Lezersrecensie
Een samengeraapt zootje dat verdomd lekker leest
Een boek vol ogenschijnlijk toevallig bijeen gegooide
herinneringen, anekdotes en observaties. Een samengeraapt zootje.
Maar dan wel een zootje dat verdomd lekker leest! Rake typeringen,
een bijzondere kijk op de wereld vanuit de ogen van een kind of
jonge vrouw, bondig en welhaast poëtisch beschreven. ‘Voor
altijd voor het laatst’ van Tjitske Jansen is een
fragmentarische ontwikkelingsgeschiedenis van kind tot de
schrijfster die ze nu is.
Er staan heel veel mooie momenten in het boek, vooral de verbazing van het kind dat zich nog niet weet te wapenen tegen lastige situaties en redenaties. Zo staat ze tijdens zomerkamp, verbaasd over zichzelf, de met trots meegebrachte gekleurde knoopjes af aan een medeleerlinge die daar op aandringt. Of de reactie op het uitdelen van rode en groene kaarten aan de leerlingen om gehoorzaamheid te stimuleren. Er is één meisje dat altijd de meeste groene kaarten heeft en een beloning krijgt; maar er is niemand die op haar wil lijken: ´het belangrijkste bewijs dat er aan het systeem iets niet klopte´. Jansen zou verplichte kost voor pedagogen en onderwijzers moeten zijn.
Het boek van Jansen hebben we gekocht tijdens de Boekenweek op het Nijmeegse Boekenfeest. Tjitske trad daar op en bracht hetzelfde enthousiasme over als uit haar boek spreekt. Dat ze eerder twee dichtbundels publiceerde, is te voelen aan haar zinsgebruik en ritme.
Maar toch: het blijven losse elementen, geen rond of afgerond verhaal. Nu dekt de schrijfster zichzelf daar goed tegen in. Tijdens een schrijfcursus zegt ze te denken aan een ´manier van vertellen in flarden´. Een uitgever noemt het ´nog teveel los zand´. Tjitske Jansen: ´Ik schreef een brief terug. Wat is er mis met los zand?´
Als je het boek leest, ben je het aanvankelijk met haar eens; deze losse stukjes, dit samenraapsel klinkt gewoonweg goed. Prima ritme, lekker kort en krachtig.
Toch breekt het uiteindelijk op dat er te weinig samenhang is. De episodes uit haar leven zijn in chronologische volgorde gezet, maar dat is dan ook de enige logica tussen de stukjes. Dat gevoel is niet erg tot ongeveer tweederde van het boek. Dan zie je het kind (thuis, bij pleegouders, op school) zich ontwikkelen tot jonge vrouw (puber, kunstacademie, eerste vriendjes) met een zelfde soort onzekerheden, verbazing en twijfels. Maar het laatste deel, zeg maar het beginnende schrijverschap, past er niet meer zo lekker bij en eigenlijk weet ik niet goed waarom niet. Misschien omdat het dan meer en meer verwordt tot een soort biografie: kijk wat mij is overkomen. Misschien omdat ze hier minder onbevangen plots oordelen geeft, lijkt af te rekenen met anderen, zoals die journalisten die een beeld van haar oproepen dat niet uit het interview blijkt. Misschien omdat het, met al die jaartallen en het exacte beschrijven wat ‘ik’ deed, plots echt alleen over haar gaat en niet om de min of meer universele gevoelens van elk kind en elke opgroeiende vrouw die uit de eerdere episoden opduiken.
Hoe dan ook: het effect is jammer. Tot tweederde is ‘Voor altijd voor het laatst’ absoluut vijf sterren waard (eigenlijk meer zelfs); het laatste deel haalt dat omlaag. Maar wel lezen! En misschien is het effect er ook niet als je het vooraf weet. De mooie en bijzondere beschrijvingen zullen me van dit boek bijblijven; niet dit licht kritische geneuzel over samenhang en opbouw. Ik zal ´Voor altijd voor het laatst´ dan ook zeker aan anderen aanraden.
