Meeslepend, rauw en sensueel

Zinderende debuutroman over de lotgevallen van drie vrouwen van 1920 tot 1965 in Antwerpen en omstreken. Boerendochter Madeleine wordt uitgehuwelijkt en moet haar grote liefde verlaten voor een wrede echtgenoot. De zevenjarige Tine verliest haar moeder en de zorg voor haar broer, vader en hun armzalige boerderij valt op haar frêle schouders. Juliet vlucht weg van haar zuipende, promiscue moeder en wordt dienstmeisje bij een Joods gezin. Zwanger van de heer des huizes wordt ze als een ‘gevallen vrouw’ op straat gezet. Als hun paden elkaar kruisen ontstaat er een hechte vriendschap. Samen strijden ze op leven en dood tegen een liefdeloos, hard bestaan. Hoe ontsnap je aan een schraal en zielloos leven? En verwerf je de vrijheid om je eigen lot in handen te nemen?

Van Mieghem houdt de lezer ruim 400 pagina’s in de ban met deze indringende familiesage. Haar schrijfstijl met prachtige volzinnen en een schat aan Vlaamse uitdrukkingen maakt het verhaal een genot om te lezen. Meeslepend, rauw en sensueel. Ze weet de tijdsgeest waarin vrouwen geen stem en nauwelijks bewegingsruimte hadden voelbaar te maken en wisselt de hoofdstukken waarin het onmogelijke op het punt staat in waarheid om te slaan af met de hoofdstukken waarin de tragische voorgeschiedenis wordt afgepeld.

Werkelijk een prachtig gecomponeerde roman met een onverwachte, ontroerende ontknoping!