Lezersrecensie
Labore et constantia !
Als de dertigjarige Christoffel Plantijn in 1549 in Antwerpen aankomt, is de stad aan de Schelde een honderdduizend inwoners tellende handelsmetropool! Het Franse weeskind dat is opgeleid tot boekbinder, blaakt van ambitie. Toch kan Plantin, zoals hij officieel heet, zich op dat moment niet voorstellen op welke manier hij geschiedenis zal schrijven.
ONBEGRENSDE MOGELIJKHEDEN !
Wat hij zich wel realiseert zijn de immense mogelijkheden van een stad met een uitgebreid handelsnetwerk, veel werklieden, een vlotte aanvoer van grondstoffen... en de nabijheid van de universiteit van Leuven. De dag waarop hij besluit meertalige woordenboeken en bijbels uit te geven, zal hij een beroep doen op internationale academici die soms, om praktische redenen, bij hem komen inwonen.
Maar voor het zover is moet hij zijn start-up uitbouwen tot een heuse onderneming. Zonder kapitaal uit een erfenis of een huwelijk met een drukkersdochter, is dat een krachttoer. Plantijn kan wel zijn neus voor zaken en zijn werkkracht inzetten. Hij is bovendien zo slim om zijn handel te diversifiëren. Luxegoederen zoals kant voor kragen en mouwen vinden makkelijk hun weg naar de gegoede burgers en de adel.
FAMILIE KUN JE VERTROUWEN
In het familiebedrijf nemen zijn dochters taken op die hun vader 'des affaires propres aux hommes' noemt. Zij corrigeren drukproeven en leiden het kantbedrijf. Omdat de zaakvoerder tweemaal per jaar naar de Frankfurter Messe reist en geregeld naar Parijs gaat, moet hij wel delegeren. Op het hoogtepunt van zijn succes bedienen zo'n 50 arbeidskrachten 22 drukpersen. Daarnaast zijn er nog redacteuren, proeflezers en knechten aan het werk. Er wordt 12 tot 13 uur per dag gewerkt, wellicht ook door de baas! Dat labeur resulteert in een aanbod van schooluitgaven, kalenders, psalmen, getijdenboeken, een botanische atlas, de anatomie van Vesalius, verzen van Vergilius en bijbels.
De tijd van de kleinschalige gildenateliers waar bovendien geen flexibele politiek mocht gevoerd worden, had zijn langste tijd gehad. Met het aantrekken van vennoten laat Plantijn opnieuw zijn creatieve kant zien. Ook de stad blijft niet achter. In Antwerpen opent de eerste beurs van de wereld, een zakenmarkt die in tegenstelling tot de jaarmarkten, elke dag open is. Daar werd trouwens het contante geld vervangen door wisselbrieven en schuldbrieven, een nieuwigheid die gunstig was voor de rondreizende handelaars... maar door de struikrovers op tandengeknars onthaald werd.
HET EINDE VAN DE SPEELTIJD !
In1566 waren de hoogtijdagen van de economische conjunctuur voorbij! Gewelddadige conflicten tussen katholieken en protestanten gingen de geschiedenis in als 'de beeldenstorm' waarbij kerken geplunderd en vernield werden. Handel gedijt niet bij instabiliteit! Zover was het trouwens niet gekomen als de rabiaat-katholieke bestuurders (Karel V en later zijn zoon Filips II) zich toleranter hadden opgesteld. Maar in een autocratie is er geen plaats voor diversiteit. Die was er wel bij veel burgers. Kooplieden willen geld verdienen en dan maakt geloof of etniciteit niets uit!
Omdat de jarenlange Spaanse repressie steeds extremer werd en de drukwerkcensuur daar erg onder leed, moest Plantijn opschieten met zijn meest ambitieuze project: de polyglotbijbel, een pronkstuk in zeven delen en vijf talen. Het zevenduizend bladzijden tellende heilige boek kost hem bloed, zweet en tranen. Uiteindelijk neemt hij de wijk naar Leiden, om nog één keer terug te komen naar het Antwerpen dat hem groot maakte. Dat was een tragisch weerzien. Na de Spaanse belegering (1585) was het culturele en economische hart van de Nederlanden helemaal doodgebloed!
DE BESTE IN ZIJN VAK
De succesformule van Plantijn is niet eenduidig. Er is om te beginnen zijn arbeidsijver, volharding en zakeninstinct. Er is ook de ondernemer die steeds wil uitbreiden en innoveren. Er is de omzichtige diplomaat die niemand, ook de bestuurders niet, voor het hoofd wil stoten. En vergeet vooral de topkwaliteit van zijn publicaties niet: bijzonder fraai ogende boeken van hoog inhoudelijk niveau. Hij is niet toevallig hofleverancier van drie vorsten geweest!
Sandra Langereis heeft een dito werkstuk van de pers laten rollen. In 'De woordenaar' laat ze haar metgezel in zijn waarde. Ze is niet meegegaan in speculaties over zijn vermeend lidmaatschap van religieuze sektes, noch heeft ze hem kort door de bocht gelabeld als een doortrapte opportunist. Plantijn was een trouwe katholiek maar geen scherpslijper.
TWEE NEUZEN IN DEZELFDE RICHTING
Deze biografie is het resultaat van diepgaand wetenschappelijk onderzoek. De schrijfster lijkt stage te hebben gelopen bij de meester-drukker zelf en een jarenlange bijbelstudie te hebben gevolgd. Ze is in de haarvaten van haar onderwerp gekropen! Net zoals haar hoofdpersonage is een lange adem haar niet vreemd! 'Labore et constantia' zal Plantijn haar ingefluisterd hebben. Alles voor eindresultaat!
