Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Nog altijd een heerlijke leessensatie!

Linda Marie 24 februari 2022
Ik las dit heerlijke boek in een vertaling van Uitgeverij Veen, Amsterdam die gebaseerd is op de oorspronkelijke uitgave uit 1854. Ja, je leest het goed. 1854. Toch is het boek nog altijd leesbaar en verrassend actueel zelfs. Aan de moraliserende toon op het einde merk je dat het uit de 'oude' doos komt. Dickens geeft maar al te graag een duidelijke morele boodschap mee. Zo wordt de jonge crimineel Tom steeds 'de vlerk' genoemd. Niemand zou dat vandaag nog zo schrijven.

Toch is het nog altijd een heerlijke leeservaring om iets van de oude meester te lezen. Dickens wordt natuurlijk in de Angelsaksische landen nog veel meer op handen gedragen dan bij ons.

Het boek is opgedragen aan Thomas Carlyle (4 december 1795 - Londen, 5 februari 1881), een goede vriend van Dickens. Hij was een Schots schrijver, historicus en wiskundige en zijn literaire werk had grote invloed in het Victoriaanse tijdperk. Hij werd sterk beïnvloed door het calvinisme.

De roman bestaat uit drie delen. Het eerste boek 'Zaaien', het tweede boek 'Oogsten' en het derde boek 'Binnenhalen'. Een Bijbelse verwijzing naar Galaten hoofdstuk zes vers zeven: 'Want wat een mens zaait, zal hij ook oogsten.' (NWV)
Nog een Bijbelse verwijzing zien we in de titel van hoofdstuk 2 'Moord op de onnozele kinderen' waarbij gerefereerd wordt naar de moord van Herodes op de jonge kinderen van 0 tot 2 jaar toen hij hoorde dat er een koning geboren was. Waarbij Gradgrind wordt vergeleken met de moordzuchtige Herodes. Een mooie vergelijking, want als je alle creativiteit en kunst uit het leven bant, is het leven dan nog wel de moeite waard?

'Wat ik dus wil, is Feiten. Leer deze jongens en meisjes Feiten en nog eens Feiten. Alleen Feiten zijn nodig in het leven...'

Heerlijke openingszinnen. Deed mij denken aan de openingszin in Lente van Ali Smith. 'Wat we dus niet willen zijn feiten.' Het boek Lente van Ali Smith is overigens gebaseerd op het boek 'Zware tijden' (Hard Times, oorspronkelijke titel). Ali Smith is een grote fan van Dickens en ook haar roman 'Lente' bestaat net als de roman van Dickens uit drie delen.

Het onderwerp ratio tegenover verbeelding is overigens nog altijd actueel. In 2017 kwam er in België veel reactie op het plan om in het middelbaar onderwijs de kunstvakken te schrappen. Minder verbeelding en creativiteit. Meer ratio en jawel, feiten.


Het leesplezier zit hem vooral in de beschrijving van de personages. Ze zijn schitterend beschreven, zowel de mannen als de vrouwen. Flamboyant, kleurrijk én met de nodige humor van Dickens.

Zoals we weten klaagt Dickens in zijn romans veel sociale wantoestanden aan. Ook in dit boek. Vooral de klassenongelijkheid en de gevolgen van de toenemende industrialisatie worden aangeklaagd. Dit wordt vooral onder onze aandacht gebracht door het verregaande effect op de personages in het boek.

De personages

De schoolmeester Gradgrind

De schoolmeester Gradgrind is hier een erge karikatuur van doorgedreven efficiëntie door kinderen alleen maar feiten te leren. Doe wat het meeste oplevert - de drijfveer van de industrialisatie (winst maken) - en vermijd nutteloze zaken als verbeelding en poëzie. Er moest ook voor alles betaald worden, volgens Gradgrind. Dus geen helpen of geven. Weg met dankbaarheid en alles wat eruit voortkomt. Dat bestaat niet. Alles is een transactie, van geboren worden tot dood gaan. Het hele menselijke leven: één grote geldelijke transactie.
Niet voor niets is de titel van hoofdstuk 2 'Moord op de onnozele kinderen', een bijbelse verwijzing naar de moord van Herodes op de jonge kinderen van 0 tot 2 jaar toen hij hoorde dat er een koning geboren was. Waarbij Gradgrind wordt vergeleken met de moordzuchtige Herodes. Een mooie vergelijking, want als je alle creativiteit en kunst uit het leven bant, is het leven dan nog wel de moeite waard?



