Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

In alle toonaarden prachtig

Gerry Hameetman 12 september 2017
Je zou kunnen stellen dat de nieuwe Arthur Japin "Kolja" het midden houdt tussen "Vaslav" en zowel "De zwarte met het witte hart" als "Een schitterend gebrek". Opnieuw is hier sprake van een Rus in een historische setting, maar dit keer zonder de uitgesproken toneelmatige vorm van "Vaslav". "Kolja" heeft een door intrige voortgestuwd plot.

Eind negentiende eeuw nemen de broers Pjotr 'Petja' Tsjaikovski (beroemd componist van onder andere Het Zwanenmeer) en Modest Tsjaikovski (minder succesvol librettoschrijver) de zevenjarige Kolja onder hun hoede. De jongen is doofstom, maar dankzij een tuchtig lesprogramma leert Modest hem niet alleen liplezen, maar zelfs te spreken met een dergelijk voorkomen dat zijn handicap regelmatig niet wordt bemerkt. Zesentwintigjarig jaar is Kolja, als hij hier begint te vertellen. Op dat moment is Petja onverwacht aan cholera gestorven en is het hele land in rep en roer door het overlijden van ‘hun’ aanbeden componist. Kolja twijfelt aan de doodsoorzaak en begint vragen te stellen. Dit tot groot ongenoegen van zijn directe omgeving, aangezien hij hen allen in gevaar brengt.

Uit dagboekfragmenten van Modest blijkt hoe de verhouding tussen hem, Kolja en Petja in elkaar stak. Zij bewogen zich in zogenaamd liederlijke kringen waarin men zich onder elkaar openlijk homoseksueel gedroeg- riskant in een tijd waarin homoseksuelen zonder pardon afgevoerd werden naar Siberië en daar grote kans liepen doodgeknuppeld te worden. De thema’s homohaat- en intolerantie vormen de crux van het verhaal en maken het boek met een oog op het huidige Rusland bovendien actueel.

Uit meer dingen blijkt een grote betrokkenheid van de auteur. "Kolja" is een hartstochtelijk eerbetoon aan de taal en de muziek. De expressieve schrijfstijl (vol exclamaties) van die tijd en de eigen intonatie van Kolja en Modest alleen al zijn goed getroffen. Niet vaak lees je zoveel innig geslaakte hartenkreten die de gedachten 'Dat klopt!' of 'Wat mooi gezegd' opwekken. Maar waarmee Japin zichzelf overtreft en onderstaande lezer kippenvel bezorgt en soms tot tranen beweegt, zijn de passages waarin hij Kolja laat praten over taal en muziek. Dan blijkt de haat en tegelijkertijd de onherroepelijke liefde die Kolja voelt voor een fenomeen dat hij weliswaar beheerst, maar toch nooit echt ervaart. Hoezeer hij die ervaring ervan najaagt, blijkt bijvoorbeeld uit de volgende passage:

"Ik zoek de liefde op waar ik haar krijgen kan en ga haar aan als een gesprek. Ik deel ervan rond en ik deel me mede. […] Mond op mond word ik het best verstaan. In iemands armen is waar ik hóór."

Deze woorden, in een passage die overigens overweldigend veel langer is, geuit door een doofstomme man krijgen een peilloos diepe betekenis, ze geven met hun dubbele klank de tekst een extra dimensie. Hiermee wordt ook de zogenaamde liederlijkheid, de vluchtige liefde, in Kolja’s geval schitterend verklaard.

En dan de passage waarin Kolja vertelt over muziek, de enige manier waarop hij enigszins kan ervaren wat anderen horen. Verplaats jezelf in Kolja en je vóelt de woorden:

"Geen idee hoe mijn ‘horen’ zich verhoudt tot dat van horenden, maar ik ervóér. Niet alleen vibratie vang ik op, maar ook passie, ritme flakkerend als vlammen, de stuwing achter de muziek, en tastbaarder, een dwang, misschien de noodzaak zelfs die Petja voelde toen hij zijn noten schreef. […] Het vervlechten en vermengen van de trilling van instrumenten kan me verrukken. Het slot raakt mij het machtigst. […] Dan waait het gevaar over en sterft weg zoals een storm gaat liggen en blijf ik achter in een lenteregen van de laatste, losse, rondspattende noten."

"Kolja" is een briljante roman die in alle facetten ‘klopt’. Een tragisch verhaal over substituten, over alles waarvan ons verteld wordt dat je zónder niet volledig leeft. Kunstig, qua vorm, dramatiek, mysterie. Waar bij laatste dient te worden opgemerkt dat alles -dus ook de intrige!- op waarheid berust, zoals Japin uitgebreid toelicht in zijn nawoord. Maar nogmaals, het is het prachtige taalgebruik dat in "Kolja" de boventoon voert. Kolja maakt ontroerend en intens voelbaar duidelijk hoezeer woorden als uitingsmiddel tekort schieten. En dat terwijl deze roman paradoxaal genoeg het tegendeel bewijst.



Reageer op deze recensie

Meer recensies van Gerry Hameetman

Gesponsord

Deze thriller trekt je razendsnel mee in een complot met onbetrouwbare staatslieden met hun eigen agenda's, internationale conflicten en hoogoplopende bedreigingen voor de samenleving.