Meer dan 7,0 miljoen beoordelingen en recensies Organiseer de boeken die je wilt lezen of gelezen hebt Het laatste boekennieuws Word gratis lid
×
Lezersrecensie

Twee eenzame zielen

Frans Moberts 29 december 2025
‘I worked as a teacher in Germany for more than twenty years. Some of the children I taught were the same age as the victims of the Ortuella accident. This is one of the reasons why I have never been able to forget this event. I just had to find the tone and the way to start writing the book.’

Deze uitspraak van Fernando Aramburu komt uit een interview naar aanleiding van de Duitse vertaling van El niño, zijn korte roman over de rampzalige gasexplosie van 23 oktober 1980 in de Marcelino Ugalde school in het Baskische stadje Ortuella waarbij vijftig kinderen en drie volwassenen om het leven kwamen.

Die twee eenzame zielen zijn Mariaje en Nicosia, de moeder en de grootvader van Nuco, een van de kinderen die bij de explosie zijn omgekomen. Beiden gaan op geheel eigen wijze om met dit grote verlies. Zelfs vader José Miguel heeft zijn manier gevonden, hij probeert het verleden uit te wissen. Ook Mariaje, zijn vrouw probeert te vergeten maar wordt met name door het gedrag van Nicosia steeds weer aan haar zoontje herinnerd.

Nicosia bezoekt namelijk elke donderdag het graf van Nuco. Hijzelf ziet dat anders, hij bezoekt geen graf, maar Nuco en dat geeft hem een heel ander gevoel. Bij zijn bezoek praat hij tegen de jongen, en hij is ervan overtuigd dat hij zijn kleinzoon terug kan halen, “Ik haal je hieruit, Nuco. Ik weet niet wanneer, maar ik haal je hieruit. Maak je maar geen zorgen.” Bij zijn laatste bezoek aan zijn kleinzoon moet de inmiddels zieke Nicasio echter bekennen “Het spijt me, Nuco. Je weet hoe graag ik je hier weg had willen halen, maar dat is me niet gelukt. In het ziekenhuis zullen ze proberen om het moment uit te stellen waarop we elkaar zullen ontmoeten. Maar dat zal ze niet glad zitten. Tot gauw, Nuco. Ik heb ontzettend veel zin om je weer te zien.”

Als aandenken aan Nuco verhuist zijn grootvader zelfs diens complete slaapkamer naar zijn eigen woning. Wanneer Nuco’s moeder eindelijk de moed vindt om die kamer te betreden geeft die haar het gevoel van een “kapel gewijd aan de cultus van een dood kind”.

Nicasio lijkt “gevangen te zitten in een onveranderlijk heden dat voorafging aan de explosie. Vandaar dat hij ervan overtuigd was dat hij niets te verwerken had. Het is echter ook mogelijk, zoals valt af te leiden uit het relaas van Mariaje, dat zijn werkelijkheid was afgesplitst van die van zijn soortgenoten en dat hij sinds de tragedie leefde in een wereld met andere omstandigheden en gebeurtenissen, een wereld waarin hij hand in hand met Nuco zijn eigen weg bewandelde, ook al deelde hij de fysieke ruimte schoorvoetend met de rest van de wereld.”

Er is nog een fysieke ruimte die gedeeld wordt, namelijk die in het boek zelf.
Het verhaal wordt namelijk herhaaldelijk onderbroken door, zoals Aramburu ze zelf kwalificeert, passages waarin de roman zichzelf van commentaar wenst te voorzien. In het al eerder aangehaalde interview legt hij dat als volgt uit;

‘I like formal difficulties. In fact, there is not a single title in the Basque People series without some kind of technical challenge. Why am I doing this? Because challenging myself keeps me productive. Also, I cannot deny that a certain degree of experimentation, with its undeniable playful component, contributes to make me enjoy the work.’

Een van die passages begint als volgt “Mijn auteur heeft besloten om het verhaal dat hij op mijn schouders wenst te laden, om het zo maar te zeggen, voornamelijk, maar niet uitsluitend, te baseren op de onthullingen van degene die hier Mariaje wordt genoemd.”

Daarnaast richt Mariaje zich ook in het verhaal zelf herhaaldelijk rechtstreeks tot de schrijver, zoals na het ongeluk van José Miguel “We zullen de waarheid nooit te weten komen. Ik vrees dat ik u wat dit betreft geen uitsluitsel kan geven, dus u moet die hele gebeurtenis maar overslaan of erin berusten dat er een gat blijft zitten in uw boek. Ik kan u alleen vertellen dat …”

Dat ongeluk kondigt zich via een omweg al ruim honderd pagina’s eerder aan, op het moment dat Nicasio bij zijn wekelijke bezoek aan Nuco iemand anders bij diens graf ziet staan. De donderdag erop treft hij deze persoon, een dorpsgenoot opnieuw aan, die laat nu zelfs een vers bosje bloemen achter. Dit is de aanzet tot de tweede verhaallijn, op de achterflap omschreven als ‘het geheim dat haar [Mariajes] huwelijk dreigt te vernietigen’.

Aramburu hoopt dat hij er in is geslaagd een kras achter te laten in het bewustzijn van deze of gene. Bij mij is hem dat overigens niet gelukt. Dat kan evenwel heel goed het gevolg zijn van het feit dat ik Onze jongen las tijdens een ingelaste onderbreking in het lezen van Het achtste leven. Alhoewel ik niet heel enthousiast ben over deze korte roman blijf wel ik benieuwd naar de twee andere boeken van hem die in mijn boekenkast staan, en met name of Vaderland wel die kras kan veroorzaken.

Reageer op deze recensie

Meer recensies van Frans Moberts