Meer dan 5,4 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

De leukste wijngids!

Sandra Straatman 20 oktober 2021
De Wijngids voor de Algarve en de Alentejo

Terwijl ieder weldenkend mens een favoriete zanger, zangeres of band heeft, heb ik een favoriete schrijver/columnist. Net zoals mensen met een favoriete zanger, zangeres of band vind ik het ritme van een stuk het belangrijkst. Het moet zo lekker leesbaar zijn dat ik het prettig vind om te lezen, ook al interesseert het onderwerp of de strekking van het stuk me geen bal.

Het mag binnen mijn kringen inmiddels geen verrassing meer heten dat mijn favoriete schrijver/columnist Arthur van Amerongen is. De meeste mensen in ‘mijn kringen’ zijn over het algemeen zeer te spreken over de spitsvondigheid van deze meneer, de rake klappen die hij soms in een column kan uitdelen en de humor waar hij het wel en wee van de Algarve in het algemeen, zijn leven in de Algarve in het bijzonder en de stand van zaken in Nederland overgiet.
Voor mij persoonlijk is het iedere maandag na het lezen van zijn column in de Volkskrant een troostrijke gedachte dat er op vrijdag weer een column van hem verschijnt in de HP/de Tijd. En ik vind het ook fijn als er weer, de laatste tijd vaak in samenwerking met iemand anders, een boek van hem verschijnt.

Ik vond het in de eerste instantie dan ook geweldig nieuws dat meneer van Amerongen een serie van zes boeken ging schrijven met Reggie Smith, de directeur van Maria Gomes. Meneer Smith is wijnimporteur en importeert wijn uit Portugal. Door Gods goede zorgen ontmoeten de heren Smith en van Amerongen elkaar terwijl ze in Portugal allebei hun ding deden en tijdens die ontmoeting ontstond het idee om het ondergeschoven kindje in de wijnwereld – de wijn uit de Algarve – een steuntje in de rug te geven. De Grote Foute Jongens boeken, Costa Del Coke en Met je poten in het bluswater zijn ook allemaal boeken die meneer van Amerongen met anderen schreef en ik heb ze allemaal met plezier gelezen, dus ik ging er meteen van uit dat deze serie van zes boeken mijn behoefte aan goed geschreven leesvoer wel zou voeden. Maar na verloop van tijd begon ik toch een beetje nerveus te worden.

Dat begon met de titel: Dé wijngids voor de Algarve & de Alentejo. Wat ging dit nu worden? Zo’n glossy over flessen wijn met allerlei vinologisch gewauwel? Een blaadje die alleen interessant is om te lezen als je ieder jaar op wijnreis gaat en je eten bij je wijn uitzoekt in plaats van andersom?
Een paar maanden later, een paar weken voor het boek het daglicht zou zien, brak het angstzweet me uit. Ik dronk namelijk helemaal geen wijn en dit zou zomaar het eerste boek van meneer van Amerongen kunnen zijn waar ik helemaal niet ontspannen in kon wegduiken en daar werd ik allesbehalve gelukkig van.

Met wijn had ik altijd een beetje moeite gehad. Mensen maakten drukte om niks, vond ik, want jeetje zeg: het was druivensap die naar alcohol smaakte en bovendien nog zuur ook. Rode wijn vond ik naar rotte druivensap smaken, de rare nasmaak zinde me niet. Witte wijn bezorgde me koppijn en bubbelwijn vond ik net met water aangelengde appelsap waar ze een half glas sprite in hadden leeggegoten. Drie keer niks dus, en zo’n wijnprogramma als dat van dat kleine Belgische ventje met die bril vond ik zonde van mijn tijd. Maar jeetje zeg… dit was van Amerongen…. De betovering kon toch niet zomaar ineens verbroken zijn?

Met knikkende knieën heb ik op Facebook aan meneer van Amerongen gevraagd of die wijngids ook leuk was voor mensen die geen wijn drinken, maar ik kreeg alleen maar een like. Na een nacht waarin ik drie keer zwetend wakker werd stelde ik mijn vraag nog eens, deze keer aan meneer de directeur. Van hem kreeg ik keurig antwoord: Ja hoor, ik hoefde me geen zorgen te maken: Dhr. Van Amerongen verzorgde de vrolijke noot, hijzelf voor de droge kost. Ik besloot het erop te wagen.