Lees meer op: https://inktkoelie.blogspot.com/
ONBEGRENSDE MOGELIJKHEDEN !
Wat hij zich wel realiseert zijn de immense mogelijkheden van een stad met een uitgebreid handelsnetwerk, veel werklieden, een vlotte aanvoer van grondstoffen... en de nabijheid van de universiteit van Leuven. De dag waarop hij besluit meertalige woordenboeken en bijbels uit te geven, zal hij een beroep doen op internationale academici die soms, om praktische redenen, bij hem komen inwonen.
Maar voor het zover is moet hij zijn start-up uitbouwen tot een heuse onderneming. Zonder kapitaal uit een erfenis of een huwelijk met een drukkersdochter, is dat een krachttoer. Plantijn kan wel zijn neus voor zaken en zijn werkkracht inzetten. Hij is bovendien zo slim om zijn handel te diversifiëren. Luxegoederen zoals kant voor kragen en mouwen vinden makkelijk hun weg naar de gegoede burgers en de adel.
FAMILIE KUN JE VERTROUWEN
In het familiebedrijf nemen zijn dochters taken op die hun vader 'des affaires propres aux hommes' noemt. Zij corrigeren drukproeven en leiden het kantbedrijf. Omdat de zaakvoerder tweemaal per jaar naar de Frankfurter Messe reist en geregeld naar Parijs gaat, moet hij wel delegeren. Op het hoogtepunt van zijn succes bedienen zo'n 50 arbeidskrachten 22 drukpersen. Daarnaast zijn er nog redacteuren, proeflezers en knechten aan het werk. Er wordt 12 tot 13 uur per dag gewerkt, wellicht ook door de baas! Dat labeur resulteert in een aanbod van schooluitgaven, kalenders, psalmen, getijdenboeken, een botanische atlas, de anatomie van Vesalius, verzen van Vergilius en bijbels.
De tijd van de kleinschalige gildenateliers waar bovendien geen flexibele politiek mocht gevoerd worden, had zijn langste tijd gehad. Met het aantrekken van vennoten laat Plantijn opnieuw zijn creatieve kant zien. Ook de stad blijft niet achter. In Antwerpen opent de eerste beurs van de wereld, een zakenmarkt die in tegenstelling tot de jaarmarkten, elke dag open is. Daar werd trouwens het contante geld vervangen door wisselbrieven en schuldbrieven, een nieuwigheid die gunstig was voor de rondreizende handelaars... maar door de struikrovers op tandengeknars onthaald werd.
HET EINDE VAN DE SPEELTIJD !
In1566 waren de hoogtijdagen van de economische conjunctuur voorbij! Gewelddadige conflicten tussen katholieken en protestanten gingen de geschiedenis in als 'de beeldenstorm' waarbij kerken geplunderd en vernield werden. Handel gedijt niet bij instabiliteit! Zover was het trouwens niet gekomen als de rabiaat-katholieke bestuurders (Karel V en later zijn zoon Filips II) zich toleranter hadden opgesteld. Maar in een autocratie is er geen plaats voor diversiteit. Die was er wel bij veel burgers. Kooplieden willen geld verdienen en dan maakt geloof of etniciteit niets uit!
Omdat de jarenlange Spaanse repressie steeds extremer werd en de drukwerkcensuur daar erg onder leed, moest Plantijn opschieten met zijn meest ambitieuze project: de polyglotbijbel, een pronkstuk in zeven delen en vijf talen. Het zevenduizend bladzijden tellende heilige boek kost hem bloed, zweet en tranen. Uiteindelijk neemt hij de wijk naar Leiden, om nog één keer terug te komen naar het Antwerpen dat hem groot maakte. Dat was een tragisch weerzien. Na de Spaanse belegering (1585) was het culturele en economische hart van de Nederlanden helemaal doodgebloed!
DE BESTE IN ZIJN VAK
De succesformule van Plantijn is niet eenduidig. Er is om te beginnen zijn arbeidsijver, volharding en zakeninstinct. Er is ook de ondernemer die steeds wil uitbreiden en innoveren. Er is de omzichtige diplomaat die niemand, ook de bestuurders niet, voor het hoofd wil stoten. En vergeet vooral de topkwaliteit van zijn publicaties niet: bijzonder fraai ogende boeken van hoog inhoudelijk niveau. Hij is niet toevallig hofleverancier van drie vorsten geweest!
Sandra Langereis heeft een dito werkstuk van de pers laten rollen. In 'De woordenaar' laat ze haar metgezel in zijn waarde. Ze is niet meegegaan in speculaties over zijn vermeend lidmaatschap van religieuze sektes, noch heeft ze hem kort door de bocht gelabeld als een doortrapte opportunist. Plantijn was een trouwe katholiek maar geen scherpslijper.
TWEE NEUZEN IN DEZELFDE RICHTING
Deze biografie is het resultaat van diepgaand wetenschappelijk onderzoek. De schrijfster lijkt stage te hebben gelopen bij de meester-drukker zelf en een jarenlange bijbelstudie te hebben gevolgd. Ze is in de haarvaten van haar onderwerp gekropen! Net zoals haar hoofdpersonage is een lange adem haar niet vreemd! 'Labore et constantia' zal Plantijn haar ingefluisterd hebben. Alles voor eindresultaat!
Lees meer op: https://inktkoelie.blogspot.com/
1
Reageer op deze recensie