Lezersrecensie
L’état, c’est Moi (et Monsieur)
De Franse koningen, daar zijn al heel wat boeken over geschreven. In België is hét opperhoofd rond dit onderwerp Johan Op de Beeck, die met zijn boeken over de Zonnekoning en Versailles al het nodige informatieve succes boekte.
Maar Gorik Goris besloot om een ander licht te schijnen op deze koningen en hun tijdsgenoten, via de broers van de koningen, les Messieurs! Monsieur is dus de benaming die wordt gegeven aan de broer van Lodewijk XIII (Gaston) en Lodewijk XIV (Philippe d’Orléans).
Deze twee komen vooral aan bod in dit boek, waarschijnlijk omdat zij de meeste indruk nalieten op de geschiedenis (en misschien ook op de auteur?)
Gaston werd vooral befaamd door zijn eeuwige gekonkel met groeperingen die de Lodewijk XIII van zijn troon wilden stoten, zodat hij diens plaats kn kon nemen. Maar telkens konden deze aanslagen en/of revoluties ingedijkt worden, mede dankzij kardinaal Richelieu (ja ja, de ‘evil’ kardinaal uit Alexander Dumas’ The Three Musketeers. Vergeet niet dat dat fictie was!).
En dan was er Petit Monsieur, Philippe d’Orléans. (Later, na de dood van Gaston, werd hij Monsieur)
Over Philippe is al heel wat inkt gevloeid, vooral door zijn levensstijl die naargelang wie erover schreef en vanuit wiens standpunt het werd bekeken niet altijd even positief werd overgebracht.
Maar Philippe was een buitenbeentje. Hij verlangde nooit in zijn leven naar de troon, integendeel. Zijn liefde voor zijn broer, de koning Louis XIV, was te groot. En Philippe hield te veel van feesten, uitgaan en van zijn vrienden. Hij hield van gehuld gaan in vrouwenkleren en was bekend als homoseksueel, wat gedoogt werd door zowel de koning als het hof, nochtans was het strafbaar in die tijd. (Toch zeker voor zij van lagere klassen! Maar ‘gelukkig’ werd de doodstraf voor sodomie op een bepaald moment omgezet in een gevangenisstraf. Wat heet gelukkig natuurlijk?)
Gorik weet in een heel summiere schrijfstijl het verhaal te vertellen over zij die vaak in de geschiedschrijving tussen de mazen van het net wat verdwijnen of die maar heel kort worden vermeld. En door het verhaal van Philippe uitgebreider uit te leggen zien we een ander beeld van de persoon die vaak verguist wordt in historische boeken.
Het enige dat ik van negatief punt kan zeggen van dit boek is de ietwat saaie, trage schrijfstijl van de auteur die het verhaal wel vertelt maar zonder echt veel passie en branie. (Misschien ben ik intussen door Bart van Loo te veel verwend op dat vlak en heb ik het daardoor af en toe lastig de passie te ontdekken van een auteur?)
Maar anderzijds is dit boek wel heel interessant om te zien dat ook naast de koning en de vele edelen er ook familie aanwezig was aan en rond het hof. Alleen waren ze daar zelf niet altijd even graag in de functie die ze hadden gekregen of werden ze vaak het slachtoffer van intriges!
Maar Gorik Goris besloot om een ander licht te schijnen op deze koningen en hun tijdsgenoten, via de broers van de koningen, les Messieurs! Monsieur is dus de benaming die wordt gegeven aan de broer van Lodewijk XIII (Gaston) en Lodewijk XIV (Philippe d’Orléans).
Deze twee komen vooral aan bod in dit boek, waarschijnlijk omdat zij de meeste indruk nalieten op de geschiedenis (en misschien ook op de auteur?)
Gaston werd vooral befaamd door zijn eeuwige gekonkel met groeperingen die de Lodewijk XIII van zijn troon wilden stoten, zodat hij diens plaats kn kon nemen. Maar telkens konden deze aanslagen en/of revoluties ingedijkt worden, mede dankzij kardinaal Richelieu (ja ja, de ‘evil’ kardinaal uit Alexander Dumas’ The Three Musketeers. Vergeet niet dat dat fictie was!).
En dan was er Petit Monsieur, Philippe d’Orléans. (Later, na de dood van Gaston, werd hij Monsieur)
Over Philippe is al heel wat inkt gevloeid, vooral door zijn levensstijl die naargelang wie erover schreef en vanuit wiens standpunt het werd bekeken niet altijd even positief werd overgebracht.
Maar Philippe was een buitenbeentje. Hij verlangde nooit in zijn leven naar de troon, integendeel. Zijn liefde voor zijn broer, de koning Louis XIV, was te groot. En Philippe hield te veel van feesten, uitgaan en van zijn vrienden. Hij hield van gehuld gaan in vrouwenkleren en was bekend als homoseksueel, wat gedoogt werd door zowel de koning als het hof, nochtans was het strafbaar in die tijd. (Toch zeker voor zij van lagere klassen! Maar ‘gelukkig’ werd de doodstraf voor sodomie op een bepaald moment omgezet in een gevangenisstraf. Wat heet gelukkig natuurlijk?)
Gorik weet in een heel summiere schrijfstijl het verhaal te vertellen over zij die vaak in de geschiedschrijving tussen de mazen van het net wat verdwijnen of die maar heel kort worden vermeld. En door het verhaal van Philippe uitgebreider uit te leggen zien we een ander beeld van de persoon die vaak verguist wordt in historische boeken.
Het enige dat ik van negatief punt kan zeggen van dit boek is de ietwat saaie, trage schrijfstijl van de auteur die het verhaal wel vertelt maar zonder echt veel passie en branie. (Misschien ben ik intussen door Bart van Loo te veel verwend op dat vlak en heb ik het daardoor af en toe lastig de passie te ontdekken van een auteur?)
Maar anderzijds is dit boek wel heel interessant om te zien dat ook naast de koning en de vele edelen er ook familie aanwezig was aan en rond het hof. Alleen waren ze daar zelf niet altijd even graag in de functie die ze hadden gekregen of werden ze vaak het slachtoffer van intriges!
1
Reageer op deze recensie