Op het boekenfeestje dat door uitgeverij Ezo Wolf werd georganiseerd ontmoete ik mijn grote idool, die mijn boek signeerde zonder dat ik daarbij flauwviel en ontmoette ik ook Reggie Smith, die behalve Portugees ook heel erg vloeiend Amsterdams spreekt. Aardige vent – moet nodig een leuke vrouw voor gezocht worden – die een hele berg Portugese wijnen uit de Algarve bleek te hebben meegenomen.
Ik stond met een wijnglas in mijn handen waar ik cola in had geschonken toen plotseling dhr. Van Amerongen naast me opdook. ‘Heb je het naar je zin? Zorg je wel dat je genoeg drinkt?’ Met genoeg drinken bedoeld dhr. Van Amerongen natuurlijk geen cola, zo goed was ik ook wel op de hoogte van zijn voorkeuren op dat gebied.
‘Ja meneer,’ zei ik bedeesd, maar als die fles cola niet op een of ander duistere wijze was verdwenen had ik waarschijnlijk gewoon stiekem de hele avond cola gedronken. De colafles was echter op mysterieuze wijze onvindbaar geworden. Ik kon er niet onderuit tenzij ik om zou willen komen van dorst: Ik moest aan de wijn. En je raad het nooit, ik ging op een haar na dronken naar huis. Jeetje mina zeg, wat is die Portugese wijn lekker!

Ik ben er nu achter dat er echt wel een verschil is tussen wijn en goede wijn en dat mensen er enthousiast over zijn kan ik me nu levendig voorstellen. Dat er mensen zijn die wijngidsen kopen snap ik nu ook, evenals ik er in kan komen dat er mensen meegaan op een wijnreis.

Wijn is lekker en lezen over wijn blijkt nu eindelijk ook leuk te kunnen zijn. Niet dat ik nu meteen om het even welke wijngids zou willen lezen die ik in handen krijg, want ik ben wat lezen betreft gewoon nog steeds een zeikwijf: Of het onderwerp me nu boeit of niet, als de schrijfstijl me niet aanstaat ga ik me er niet mee vermoeien. Maar deze eerste uit de zesdelige serie wijngidsen vind ik net zo lekker als die Portugese wijn.
Meneer Reggie -Maria Gomes – Smith schrijft niet onverdienstelijk en zijn ‘droge kost’ bevat een heleboel informatie waar je als wijnkenner, wijnhobbyist en wijnliefhebber iets mee kan. Ik snap er vooralsnog niet heel veel van, maar Dé wijngids voor de Algarve & de Alentejo is dan ook niet speciaal voor leken geschreven, maar juist ook voor mensen die verstand hebben van wijn en voor wie de droevige saaiheid van de gemiddelde wijngids een doorn in het oog is.
Onder de kopjes Reggie’s Rapport kun je alles over de verschillende wijnen lezen, over zijn ontmoetingen en proeverijen bij de makers, de bijzonderheden van de verschillende wijnen en waar je de wijnen het beste bij eet of drinkt en wanneer. De minder wollige teksten van Arthur van Amerongen maken dat de wijngids niet alleen informatief is, maar ook leuk om te lezen. Zijn stukjes bezorgen je als lezer dan weer eens een glimlach, dan weer eens schaterlach. Behalve over hoe de wijn gemaakt wordt, van welke soorten druiven en hoe ze smaken staan er in het boek ook weetjes over kurk, aanbevolen wijnen, topwijnen, instapwijnen en druivenrassen en dat allemaal vergezeld van bijdragen van Rob Hoogland en Jan Heemskerk, terwijl het voorwoord werd verzorgd door Harold Hamersma.

Het had gekund, maar ik heb het boek nog niet uit. Dat hoort niet. Goede wijn nipt men, dus nipt men ook van een wijnboek. Maar ik heb al wel gezien dat Reggie zijn best bewaarde geheimen in dit boek worden prijsgegeven. Zoals het hoort, bewaard tot (bijna) aan het einde. Wordt het nog spannend ook!

Kortom, koop dat boek. Het is leuk!

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Sandra Straatman