De heer Bounderby

Bij uitstek het symbool van de self-made man. Hij is de beste vriend van schoolmeester Gradgrind. Wat feiten zijn voor Gradgrind, is geld en macht voor Bounderby. Hij is dan ook de rijke eigenaar van de fabriek en de bank. In feiten is hij niet zo erg geïnteresseerd. Integendeel, hij neemt voortdurend een loopje - zeg maar 'loop' - met de waarheid. Hij is een leugenaar en een bedrieger.
'Ik ben Josiah Bounderby uit Coketown.' Met deze zin introduceert hij voortdurend zichzelf. Waarbij hij constant liegt over zijn achtergrond en komaf. Bedoeld om ons te imponeren. Hij is immers door zijn vastberadenheid en discipline uit de beerput omhoog geklommen tot wie hij nu is.
Met veel humor ontmaskert Dickens de mythe van de self-made man Bounderby door zijn oude moeder te laten verschijnen die de mythe doorprikt. Hij heeft een liefdevolle jeugd gehad, een goede opleiding en is nooit in de steek gelaten.

Mevrouw Sparsit

Een interessant personage die Dickens ook opvoert is mevrouw Sparsit. Samen met Bounderby, wiens huishoudster en bediende ze is, tonen beide personages de veranderingen in de maatschappelijke verhoudingen die toen ontstonden door de opkomende industrialisatie. Vroeger zat de macht en het geld bij de rijke aristocratie, de adel waarvan mevrouw Sparsit een symbool vormt. Misschien behoorde ze niet echt tot de adel maar alleszins tot de betere en hogere kringen. Door de opkomende industrialisatie ontstaat er een nieuwe klasse: nieuwe rijken die door de industrie in bezit komen van geld en macht. Zoals de heer Bounderby. Vroeger was geboorte en bloedlijn bepalend voor je maatschappelijke positie. Maar de adel krijgt het moeilijk. Mevrouw Sparsit is dan ook in moeilijkheden geraakt en nu de bediende van Bounderby. Waar Bounderby zich eigenlijk in verkneukelt want hij kan het niet laten om voortdurend naar haar aristocratische afkomst te verwijzen. En tegelijk zichzelf op te hemelen. De nieuwe rijken. En wat ons misschien ook brengt bij de vraag: wat doe je met je geld wanneer je erg rijk bent? Van de egoïstische en bedrieglijke Bounderby zal het alleszins niet komen. Dat ondervind ook Stephen.

De arbeider Stephen

Misschien toch wel het meest tragische personage in de roman. Bounderby raaskalt en klaagt voortdurend over de werkende arbeidersklasse. Ze zijn lui en hebzuchtig, volgens hem. Dickens beschrijft ze meestal als groep, over het moeilijke leven dat ze leiden. Louisa ziet ze als Handen', een massa onderdelen die niet te onderscheiden zijn in een grote keten vol met radertjes en machines.
In het personage van Stephen krijgt de werkende klasse een gezicht, letterlijk. We zien een mens die het niet makkelijk heeft. Hij trouwt jong en zijn vrouw ontwikkelt een alcoholverslaving en is labiel. Hij wil scheiden maar kan niet. Voor de rijken is scheiden wel makkelijker zoals Bounderby hem al maar al te graag duidelijk maakt. Wanneer hij zich niet wil aansluiten bij de vakbond komt hij helemaal alleen te staan.
Hij wordt dan ook nog beschuldigd van een bankoverval. Er zit hem niets anders op dan te vluchten en hij sterft eenzaam en alleen in een put die niet gemarkeerd is door een egoïstische fabriekseigenaar. Het is bijna een Christusfiguur die Dickens hier portretteert. Het offer van een goed en onschuldige man die tragisch aan zijn einde komt. Het is ook treurig dat Stephen niet geloofd wordt, terwijl de oppprtunist Slackbridge zo maar wordt geloofd en gevolgd.


Ja, de verschillen tussen rijk en arm, mensen met macht en zonder zijn groot en verstrekkend.

Nog altijd een schitterend boek om te lezen!

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Linda Marie

Gesponsord

Deze thriller trekt je razendsnel mee in een complot met onbetrouwbare staatslieden met hun eigen agenda's, internationale conflicten en hoogoplopende bedreigingen voor de samenleving.