Lezersrecensie
Rechtvaardig en goddeloos, maar onmiskenbaar echt.
Meester Mitraillette geschreven door Jan Vantoortelboom las ik vandaag uit. Wat een goed boek!
Soms begin je aan een boek waarvan je het einde al kent en toch lees je ademloos verder. Meester Mitraillette is zo’n verhaal. Het opent bij de laatste adem van de hoofdpersoon en rolt dan langzaam terug de tijd in, naar jeugd, geloof en de zoektocht naar vergeving. Die omgekeerde opbouw werkt wonderwel: het geeft elk hoofdstuk een schaduw, alsof je leest met de kennis van een naderende storm.
De zin waarin het bos wordt omschreven op het moment dat de bomen haar bladeren hebben laten vallen: “Alsof het bos omgekeerd stond en de kale takken van de bomen de wortels waren” (p.137) vangt zijn stijl perfect: poëtisch, beeldend en tegelijk wrang. De natuur leeft, ademt, kantelt; net als de innerlijke wereld van de verteller.
Toch is het geen overdadig boek. De schrijver laat ruimte, juist in de stiltes. De dood van zijn broertje, de val van Marcus, het eigen einde, ze worden niet uitgelegd of uitgekauwd. Ze gebeuren, plots en kaal, zoals het leven zelf. Dat voelt soms te abrupt, maar misschien is dat de kracht: de werkelijkheid kent geen epiloog.
Tussen de regels door klinkt een voortdurende strijd tussen aanpassing en trouw aan jezelf. “Pas je aan,” denk je als lezer en tegelijk weet je dat hij dat niet kán. Rechtvaardig en goddeloos, maar onmiskenbaar echt.
Soms begin je aan een boek waarvan je het einde al kent en toch lees je ademloos verder. Meester Mitraillette is zo’n verhaal. Het opent bij de laatste adem van de hoofdpersoon en rolt dan langzaam terug de tijd in, naar jeugd, geloof en de zoektocht naar vergeving. Die omgekeerde opbouw werkt wonderwel: het geeft elk hoofdstuk een schaduw, alsof je leest met de kennis van een naderende storm.
De zin waarin het bos wordt omschreven op het moment dat de bomen haar bladeren hebben laten vallen: “Alsof het bos omgekeerd stond en de kale takken van de bomen de wortels waren” (p.137) vangt zijn stijl perfect: poëtisch, beeldend en tegelijk wrang. De natuur leeft, ademt, kantelt; net als de innerlijke wereld van de verteller.
Toch is het geen overdadig boek. De schrijver laat ruimte, juist in de stiltes. De dood van zijn broertje, de val van Marcus, het eigen einde, ze worden niet uitgelegd of uitgekauwd. Ze gebeuren, plots en kaal, zoals het leven zelf. Dat voelt soms te abrupt, maar misschien is dat de kracht: de werkelijkheid kent geen epiloog.
Tussen de regels door klinkt een voortdurende strijd tussen aanpassing en trouw aan jezelf. “Pas je aan,” denk je als lezer en tegelijk weet je dat hij dat niet kán. Rechtvaardig en goddeloos, maar onmiskenbaar echt.
1
Reageer op deze recensie
