Wat vinden jullie van de familiebanden? Herkennen jullie hierin dingen in de eigen familie? Hebben sommige van jullie ook een eigen taal met een broer of zus?
Wat is herkenbaar aan de familiebanden:
-dat je rivaliteit kunt hebben tussen zussen, of tussen zussen en een broer.
- Dat je je eigen acties deels laat bepalen door wat je zussen doen: als zij linksaf slaan dan sla jij rechtsaf, en omgekeerd (dit geldt zeker als je jong bent en je je eigen denkbeelden nog moet vormen)
- dat je nooit helemaal los komt van je familieleden, maar dat het zomaar kan gebeuren dat je erg uit elkaar groeit
Ik herken de ontwikkelingen in de familiebanden van de familie Mitford overigens niet zo, ik heb een oudere broer en een oudere zus. Ik ben een 'nakomertje' en tot plm mijn twintigste had ik weinig contact met mijn broer en zus; zij waren al het huis uit toen ik een beetje tot leven kwam. Maar daarna is het contact gegroeid en we vinden elkaar nu echt leuk gezelschap en zien elkaar regelmatig.
De eigen taal die de MItfords hadden ken ik niet. Het komt op mij over als een manier om de buitenwereld af te sluiten, en de Mitfordgemeenschap als een besloten gemeenschap te beschouwen. Dit is ongetwijfeld versterkt door het gegeven dat ze niet of nauwelijks naar school gingen, en erg op elkaar waren aangewezen.
Ik ken dit - het gebruiken van een eigen taal - zelf niet. Mijn eeneïige tweelingdochters daarentegen hadden als kind wel een eigen taaltje als ze met elkaar spraken en ook nu nog zijn ze als ze samen praten niet goed te volgen voor buitenstaanders.
Wel bijzonder zo'n band tussen tweelingen.
Ik herken hun ontwikkelingen ook niet zo. Ook ik ben de jongste thuis met twee oudere broers en daarmee is de band ook in de loop van de jaren gegroeid. En bordspelletjes en dergelijke zijn ook leuker geworden.
Nog even over de familiebanden: de broer, Tom, komt er in het boek maar bekaaid vanaf. Hij wordt - op enkele vage toespelingen na dat hij in zijn jeugd homoseksuele contacten had - nauwelijks beschreven. Nu gaat het boek wel over de Mitfordzusjes, maar toch.
Pikant detail: op de voorpaginafoto staat Tom er niet op, maar bij de laatste foto op de fotopagina's in het boek staat Tom wél tussen zijn zussen. Hij is gewoon weggeretoucheerd....
Ja was mij ook opgevallen dat vond ik ook wel ver gaan gewoon photoshoppen. Was inderdaad wel interessant geweest hoe de enige jongen tussen al die zussen zich staande hield.
Daarover spreekt Laura Thompson wel af en toe: kennelijk stelde hij zich zo diplomatiek en kameleontisch op, dat iedereen dacht dat hij het met haar eens was.
De familiebanden moet je zien in het tijdsbeeld en milieu denk ik. De ouders die meer op afstand waren, kindermeisjes die een groot deel van de opvoeding en verzorging deden, de kinderen die niet naar school of clubjes gingen en dus veel meer op elkaar aangewezen waren. In plaats van klasgenootjes en vrienden hadden ze alleen elkaar.
Ik herken hier niets in, mijn ouders waren erg betrokken bij de kinderen, ik heb een broer die 5 jaar ouder is, waar ik een goede band mee heb, maar als kind was het leeftijdsverschil wel groot en zaten we in heel verschillende fases en interesses. Een zus heb ik niet, dus die rivaliteit herken ik ook niet. Over een eigen taal heb ik wel eens gehoord bij tweelingen, grappig, maar niet herkenbaar voor mij.
Goede analyse. Ik denk ook dat het belangrijk voor kinderen is om ook te leren met andere kinderen om te gaan. Misschien waren de freules daardoor ook aardiger geweest.
De familieband zoals bij de zussen ken ik niet op die manier, heb een broer en die woont in Zwitserland, maar als ik naar onze jeugd kijk samen met onze ouders was die goed, wij hadden geen rivaliteit, daar is het leeftijdsverschil te groot voor. Ik vind familie echter wel belangrijk
Ook ik herken het niet. Wij waren met z'n vijven. De twee groten (mijn broer en ik) en de kleintjes (2 zussen en een broer). Mijn broer en ik trokken veel met elkaar op in onze jeugd, maar toen we volwassen waren zijn we allemaal onze eigen weg gegaan. Eigenlijk hebben al mijn broers en zussen een heel eigen leven. We zien elkaar niet vaak, maar zoals de Mitford zussen zich met elkaar bemoeien en over elkaar oordelen herken ik helemaal niet.
Ik herken het ook niet. Ik heb zelf een zus, twee jaar ouder dan ik, dus echt samen opgegroeid. We hadden geen eigen taaltje. Rivaliteit hebben we ook nooit veel gehad, we hebben altijd een hechte band gehad.
Ik ben het eens met dat je de familiebanden van de Mitford zussen vanuit dat tijdsbeeld moet zien. En dat ze inderdaad vooral op elkaar aangewezen leken te zijn en door het gebrek aan onderwijs ook weinig andere sociale contacten hadden. Het aanleren van sociale vaardigheden vond dus vooral plaats binnen het gezin. Toch zou dit ook een voordeel kunnen zijn, zeker voor de jongere zussen, vanaf jongs af aan is er genoeg ruimte voor sociale interactie met zoveel zussen!
Uiteraard! Maar de basis begint natuurlijk wel in het gezin.
