wonderbaarlijk!

Wat een wonderbaarlijk boek! Een avonturenverhaal, een zoektocht, een mysterie, feitjes over bestaande en niet-bestaande dieren en vooral veel, héél veel mooie zinnen… Dit boek blaast je omver!

Vega is een meisje dat alleen een vader en een opa heeft. Ze woont op een merkwaardig eiland in de vorm van een giraf. Op het vasteland is ze nog nooit geweest. Haar moeder heeft ze ook nooit gekend en haar vader en opa vertellen haar er nooit iets over - ze is er gewoon niet. Vega’s vader is saai en houdt niet van de rijke fantasie die Vega heeft. Ze vertelt wel over de fantastische dieren die ze ziet onderweg van school naar huis en andersom, maar hij wil het horen. Waarom niet?

Vega’s opa Hektor vindt juist al haar verhalen geweldig. Zijn tuin zit vol met deze dieren: zoals de humklodder, varkensaap, parlefant, tuimelfluiter, lepelvlegel en de farkoen. Haar opa geeft alle planten limonade en zijn huis is zo veranderlijk als het weer: als het droog is krimpt zijn huisje tot een krot, maar als het regent wordt het een reusachtig en prachtig paleis.

Logisch dat Vega graag bij haar opa is. Maar vertellen wie haar moeder is en of ze nog leeft, dat doet hij niet. Op school is er een project over penvrienden. Vega mag een brief kiezen en met dat kind wordt ze penvrienden. Vega vindt het geweldig: eindelijk wordt haar wereld groter in interessanter! Haar penvriendin is Janna. Janna woont in het circus en vertelt honderduit. En dan ontmoet Vega Nelson. Het is het nieuwsgierigste jongetje dat je ooit hebt gezien. Alles wat hij te weten komt schrijft hij op in zijn notebook ‘Nelsons wetenswaardige feiten’. Zoals dit:

“Wist je dat bloedzuigers tweeëndertig stel hersenen hebben? Dertig daarvan gebruiken ze om voedsel te zoeken, en twee om over de geheimen van het universum te mijmeren.”

Nelson ontdekt Vega’s geheim van haar afwezige moeder. Hij wil het mysterie oplossen! Samen gaan ze op avontuur: en het circus en Janna spelen daar een grote rol bij. Zou Vega echt een moeder hebben? Waarom vertellen haar vader en opa haar niets?

Als je begint met lezen kan je niet anders dan direct gecharmeerd zijn van de rijke fantasie en het karakter van Vega. Je leeft met haar mee en wil maar één ding: dat zij gelukkiger wordt. De fantasiewereld die alleen zij kan zien staat voor het onbekende, het mysterie van haar ontbrekende moeder. Dit is zo mooi uitgewerkt.

Het boek sluit af met de volgende zin die Vega tegen Nelson zegt:

“‘Als jij een boek schrijft over ons avontuur, mag ik er dan tekeningen bij maken?’”

En dat is dit prachtige boek geworden. Met veel erg mooie potloodillustraties in zwart-wit die heel goed passen bij de sfeer van het boek.
Geschikt vanaf groep 4/5 (9 jaar) en voor de liefhebbers van fantasy én psychologische verhalen. Verschenen bij Lannoo uitgevers. Vertaald uit het Zweeds door Sophie Kuiper.