoestand van het personage, waardoor je elke keer weer in de huid kruipt van de verschillende personages. Dit werkt intrigerend en zuigend en sleept je mee in het verhaal. Tussendoor is de roman verhalend over de periode 1942-1945 en 1958 waarbij juist deze delen de gebeurtenissen in 1974 wat verduidelijken. In de roman is gebruik gemaakt van verschillende lettertypes die de wisseling van perspectief weerspiegelen.
De roman eindigt vrij plots en laat de lezer achter met veel vragen en juist omdat het verhaal zo meeslepend is komt dat aanvankelijk teleurstellend over, maar ook dan doet de tekst van Joel 1: 4 zijn werk en vreet door lang nadat je het boek gelezen hebt.
Daarom is deze roman akelig mooi, hartverscheurend, beklemmend en meeslepend en geef ik het 4 sterren.
1
Reageer op deze recensie