Deze recensie staat ook op mijn eigen weblog https://tonhirdes.wordpress.com/2015/03/25/boek-tjitske-jansen-voor-altijd-voor-het-laatst/
Er staan heel veel mooie momenten in het boek, vooral de verbazing van het kind dat zich nog niet weet te wapenen tegen lastige situaties en redenaties. Zo staat ze tijdens zomerkamp, verbaasd over zichzelf, de met trots meegebrachte gekleurde knoopjes af aan een medeleerlinge die daar op aandringt. Of de reactie op het uitdelen van rode en groene kaarten aan de leerlingen om gehoorzaamheid te stimuleren. Er is één meisje dat altijd de meeste groene kaarten heeft en een beloning krijgt; maar er is niemand die op haar wil lijken: ´het belangrijkste bewijs dat er aan het systeem iets niet klopte´. Jansen zou verplichte kost voor pedagogen en onderwijzers moeten zijn.
Het boek van Jansen hebben we gekocht tijdens de Boekenweek op het Nijmeegse Boekenfeest. Tjitske trad daar op en bracht hetzelfde enthousiasme over als uit haar boek spreekt. Dat ze eerder twee dichtbundels publiceerde, is te voelen aan haar zinsgebruik en ritme.
Maar toch: het blijven losse elementen, geen rond of afgerond verhaal. Nu dekt de schrijfster zichzelf daar goed tegen in. Tijdens een schrijfcursus zegt ze te denken aan een ´manier van vertellen in flarden´. Een uitgever noemt het ´nog teveel los zand´. Tjitske Jansen: ´Ik schreef een brief terug. Wat is er mis met los zand?´
Als je het boek leest, ben je het aanvankelijk met haar eens; deze losse stukjes, dit samenraapsel klinkt gewoonweg goed. Prima ritme, lekker kort en krachtig.
Toch breekt het uiteindelijk op dat er te weinig samenhang is. De episodes uit haar leven zijn in chronologische volgorde gezet, maar dat is dan ook de enige logica tussen de stukjes. Dat gevoel is niet erg tot ongeveer tweederde van het boek. Dan zie je het kind (thuis, bij pleegouders, op school) zich ontwikkelen tot jonge vrouw (puber, kunstacademie, eerste vriendjes) met een zelfde soort onzekerheden, verbazing en twijfels. Maar het laatste deel, zeg maar het beginnende schrijverschap, past er niet meer zo lekker bij en eigenlijk weet ik niet goed waarom niet. Misschien omdat het dan meer en meer verwordt tot een soort biografie: kijk wat mij is overkomen. Misschien omdat ze hier minder onbevangen plots oordelen geeft, lijkt af te rekenen met anderen, zoals die journalisten die een beeld van haar oproepen dat niet uit het interview blijkt. Misschien omdat het, met al die jaartallen en het exacte beschrijven wat ‘ik’ deed, plots echt alleen over haar gaat en niet om de min of meer universele gevoelens van elk kind en elke opgroeiende vrouw die uit de eerdere episoden opduiken.
Hoe dan ook: het effect is jammer. Tot tweederde is ‘Voor altijd voor het laatst’ absoluut vijf sterren waard (eigenlijk meer zelfs); het laatste deel haalt dat omlaag. Maar wel lezen! En misschien is het effect er ook niet als je het vooraf weet. De mooie en bijzondere beschrijvingen zullen me van dit boek bijblijven; niet dit licht kritische geneuzel over samenhang en opbouw. Ik zal ´Voor altijd voor het laatst´ dan ook zeker aan anderen aanraden.
Deze recensie staat ook op mijn eigen weblog https://tonhirdes.wordpress.com/2015/03/25/boek-tjitske-jansen-voor-altijd-voor-het-laatst/
1
Reageer op deze recensie