Een aanslag met wrede gevolgen

In de proloog van “De witte kamer” wordt een aanslag op de Dam tijdens Dodenherdenking beschreven. Een actueel thema dat meteen nieuwsgierig maakt.

Inspecteur Léon Coeur is geschorst, omdat hij betrokken was bij een schietincident. Als hij een twitterbericht leest dat in Polderpark Cronesteyn in Leiden het uitgemergelde lichaam van een man is gevonden, gaat het er op af. Opmerkelijk is dat er een 5 in zijn buik gekerfd is en zijn ogen zijn uitgestoken. Het blijkt een journalist te zijn die al maanden vermist is. Coeur wil de moord oplossen om zo te bewijzen dat zijn team niet zonder hem kan en roept de hulp van zijn nichtje Hanna Gosselaer, die criminologie studeert, in. Hanna gaat net door een moeilijke periode. Als tiener heeft zij een vreselijk trauma opgelopen en zij wil de dader daarvan in de gevangenis spreken, maar dat wordt afgewezen. Léon belooft haar dat hij haar met het verzoek zal helpen als zij hem helpt de moord op te lossen.
De journalist, Jeffrey Holt, was Midden-Oosten specialist voor opinietijdschrift Verbum. Hij deed onderzoek naar de bomaanslag op 4 mei op de Dam. Jeffrey vermoedt dat de aanslag, die door een moslim is gepleegd, door een of meer Nederlanders opgezet is.
Léon krijgt regelmatig informatie van zijn collega’s, die hij gebruikt om de moord op te lossen. Hij wil Hanna niet in gevaar brengen door haar mee te nemen als hij op onderzoek uit gaat, maar brengt door alleen te handelen zichzelf in gevaar.
Stukje bij beetje ontrafelen Léon en Hanna de ontstellende waarheid en weten erger te voorkomen.

“De witte kamer” is een sprankelende thriller met veel variatie in onderwerpen. Knap hoe Samantha zaken weet te combineren, van schorsing tot marteling en van akelige herinneringen uit het verleden tot terrorisme.
Omdat je telkens kleine stukjes noodzakelijke informatie krijgt, wil je doorlezen.
De karakters van de hoofdpersonen worden voldoende uitgewerkt en hun emoties zijn haast voelbaar. De beschrijvingen van plaatsen en gebeurtenissen geven een duidelijk beeld, maar laten ook ruimte voor de fantasie van de lezer.
De verschillende verhaallijnen verweven zich steeds meer en werken van begin tot einde naar de plot toe, de terugblikken zijn verhelderend.
Als een schrijver in staat is met een debuut te komen als “De witte kamer” belooft dat veel voor de toekomst.

Samantha Stroombergen (1990) groeide op in de Bollenstreek. Ze behaalde een bachelor Nederlandse taal en cultuur en een master Journalistiek en nieuwe media aan de Universiteit Leiden. Al sinds haar achtste was verhalen vertellen een favoriete bezigheid. In 1998 deed zij mee aan een schrijfwedstrijd van FoxKids en werd haar verhaal over een vampierschool in de bundel “Voor kinderen, door kinderen” opgenomen.
In 2018 debuteerde Samantha met de thriller “De witte kamer”.