Lezersrecensie
Misplaatste dikdoenerij van Wieringa
Aardig verhaal over drie generaties waarvan de grootvader in de oorlog ‘40-45 bij de nl. tak van de SS actief is en na de oorlog een imperium en vermogen in de scheepvaart opbouwt.
Het verhaal wordt vertelt vanuit het perspectief van de kleinzoon die kunstenaar is en een tweelingbroer heeft die ook in de scheepsbouw succesvol is.
De kleinzoon krijgt via een omweg de dagboeken van zijn opa in zijn bezit en leest hierin over zijn SS activiteiten en besluit daarop zijn grootvader publiekelijk aan de schandpaal te nagelen door een schilderij tentoonstelling waarin hij het verhaal van hem verbeeldt.
Het verhaal leest soepel en switched tussen het perspectief van de kleinzoon Hugo en de verhandelingen van grootvader.
Wat mij nogal stoorde was het taalgebruik dat doorspekt is met ingewikkeld taalgebruik. Het lijkt wel of Wieringa aan de lezers wil laten weten hoe erudiet hij is want voor alles is ook gewoon een “normaal” woord aanwezig.
Voorbeelden zijn bv: maquis=struikgewas, zazen = stilte tijdens meditatie, odalisk= slavin, sibbe =verwanten en dit is een zeer kleine greep uit een lange lijst.
Grappig is evenwel dat Wieringa zichzelf een rol in het verhaal heeft gegeven, hoewel hij zichzelf niet bijster positief beschrijft. Ook noemt hij een aantal figuranten die in werkelijkheid ook bestaan en deze komen er ook niet positief vanaf.
Het verhaal wordt vertelt vanuit het perspectief van de kleinzoon die kunstenaar is en een tweelingbroer heeft die ook in de scheepsbouw succesvol is.
De kleinzoon krijgt via een omweg de dagboeken van zijn opa in zijn bezit en leest hierin over zijn SS activiteiten en besluit daarop zijn grootvader publiekelijk aan de schandpaal te nagelen door een schilderij tentoonstelling waarin hij het verhaal van hem verbeeldt.
Het verhaal leest soepel en switched tussen het perspectief van de kleinzoon Hugo en de verhandelingen van grootvader.
Wat mij nogal stoorde was het taalgebruik dat doorspekt is met ingewikkeld taalgebruik. Het lijkt wel of Wieringa aan de lezers wil laten weten hoe erudiet hij is want voor alles is ook gewoon een “normaal” woord aanwezig.
Voorbeelden zijn bv: maquis=struikgewas, zazen = stilte tijdens meditatie, odalisk= slavin, sibbe =verwanten en dit is een zeer kleine greep uit een lange lijst.
Grappig is evenwel dat Wieringa zichzelf een rol in het verhaal heeft gegeven, hoewel hij zichzelf niet bijster positief beschrijft. Ook noemt hij een aantal figuranten die in werkelijkheid ook bestaan en deze komen er ook niet positief vanaf.
2
2
Reageer op deze recensie