Klassenvschil in de Regency Periode

England, aan het begin van de 19e eeuw. Drie zusters trouwen: één met de rijke Sir Bertram, één met dominee Norris en één met meneer Price en meneer Price is niet de bruidegom die de zuster voor haar in gedachten hadden.
De rijke familie Betram neemt neemt het tweede kind van de familie Price in huis, Fanny; zo wordt de familie Price financieel ontlast.
Fanny is schuw, komt niet voor zichzelf op en ze is stil. Tante Norris, die veel over de vloer komt bij de familie Bertram, helpt Fanny onthouden hoe nederig haar afkomst is. Zo groeit Fanny op in het gezin van oom, tante en 4 kinderen Bertram en een norse tante Norris.
Fanny wordt een verstandige maar stille jonge vrouw. Waar haar nichten zich in de nesten werken doordat ze altijd hun zin krijgen en doen wat ze willen, laat Fanny haar verstand spreken.
Als er druk op haar wordt uitgeoefend om met iemand te trouwen die ze niet ziet zitten, blijft ze bij haar standpunt om niet met hem te trouwen. Ze is heel standvastig.

Mansfield Park beschrijft het leven in de Regency Periode, een tijd dat vrouwen een heel andere leven leefden dan tegenwoordig. Jane Austen schreef over jonge vrouwen, die twee kanten op konden met hun leven: trouwen of een oude vrijster worden en afhankelijk zijn van de giften van familie. Het klassenverschil gaf status (of niet); het maakte duidelijk wie je was en waar je plek was.

Het klassenverschil, de positie van de vrouw, de kortzichtigheid èn de oppervlakkigheid van mensen: het zijn de onderwerpen die vaak terugkomen in de boeken van Jane Austen. De tijden zijn veranderd, maar toch zijn de mensen niet veel veranderd, want de boeken van Jane Austen zijn nog altijd immens populair.