Ik vraag me overigens af of er echt geen andere sociale contacten waren. Ze gingen dan niet naar school, maar ook buiten school kunnen er sociale contacten opgedaan worden, bijvoorbeeld met de kinderen van vrienden van ouders. Ik kan me niet herinneren dat ik hierover veel heb teruggelezen in de zes freules, maar dat het niet beschreven is wil natuurlijk ook niet zeggen dat het er ook niet was.
Nee, dat weten we natuurlijk niet, maar ik heb de indruk dat de sociale contacten van de ouders meer op galafeesten plaatsvonden en zonder kinderen erbij.
Zoals ik in mijn antwoord op de vorige vraag al liet weten, heb ik heel weinig familie. En met de weinige familie die ik heb, heb ik totaal geen contact. Dus die familiebanden zijn zeker niet herkenbaar voor mij.
Ik had wel een enorm sterke band met mijn moeder. Die was heel emotioneel en zeer innig. Maar zou dat 100 jaar geleden ook zo geweest zijn? En vooral, in dat milieu? Ik vrees er voor.
Ik heb zelf geen broers of zussen dus ik herken deze familiedynamiek totaal niet. Ik heb zelf ook maar één dochter en haar valt op als ze bij vriendinnetje speelt dat er zo vaak gekissebis is met broers/zussen. En als ik terugdenk aan mijn jeugd, herken ik dat wel. Het verplicht moeten entertainen van het jongste zusje of oudere broers/zussen die de jongeren nogal naar beneden haalden. In mijn vrienden- en kennissenkring zijn er maar heel weinig die een harmonieuze verhouding hebben met hun broer of zus. Een deel van hen heeft zelfs gebroken met de familie. Overigens ken ik wel weer een stel tweelingzussen die inderdaad een eigen taaltje hebben gehad in hun jeugd en op een gegeven moment door hun ouders bewust in verschillende klassen geplaatst zijn, omdat hun verhouding wel heel erg op elkaar gericht was.
Als ik naar de Mitfords kijk, vind ik hun relaties onderling nogal ongezond. Na-ijver, jaloezie, verraad (kijk naar de houding van Jessica en Nancy ten opzichte van Diana), roddel en achterklap. Tsja, vrienden kies je, familie krijg je.
Allereerst sluit ik me inderdaad aan dat deze familiebanden wel in hun tijd geplaatst moeten worden.
In de opvoeding herken ik vrij weinig. Het valt me wel op hoe weinig aanwezig de vader is in het verhaal, maar ook dat past misschien in de tijd.
Ik heb een broer, een oudere zus en een zusje. .Mijn oudere broer en zijn 8 en 9 jaar ouder en mijn jongste zusje is 2 en een half jaar jonger dan ik. Vroeger was er dan ook veel meer afstand, omdat mijn oudere broer en zus in een andere fase zaten. Nu zijn we naar elkaar toe gegroeid. Ik merkte dat ik in mijn eigen adolescentie fase, waarin ik op zoek was naar mijzelf, graag een soort karikaturaal beeld van mijzelf ten opzichte van mijn broer en zussen wilde neerzetten (bijv. zij zijn sportiever, ik ben meer dit en dat) en door bewust aan anderen te vragen naar verschillen en overeenkomsten.
Dat herken ik wel weer in hoe Thompson de familieband en familieleden beschrijft. Ook van een afstand en erg gefocust op verschillen.
Familie krijg je en vrienden kies je. Ik vond dat hier heel erg in naar voren komen. Je moet het doen met de familie die je hebt gekregen en ergens ben je toch aan elkaar verbonden, of je dat nu wilt of niet. Dat zie je ook met de zussen, of ze willen of niet ze zijn met elkaar verbonden en moeten het met elkaar doen. Daarnaast denk ik dat in veel families broers en zussen onderling de beste willen zijn, dat ze altijd het gevoel hebben dat ze tegen elkaar op moeten vechten en laten zien wat ze waard zijn. Dat zie je bijvoorbeeld als Nancy een boek schrijft en opeens de andere zussen ook een boek gaan schrijven. Aan de andere kant, als er echt iets gebeurd dan delen zij dat wel met elkaar en vallen ze op elkaar terug zoals met de verschillende miskramen gebeurd. Ze kunnen op een bepaald vlak niet met elkaar leven maar ook niet zonder.
Zelf heb ik een goede band met mijn zus. Ik herken ergens wel een beetje 'je kan niet met ze leven maar ook niet zonder'. Uiteindelijk komen we toch weer bij elkaar uit.
Ik herken de familiebanden niet echt. Ik kom heel goed overeen met mijn broer en de rivaliteit die opvallend is bij de Mitfords is bij ons niet aanwezig.
De sterkte van de karakters van de verschillende zussen werkt die rivaliteit volgens mij in de hand. De een wil niet onderdoen voor de andere, waardoor de rivaliteit nog sterker wordt.
De familiebanden komen op mij nogal gecompliceerd over. Ik ben maar heel gewoon en heb een heel gewone goede band met mijn broer. Een eigen taal hadden en hebben we niet maar begrijpen doe we elkaar wel. We staan ook altijd elkaar bij en dan zie ik bij de freules niet altijd terug. De onderlinge rivaliteit is mij onbekend maar misschien moet je daar wel zussen voor hebben om dit te herkennen.
Welkom bij de leesclub rond de De zes freules, een non-fictie boek over de levens van zes adellijke zussen, van Laura Thompson (Uitgeverij Omniboek). Onze hashtag is #hebbanleesclub. Heb je een vraag over deze leesclub, mail dan naar: leesclub@hebban.nl
De leesclub is afgerond en het boek werd beoordeeld met 2 sterren. Neem snel een kijkje bij het verslag om het hele eindoordeel te lezen.