Meer dan 5,3 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Vervelend en overbodig boek

Henri Osewoudt 18 november 2022
Tijdens het lezen van Ingeborg komma, dacht ik in het begin nog dat de nineties zich wel eens zouden kunnen melden (via een al sinds jaren in ongebruik gevallen landlijn natuurlijk) om deze roman terug te vragen. Maar zelfs deze belegen trope doet geen recht aan de verveling en ergernis die ik ervoer tijdens mijn worsteling met deze treurnis. Jerry Goossens is er eentje van Generatie Nix en het tijdschrift Zoetermeer. De generatie die bij volwassenwording ontdekte dat er niets meer te veroveren of te bevechten viel en het hieraan ontspruitende levensgevoel vormgaf door hun eigen lamlendigheid en de futiliteit van hun dagelijkse bezigheden en interesses uit te vergroten. Dat is inmiddels cultuurgeschiedenis van alweer best lang geleden en Goossens anno nu snijdt een onmiskenbaar groot en gewichtig onderwerp aan: de aanslagen van 11 september op het WTC. Bij deze indertijd wereldschokkende gebeurtenis, kwam welgeteld een Nederlander om het leven en laat dat nou net de nicht van Jerry Goossens zijn.

Al snel blijkt Ingeborg Lariby, het slachtoffer in kwestie, geen nicht maar een achternicht te zijn en wordt duidelijk dat zij en Goossens na diens zesde levensjaar geen sociale interactie van betekenis meer hebben gehad. Afgezien van een enkele jeugdherinnering en wat zwart-witfoto’s in het familiealbum, is er niets wat de schrijver en zijn onderwerp bindt. Het onzalige project had hiermee waarschijnlijk beter kunnen stoppen of beperkt moeten worden tot een essay van drie pagina’s, vooral toen duidelijk werd dat de familie geen medewerking wenste te verlenen. Sowieso dringt de vraag zich op waarom Goossens hier nu nog eens mee komt. Deze thematiek zou in pakweg 2005 toch wat urgenter zijn. En hoe hij ook zijn best doet om nine-eleven als keerpunt in de geschiedenis te poneren, een serieus onderzoek naar wat het allemaal nog te betekenen heeft, zonder iets af te doen aan de tragiek en het verdriet van de betrokkenen natuurlijk, zou interessant kunnen zijn, juist nu er een generatie volwassen wordt die deze gebeurtenis nooit live heeft meegemaakt. Auteur Goossens maakt deze analyse niet zoals hij ook de noodzaak van deze roman uit de weg gaat door zijn personage Jerry Goossens neer te zetten als een mislukte schrijver die aan dit boek bezig is om zijn vastgelopen carrière uit het slop te trekken. Wat het personage ook terdege beseft, maar waar hij geen consequenties aan verbindt.

Qua denkkracht, originaliteit en referentiekader legt Goossens de lat op de door hem kennelijk prettig bevonden hoogte als hij Francis Fukuyama via Back to the Future met de Sex Pistols verbindt. Trivialize like it’s 1995. Het biedt de auteur een welkome gelegenheid om nostalgisch terug te blikken op zijn verleden in de punk- en kraakscene. Dat gaat dan met oubollig stoplappenproza als ‘Ik weet nog goed waar en wanneer mijn einde van de geschiedenis begon. Dat was in de zomer van 1988…’ Papa gaat er eens goed voor zitten op de praatstoel. 'Ik werd wakker op een ondergekotste matras in een kraakpand en er lag een dode junk onder mijn bed. Die moest er al een paar dagen hebben gelegen zonder dat iemand het had gemerkt. Ik draaide een shagje. Iemand zette de Dead Kennedy’s op, dus we gingen pogoen. Enzovoort, enzovoort.' Het verleden is ook altijd nog geruststellend en troostend nabij in de vriendengroep van Jerry. De Twin Towers mogen dan zijn gevallen, de lad culture uit de jaren negentig staat nog fier overeind, als deze zestigers-going-on-16 weer bijeen komen. Van je vrienden blijk je het te moeten hebben, want deze gasten sturen personage Goossens, als deze op een volkstuin zit te zuipen omdat zijn roman niet vlot en zijn vrouw bij hem weg is en een ander heeft, naar New York om research te doen. Dat heeft een man nodig in zo’n situatie en als jongens onder elkaar voel je dat aan en doe je daar niet moeilijk over. In New York gebeuren er ook nog dingen en zet het personage zichzelf nog meer voor lul dan hij in Nederland al deed. In het sfeertje van liederlijk zelfbeklag enerzijds en datteme toffe jongens zijn/waren willen we weten anderzijds, schiet personage Goossens ook nog wel eens door het hoofd dat hij rondloopt in een roman die Ingeborg komma heet en dat het dus niet altijd maar over hem kan gaan. Dan volgt er een pathetische bespiegeling, bijvoorbeeld over zaken die Ingeborg door haar voortijdige dood, nooit heeft mogen meemaken. Zoals Facebook en Spotify bijvoorbeeld. Tja, Martin Luther King heeft nooit Led Zeppelin gehoord, Leonid Brezjnev nooit Twin Peaks gekeken. Dat auteur Goossens dit zelf al als een ‘slaapverwekkende observatie’ bestempelt, maar hem vervolgens toch maakt, pleit niet niet in zijn voordeel.

Ingeborg komma lijkt op het eerste gezicht stof voor meerdere interessante romans te bevatten. Wat bezielt een obscure schrijver om vele jaren na dato iemand die hij nooit werkelijk heeft gekend tot fictie te verheffen? Temeer daar het om iemand gaat die volgens de krochten van het internet al een fictief personage (een vicsim of fictim(?)) zou zijn. Auteur Goossens serveert deze mensen bruusk af als malloten, maar nieuwsgierigheid in plaats van stelligheid had hem als schrijver waarschijnlijk meer gebracht. In Nederland (of de westerse wereld) konden jonge mensen in de jaren tachtig met behoud van uitkering in kraakpanden lekker fantaseren over de gewelddadige omverwerping van het systeem. De enige consequentie hiervan (afgezien van wat grootwinkelpanden waar de hens in ging) was dat deze lieden zich decennia later in New York voor paal zouden kunnen zetten ter meerdere eer en glorie van de Ramones (en dan nog steeds net niet door lijken te hebben dat ze al die tijd gewoon brave consumenten in een kapitalistisch systeem zijn geweest – maar dat is ook je verdiende loon als je waarschijnlijk toch niet verder komt dan de constatering dat Avatar meer dimensies had dan Marcuse). Ach en oh, de kraakpanden van weleer en we lachten en we pogoden op The Exploited en het Balthasar Gerards Kommando en konden ons niet voorstellen dat dit ooit voorbij zou gaan. In Saoedi-Arabië hadden dat soort fantasieën beduidend grotere gevolgen, in het bijzonder voor de stad New York. Misschien valt het als een prestatie te classificeren dat Goossens uit het materiaal dat hij in handen had, toch zo’n vervelend en overbodig boek heeft weten te peuren. De term ranzig drong zich in meerdere betekenissen van het woord aan mij op. Misschien dat literaire ramptoeristen hier nog iets van hun gading vinden, maar zelfs mislukken doet het nog op volkomen oninteressante wijze.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Henri Osewoudt

Gesponsord

Deze thriller trekt je razendsnel mee in een complot met onbetrouwbare staatslieden met hun eigen agenda's, internationale conflicten en hoogoplopende bedreigingen voor de samenleving.