De zomer die alles was

Zes weken vakantie en dan is het tijd voor de middelbare school. Puca kijkt ernaar uit, maar die zes weken duren lang. Helemaal wanneer haar vader onverwacht weer thuis komt. Dan ontmoet Puca Rover, een buurjongen. Ze worden vrienden, maar dan vertelt Rover haar dat hij ongeneeslijk ziek is. Rover kijkt helemaal niet uit naar het einde van de zomervakantie, hij wil genieten van iedere dag. Puca en Rover sluiten vriendschap. Puca wil de laatste weken van het leven van Rover onvergetelijk maken.

Een schitterend verhaal over de tijd, die voor sommigen te traag gaat en de anderen te snel terwijl hij in beide situaties even snel/langzaam gaat. Een verhaal over geluk, verdriet, over omgaan met een ziekte en afscheid nemen. Ik vond het verhaal heel erg mooi en het einde vraagt om een zakdoekje in de buurt.
Zijn er dan geen minpunten, misschien wel de manier waarop er over het speciaal onderwijs is geschreven. Als leerkracht en iemand die inclusie belangrijk vind, vind ik dat niet heel handig gekozen van de auteur. Dit zit gelukkig maar in een heel klein stukje van het boek, dus het is geen reden om het boek niet te lezen.